4 mei 2007
Gelijkheidsbeginsel komt beter tot zijn recht, maar...
Proefschrift over nieuw Marokkaanse familierecht en gevolgen voor
Marokkanen in Nederland
De Marokkaanse vernieuwingen van het familierecht uit 2004 kunnen als
voorbeeld dienen voor andere Arabische landen, omdat het
gelijkheidsbeginsel voor mannen en vrouwen in de nieuwe wetgeving
beter tot zijn recht komt. Uit de eerste rechtspraak blijkt echter dat
er nog haken en ogen zijn die het beoogde evenwicht in gevaar brengen.
Dat concludeert dr. Leila Jordens-Cotran in haar proefschrift, waarop
zij op donderdag 3 mei promoveerde. Zij onderzocht hoe de Marokkaanse
wetgever het gelijkheidsbeginsel van man en vrouw in het nieuwe
familierecht heeft vormgegeven en wat de gevolgen zijn voor Marokkanen
in Nederland. Het oude op de Shariah gebaseerde Marokkaanse
familierecht verzette zich nogal eens tegen de fundamentele beginselen
van de Nederlandse rechtsorde. De promovenda bestudeerde de gevolgen
van de modernisering voor een aantal maatschappelijk gevoelige
aspecten van het familierecht, zoals polygamie, talaq-scheidingen,
afstammingskwesties en Marokkaanse erkenning van Nederlandse
echtscheidingsuitspraken.
Na uitvoerige bestudering van de nieuwe wetgeving en de eerste
rechtspraak op basis van de nieuwe wet concludeerde Leila
Jordens-Cotran onder meer dat in Nederland minder polygame huwelijken
zullen voorkomen, omdat de Marokkaanse wetgever strengere eisen aan
polygamie stelt.
Verder geeft de nieuwe Marokkaanse wet gelijke mogelijkheid aan mannen
en vrouwen om te scheiden. Maar het toekennen van een discretionaire
bevoegdheid aan de rechter (de beleidsvrijheid om op basis van hun
professionele inzicht af te wijken van een letterlijke toepassing van
de wet) kan dit nieuwe evenwicht weer in gevaar brengen. Erkenning van
Nederlandse echtscheidingsuitspraken is makkelijker geworden omdat de
wet niet langer vereist dat voldaan moet zijn aan het Marokkaanse
recht. Toch blijkt in de rechtspraktijk dat erkenning vaak op andere
gronden afstuit, bijvoorbeeld omdat er geen verzoeningspoging heeft
plaatsgevonden. Tenslotte dienen volgens Jordens-Cotran
talaq-scheidingen (Islamitische procedure waarbij een echtgenoot van
zijn vrouw kan scheiden door haar eenzijdig te verstoten) alleen in
Nederland erkend te worden als de vrouw ermee instemt en daarmee dus
voldaan is aan het gelijkheidsprincipe. In alle overige gevallen is de
talaq-scheiding in strijd met de Nederlandse openbare orde.
Dr. Leila Jordens-Cotran (Tripoli, 1950) studeerde Nederlands Recht
aan de Rijksuniversiteit Groningen en was daarna o.a. hoofd juridische
zaken bij Forum (instituut voor multiculturele ontwikkeling) en
docente migratierecht aan de Universiteit van Amsterdam. Op dit moment
is ze stafjuriste bij het Centrum voor informatie en onderzoek van de
Dienst Persoonsgegevens in Amsterdam. Ze heeft als buitenpromovenda
haar promotie-onderzoek aan de Universiteit Maastricht verricht.
Noot voor de pers:
Voor meer informatie over de inhoud van dit persbericht kunt u terecht
bij dr. Leila Jordens-Cotran, tel. 050 534 8862, e-mail
l.jordans-cotran@dpg.amsterdam.nl, of dr. S.W.E.Rutten (co-promotor),
tel. 043 388 3368, e-mail s.rutten@pr.unimaas.nl.
De afdeling Communicatie & Relatiebeheer van de UM is bereikbaar via
043 388 5222, e-mail pers@bu.unimaas.nl. Voor urgente zaken buiten
kantooruren: 06 4602 4992. De persberichten van de Universiteit
Maastricht staan op internet: http://www.pers.unimaas.nl/
Zie ook het Research Magazine voor meer interessant onderzoek aan de
UM: http://www.unimaas.nl/researchmagazine
Universiteit Maastricht