Nederlands Vaccinatie Instituut
Waarom chimpansees geen HIV krijgen
vrijdag, 20 april 2007
Chimpansees hebben een beperkt repertoire aan genen, om op die manier
te ontsnappen aan HIV-achtige ziekten, denkt Ronald Bontrop, directeur
van het Biomedical Primate Research Centre (BPRC) in Rijswijk.
Maandag 16 april jl. sprak Ronald Bontrop, directeur van het
Biomedical Primate Research Centre (BPRC)in Rijswijk tijdens een
NVI-seminar over genetisch onderzoek bij chimpansees. Chimpansee- en
menselijk DNA is voor meer dan 98% identiek, maar Bontrop ontdekte dat
het genetisch repertoire rond bepaalde immuunreacties bij chimpansees
veel beperkter is dan bij de mens. Het gaat om eiwitten die ervoor
zorgen dat het immuunsysteem kan zien dat cellen zijn geïnfecteerd
door een virus. Deze eiwitten komen voort uit een grote variatie aan
genen, maar bij de chimpansee is die variatie door positieve selectie
grotendeels verloren gegaan en is een beperkte groep genen
overgebleven.
Bontrop denkt dat zo'n twee miljoen jaar geleden een virus die
selectie heeft uitgeoefend en heeft aanwijzingen dat het om een
SIV-virus gaat, de apenvariant en voorloper van HIV. Massale infectie
van de populatie zou geleid hebben tot grote sterfte - misschien wel
90% van alle chimps over een langere periode - en tot het overleven
van alleen die dieren die het beperkte repertoire aan genen hadden,
omdat zij konden omgaan met de SIV-infectie. Dit is zo gebleven:
chimpansees ondervinden geen last meer van SIV en HIV. Deze
bevindingen leiden tot twee conclusies: ze dienen zowel als
waarschuwing voor wat de impact van HIV op de mens zou kunnen zijn,
maar bieden ook aanknopingspunten voor mogelijke manieren om
resistentie tegen HIV te verkrijgen.