Extra geld voor combinatiefuncties school en sport
dinsdag 24 april 2007
Staatssecretaris Bussemaker (VWS) zegt steun toe voor het combineren van
naschoolse opvang en sport. Mede door het stimuleren van combinatiefuncties
moet in 2010 90% van de scholen dagelijks sport kunnen aanbieden.
Het extra geld dat het kabinet jaarlijks uittrekt voor sport gaat
grotendeels naar de versterking van de sportverenigingen en naar
combinatiefuncties op het terrein van school en sport. Dat zei
staatssecretaris Jet Bussemaker (VWS) tijdens een congres voor
sportbestuurders op Papendal.
Bovenop de sportbegroting van circa 100 miljoen euro, kan Bussemaker
in 2008 10 miljoen en vanaf 2009 20 miljoen euro per jaar extra
besteden. De sportverenigingen krijgen meer geld om hun
maatschappelijke taken goed kunnen te uitvoeren. Zo zijn er sportclubs
die samen met het primair en voortgezet onderwijs werken aan het
combineren van naschoolse opvang en huiswerkbegeleiding met sport. De
staatssecretaris van sport denkt dat dergelijke plannen niet slagen
zonder extra, professionele steun. Ze hoopt uiteindelijk 10% van alle
Nederlandse verenigingen zover te krijgen dat zij behalve voor de
eigen leden, ook een belangrijke rol willen spelen voor de jeugd en
voor de wijk waarin de vereniging is gevestigd.
De alliantie School en Sport krijgt de komende tijd ook aandacht.
Bussemaker trekt hierbij samen op met de OCW-staatsecretarissen
Dijksma en Van Bijsterveldt. Om te bereiken dat in 2010 90 procent van
alle scholen dagelijks sport aanbiedt, is professionalisering van de
verenigingen nodig. Bussemaker denkt dat dat kan via de zogenaamde
combinatiefuncties: mensen die werkzaam zijn in het sport- en
bewegingsonderwijs aan de slag laten gaan met maatschappelijke taken
van de sportvereniging.
Een ander terrein waarop Bussemaker de komende jaren focust is
talentontwikkeling. Ze denkt daarbij vooral aan het verbeteren van de
combinatie toptrainingen en onderwijs- en studiefaciliteiten voor
talenten, de ontwikkeling van enkele Centra voor Talent en Onderwijs
en hoogwaardige internationale trainingsprogrammas. Dit moet ertoe
leiden dat in 2011 het aantal succesvolle talenten met 20 procent is
toegenomen.