Ingezonden persbericht
15 januari 2007
Mariko Mori in Groninger Museum
Het Groninger Museum presenteert van 29 april tot en met 2 september 2007 de solotentoonstelling van de Japanse kunstenares Mariko Mori (Tokio, 1967). Haar eerste grote museale expositie in Nederland toont vroege en recente fotografie, tekeningen en installaties. Het hoogtepunt in de tentoonstelling is de interactieve installatie, Wave Ufo.
Mori (Tokio, 1967) behoort tot de belangrijkste jonge kunstenaars van dit moment. Mariko Mori studeerde aan de Bunka Fashion College in Tokio. Ze vertrok in 1988 naar Londen voor een studie aan het Chelsea Art College. Daarna volgde ze vanaf 1992 een vervolgprogramma voor kunstenaars aan het Whitney Museum in New York, de stad waar ze, naast Tokio, nog steeds woont en werkt.
De kunstenares werd midden jaren negentig internationaal bekend met haar opvallende multimediawerk dat bestaat uit geënsceneerde foto's, 3-D video en installaties. De tegenstelling tussen utopie en realiteit staat centraal in veel van haar werken. Mori gebruikt daarbij elementen uit zowel de Japanse als de Westerse kunstgeschiedenis die zij vervolgens combineert met invloeden uit de hedendaagse populaire cultuur, design, mode, muziek, manga en science fiction. Dit culmineerde onder andere in een grote spectaculaire architectonische installatie: Wave Ufo (1999-2002). Wave Ufo is een wonderbaarlijk hybride object, machine en sculptuur tegelijkertijd en representeert een synthese tussen de verschillende manieren van reizen: in de ruimte, in de geest en in de tijd. De bezoeker wordt uitgenodigd de Wave Ufo te betreden om een mentale reis te maken waarbij de hersengolven van de reizigers realtime grafisch zullen worden weergegeven en onderdeel zullen zijn van een visioenachtige computeranimatie.
In haar vroege werk (midden jaren negentig) figureert Mori voornamelijk zelf. Gekleed in bizarre fantasie outfits plaatste ze zich in verschillende rollen tegen de achtergrond van grootstedelijk Tokio.
Na deze periode presenteerde Mori zich in foto's en video's als een soort modieus gestileerde spirituele entiteit. Zwevend boven water of in een grot lijkt ze de beschouwer voor te willen gaan op het pad van verlichting. Een belangrijk werk uit deze periode is het fotowerk Kumano (1997-1998) dat te zien is in de tentoonstelling. Dit werk en de serie Esoteric Cosmos
(1996-1998) markeren deze spirituele ommekeer. Beïnvloed door Japanse religies als Shintoïsme en Boeddhisme, alsook gemotiveerd door het hernieuwde Westerse zoeken naar spiritualiteit, realiseerde Mori in deze context enkele opvallende installaties, die een nieuwe fase van haar kunstenaarschap kenmerken.
Een belangrijk deel van de tentoonstelling gaat over Mori's zoektocht naar de kosmologische ervaring van onze voorouders. Daarvoor bezocht en documenteerde ze allerlei megalithische monumenten in zowel Japan als Schotland, die de basis vormden voor foto's en een serie ultra hightech installaties. Deze steeds van kleur veranderende werken bij voorbeeld Transcircle (2004) zijn een hedendaagse vertaling van hun oude voorbeelden. Zoals de megalieten en steenringen soms gebruikt werden om vat te krijgen op de tijd, zo reageren deze installaties via een speciaal computerprogramma op bepaalde gebeurtenissen in het heelal.
Mariko Mori had tentoonstellingen in Tokio, Londen en Chicago en haar werk werd onder andere aangekocht door het Parijse Centre Georges Pompidou; Het Israël Museum; Museum of Contemporary Art, Chicago; Prada Foundation, Italië; The Los Angeles Country of Museum Art; en het Museum of Contemporary Art te Miami.
Noot aan de redactie:
Samenstelling tentoonstelling: Sue-an van der Zijpp, inrichting Mark Wilson
Ingezonden persbericht