De Voorzitter van de Eerste Kamer Postbus 90801
der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag
Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 22 Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33
www.szw.nl
2513AA22
Contactpersoon Ons kenmerk AV/IR/2007/13521
Doorkiesnummer Datum 27 april 2007
Onderwerp Aanvullende vraag Pvda-fractie groenboek
arbeidsrecht
Naar aanleiding van de beantwoording van de eerder gestelde vragen over het groenboek "De
modernisering van het arbeidrecht met het oog op de uitdagingen van de 21e eeuw
(COM(2006)708)" heeft de PvdA-fractie een aanvullende vraag gesteld.
De leden van deze fractie vragen of het nu zo is dat Nederland meent dat de door de
Commissie opgevoerde problemen voor de sociale bescherming van werkenden die uit het
ontbreken van een uniform begrip werknemer voortkomen, er niet zijn (en dat de Commissie
dit argument uitsluitend gebruikt om te komen tot een, naar het oordeel van Nederland
onnodige en ook onwenselijke harmonisering)? Of kan uit het feit dat Nederland de
Commissie om een verduidelijking heeft gevraagd, worden afgeleid dat de regering openstaat
voor argumenten en haar verzet zal laten varen, als blijkt dat het bestaan van verschillende
begrippen binnen de Unie inderdaad leidt tot nadelen in de sociale bescherming voor
migrerende werknemers in ons land of elders in de Unie?
In reactie op deze aanvullende vraag bericht ik u dat met de beantwoording van de eerder
(door de PvdA-fractie) gestelde vraag het volgende is bedoeld aan te geven. Als zich bij de
uitvoering van bepaalde richtlijnen problemen voordoen (zoals door de Commissie gesteld en
door Nederland betwist) dan kan een oplossing op een minder ingrijpende manier worden
bereikt dan door middel van het hanteren van één uniforme definitie van het begrip
werknemer.
Een voorbeeld is de situatie waarin een lidstaat in de implementatiewetgeving een te beperkte
interpretatie van het begrip werknemer of van het begrip personen in een vergelijkbare
arbeidsverhouding hanteert (de terminologie die veelal in richtlijnen wordt gehanteerd).
Hierdoor wordt de doelstelling van een bepaalde richtlijn niet volledig gerealiseerd en treedt er
mogelijk een belemmering op voor het vrij verkeer. In dat geval kan de Europese Commissie
er via een ingebrekestelling bij de betreffende lidstaat op aandringen de wetgeving ter
implementatie van de richtlijn te herzien (in laatste instantie via een uitspraak van het Hof van
Justitie van de EG). Hiermee wordt voorkomen dat afbreuk wordt gedaan aan het nuttig effect
Ons kenmerk AV/IR/2007/13521
van de richtlijn. Een uniforme definitie van het begrip werknemer is dan ook niet noodzakelijk
om problemen (zo die er al zijn) op te lossen, nog afgezien van de bezwaren verbonden aan
een dergelijke exercitie. Op deze bezwaren is in de reactie van de Nederlandse regering en in
de eerdere beantwoording van de door de leden van de Eerste Kamer gestelde vragen naar
aanleiding van het groenboek, ingegaan.
Ik vertrouw erop dat ik hiermee één en ander voldoende heb verduidelijkt.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(mr. J.P.H. Donner)
---
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid