Partij van de Arbeid

Den Haag, 26 april 2007

Bijdrage van het lid Smeets(PvdA) aan het algemeen overleg met de staatssecretarissen van Financien en Economische Zaken

Over administratieve lastenverlichting bedrijfsleven

(GESPROKEN WOORD GELDT)

Voorzitter,

Ik zou met vier woorden dit Algemeen Overleg met deze nieuwe bewindslieden willen starten:

Actie! Beleving ondernemer centraal!

Voor de PvdA-fractie draait het hier allemaal om. Het gevoel en de belevingswereld van de ondernemer dient bij de reductieoperatie leidend te zijn.

En wat betreft de PvdA-fractie is de inventarisatieronde voorbij. De commissie Stevens heeft perfect werk afgeleverd. Er liggen meer dan voldoende aanbevelingen die gewoon uitgevoerd moeten worden. Nou ja, zo gewoon is dat natuurlijk niet, want wij zullen voor lastige keuzes komen te staan. Veel 'dor hout' is immers gekapt. De nieuwe tranche van eveneens 25% reductie moet zich gaan richten op de merkbare (gevoelde) vermindering van de druk.

Voozitter, op de agenda staan drie brieven met de onderwerpen invoering van Vaste Verandermomenten, de reactie op de motie Aptroot cs over statistiekverplichtingen van het CBS én de aanpak van de tweede tranche administratieve lastenreductie. Graag begin ik met de laatste brief, de aanpak van de tweede tranche administratieve lastendruk. Het AO komt in feite te vroeg, want het echte Beleidsprogramma reductie administratieve lasten komt immers in juni. Daarom gebruik ik dit AO om aan te geven wat de PvdA graag terugziet in het komende Beleidsprogramma.

Wij willen dat de administratieve lasten voor de ondernemers nu echt merkbaar omlaag gaan. Verdieping én verbreding zijn wat ons betreft de kernwoorden van deze operatie.

Dat betekent aandacht voor nalevingslasten. Om wetten en regels na te leven moeten veel extra kosten worden gemaakt door ondernemers. Daar is tot nu toe weinig aandacht voor geweest. Ik hoop daarom dat het Beleidsprogramma dat we vóór de zomer krijgen toegestuurd met name vorderingen maakt op de aanpak van de meest irritante nalevingslasten. Ook Actal geeft dit in het jaarverslag 2006 aan en ik citeer : 'Een beperking van deze lasten betekent een merkbare daling van regeldruk voor bedrijven en burgers en een verdere groei van de economie, arbeidsproductiviteit en welvaart.' Einde citaat. Graag een reactie.

Voorts zullen we het inzicht op de gevolgen van regelgeving móeten vergroten. In de voorbereidingsfase bestaat een onoverzichtelijk geheel van toetsen op verschillende effecten van wetgeving. De bedrijfseffecttoets brengt niet alle effecten in beeld van regelgeving op het bedrijfsleven en dan met name het effect op de kleine ondernemer. Wat gaat het kabinet doen om dit euvel te verhelpen?

Ook de interbestuurlijke lasten zullen moeten worden verminderd, dat wil zeggen administratieve lasten tussen overheidslagen. Nadrukkelijk pleit Actal ook voor interbestuurlijke lastenverlaging. Zien wij dit terug in het Beleidsprogramma?

Verwachten de staatssecretarissen ook al iets te kunnen melden in het Beleidsprogramma over deregulering en aanbesteden, zodat óók mkb'ers met plezier meedingen naar een overheidsopdracht? In dit kader was de column in het FD van 16 april van mevrouw Boldewijn interessant. Haar stelling was dat Rijksaccountants een ramp zijn; dat regels en voorschriften zover gaan dat zelfs lay-out, papiersoorten en het wel en niet gebruiken van nietjes en paperclips beschreven staan? Graag een reactie.

En voorzitter, zoals ik al aan het begin van mijn betoog meldde, het is tijd voor actie, de inventarisatieronde is voorbij! Waarom weer overleg voeren met betrokken partijen. De commissie Stevens heeft haar werk gedaan, kijk bijvoorbeeld naar het Actieplan dat er ligt voor de detailhandel. Kunnen we ervan uitgaan dat het Beleidsprogramma van juni een concrete uitwerking laat zien? Ik geef drie voorbeelden. Eén: de regels rondom brandveiligheid. Er wordt alle geruime tijd gesproken over het uniformeren van de voorschriften over het brandveilig gebruik van bouwwerken. In het blad Forum van 12 april jl hebben we weer kunnen lezen welke ellende bedrijven meemaken. Tweede voorbeeld: Vereenvoudig belastingheffing en premieheffing op kleine baantjes. Cie Stevens zegt daarover dat de administratieve verplichtingen 'buitensporig hoog' zijn en (dus) 'negatieve consequenties hebben voor de groei van en toetreding tot de arbeidsmarkt'. Het oplossen van de kwestie duldt geen verder uitstel meer, zegt Stevens. Het kabinet heeft nog geen standpunt ingenomen ten aanzien va het SER-advies om werknemers die incidentele arbeid verrichten vrij te stellen van verzekeringen en premies. Actie is geboden. Derde voorbeeld:

Bevoorrading van winkels in stadscentra is een groot probleem! Aan vrachtwagens gestelde normen en de bevoorradingstijden worden lokaal bepaald en sluiten niet goed aan op elkaar aan. Waar de detailhandel de openingstijden steeds verder verruimt zijn de mogelijkheden van bevoorrading niet meegegroeid. Actie geboden.

Voorzitter dan kom ik toe aan de brief die antwoord geeft op de motie Aptroot cs, die ook door de PvdA is ondertekend. In uw brief meldt u dat er met de Kamers van Koophandel overleg plaatsvindt over nauwere samenwerking in de uitvraag en dat dit mogelijk zal leiden tot stopzetting van de ERBO-enquête. Al jaren praten wij in deze Kamer over samenwerking CBS en Kamers van Koophandel. Hoezo 'mogelijk zal leiden tot stopzetting'? Waar hangt dat vanaf? En waarom duurt dit allemaal zo lang? Ligt dat aan de Kamers van Koophandel of CBS?

Met Actal deel ik de zorgen over het uitblijven van een doorbaak op het gebied van invoering van ICT-faciliteiten om administratieve lasten weg te nemen. Invoering van essentiële infrastructuur zoals XBRL doen de lasten fenomenaal dalen. Waarom wordt dit gegeven niet aangegrepen? De staatssecretaris van EZ verwacht dat er door MKB-ondernemers weinig gebruik zal worden gemaakt van de XBRL-berichten waarmee informatie rechtstreeks en geautomatiseerd vanuit de administratie informatie kan verstrekken aan CBS, Kamer van Koophandel en Belastingdienst. Waarom maakt de MKB'er maar beperkt gebruik van XBRL'rapportages? Waarop baseert de staatssecretaris zijn verwachting?

Statistiekvakantie voor bedrijven met minder dan 10 werknemers is positief. Maar hoezo meldt de staatssecretaris in zijn brief dat 'de kans dat dezelfde ondernemer wordt geselecteerd wordt teruggebracht'? Is er geen harde garantie te geven?

Er zijn grote problemen met de invoering van de Wet Walvis, ik kom daar later nog op terug. Maar kan het zijn dat door de grote problemen bij de fiscus en UWV het CBS weer zelf gaat enquêteren? Juist over de Enquête Werkgelegenheid en Lonen werd heel veel geklaagd. Afgelopen herfst meldde het CBS nog opgelucht dat 80.000 bedrijven voortaan niet meer de gehate Enquête Werkgelegenheid en Lonen hoefden in te vullen. Graag een reactie.

Voorzitter dan kom ik op de derde brief over de Vaste Verandermomenten.

Op een zevental terreinen zal worden geëxperimenteerd met Vaste Verandermomenten en invoeringstermijnen. Waarom zijn de uitvoeringsinstanties en ZBO's niet bij de experimenteerfase (dus 2007) betrokken? Waarom is voor deze uitsluiting gekozen?

Er wordt uitgegaan van een invoeringstermijn bij wet- en regelgeving van 3 maanden. Hoe gaat de staatssecretaris bij de jaarlijkse belastingplannen om met andere dan tariefmaatregelen? Is de termijn dan haalbaar? Komt de zorgvuldigheid van de besluitvorming dan niet in gevaar?

De uitzondering die VROM maakt op de minimum invoeringstermijn van 3 maanden als er uitgebreide communicatie- en voorlichtingstrajecten hebben plaatsgevonden oogt vreemd. Een uitgebreid communicatietraject is te loven, maar daarna toch 3 maanden aanhouden voor de invoering lijkt meer dan redelijk.

De toepassing van de Vaste Verander Momenten is vooralsnog gericht op wetten in formele zin, AMvB's en ministeriele regelingen. Vaker heeft lagere regelgeving gevolgen voor bedrijfsprocessen en interne organisatie. Waarom is deze keuze gemaakt en wat is dan waarde van de uitkomst van de evaluatie?

In hoeverre kunnen we leren van het buitenland? Zijn de do's en dont's, dan wel valkuilen, van het VK in het traject betrokken? Hanteert men in het VK ook minimaal 3 maanden als invoeringstermijn?

Voorzitter, dan heb ik nog twee vragen over ingezette projecten.

Ik wil mijn bezorgdheid uitspreken over het niet halen van administratieve lastenverlaging door de Wet Walvis, maar misschien nog erger: de werkgever/ondernemer krijgt door problemen bij de Belastingdienst en UWV zelfs te maken met een verzwaring. Was een gefaseerde invoering niet beter geweest? De verlaging van de administratieve lasten schuift op. In welke mate? Blijft de doelstelling van (geraamd) 295 miljoen euro wel in beeld? Uitstel mag hoe dan ook geen afstel betekenen.

En wat is de stand van zaken m.b.t. het project stroomlijnen toezicht? Ruim een jaar geleden sprak ik mijn lof uit over het voorstel van VNO-NCW om een task force vereenvoudiging toezicht in te stellen. Welke activiteiten zijn inmiddels uitgevoerd en wat is de planning voor de komende tijd?

Voorzitter dan mijn laatste belangrijke aandachtspunten. 'Meten is weten', dat hebben we in de vorige periode ook gezien met de lastenreductie.

Mijn fractie wil nu ook meten, omdat wij dit kabinet willen kunnen afrekenen op hun daden. Maar dan wel meten op gevoelstemperatuur. De belevingswereld van de ondernemer moet centraal staan. Voer een belevingsbarometer in. In dit opzicht is de dereguleringsbarometer, waarmee wordt gestart in de regio Brabant een aanvullend en welkom instrument om ook landelijk de ondernemer bij de operatie in beeld te hebben en te houden. Eind dit jaar staat in Brabant de nulmeting op het programma.

Voorzitter ik wens de beide staatsecretarissen veel succes met de uitdagingen die er liggen. En ik sluit af met de woorden van de heer Stevens in zijn eindrapport: "Thans is het tijd voor het échte werken".

Met vriendelijke groet,

Chantal Linnemann

Secretaresse Voorlichting

Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid

Plein 2

K 117

Postbus 20018

2500 EA Den Haag

Tel: 070 318 2694

Fax: 070 318 2800

c.linnemann@tweedekamer.nl