Seminar Europees Nabuurschapsbeleid
11.04.2007 / 10:59 / Rubriek: Buitenland / Organisatie: Universiteit twente
Universiteit twente
Europa heeft nieuwe buren, een kring van staten van Marokko tot Rusland. Lid van de
Europese Unie mogen ze niet worden, die is al genoeg uitgedijd. Maar hoe raken we met
deze buren op goede voet zonder ze voor ieder feestje te hoeven uitnodigen? Daarover
organiseert de Universiteit Twente op vrijdag 20 april het seminar 'European Neigbourhood
Policy: Naoberschap in Europa'.
Tot voor kort richtte de Europese Unie zich op haar uitbreiding met lidstaten in Centraal-
en Oost-Europa. Nu die zaak is afgerond concentreren wetenschappers en Europese
beleidsmakers zich op het nieuwe Europees Nabuurschapsbeleid (ENB). Hoewel enkele van die
nieuwe buren ook uitzicht hebben op een EU-lidmaatschap (Turkije, Kroatië en andere
staten in de Westelijke Balkan), is dat voor andere op zijn minst onzeker (Oekraïne
of Georgië) of zelfs uitgesloten (bijvoorbeeld Marokko). De uitbreidingsstrategie
zal deze keer dus niet gebruikt kunnen worden.
Precies om die reden heeft de EU besloten tot een nieuwe aanpak. Doel van het
nabuurschapsbeleid is 'het delen van de voordelen van een uitgebreide Unie met de
buurstaten om zo bij te dragen aan stabiliteit, veiligheid en welvaart', zoals de Raad
van de EU het in 2004 verwoordde. Voorop staat het ontwikkelen van een goede relatie. Je
hebt immers niets aan ruzie met je buren. Sterker nog, in tijden van nood heb je elkaar
nodig en de Unie is dan ook bereid om aardig wat geld te steken in de relatie.
Noabers
Er bestaat enige verwantschap met het Twentse (of eigenlijk Oost-Nederlandse) begrip
noaberschap, in Wikipedia omschreven als 'de verplichting in een kleine sociale
gemeenschap, de noabers ofwel buren (in een ruime zin des woords) bij te staan in raad en
daad indien dat nodig is.' De Noaberplicht die hieruit voortvloeit strekt ver en het
overtreden van de meestal onuitgesproken regels kan ernstig worden opgevat. Maar geldt
dit ook voor de Europese buren? Het is onzeker of het Europees Nabuurschap kan uitgroeien
tot een vergelijkbare wederkerige samenwerkingsrelatie.
Ten eerste hebben de noabers uiteenlopende redenen om met elkaar in zee te gaan. De
niet-EU-staten hopen hun aantrekkelijkheid bij investeerders te vergroten en hun welvaart
door financiële steun te verhogen, ze willen 'bij Europa horen' en enkele staten
sluiten zelfs de mogelijkheid van een toekomstig lidmaatschap niet helemaal uit. De EU
daarentegen beoogt een veilige en stabiele economische en politieke ruimte rondom het
eigen grondgebied en een 'kring van vrienden' van Marokko tot Rusland en de Zwarte Zee,
zoals de Europese Commissie het verwoordde. Veiligheid en economische samenwerking moeten
daarbij hand in hand gaan.
Ten tweede bestaat er onduidelijkheid over het Europees Nabuurschapsbeleid. Is dat beleid
van Europa of voor Europa? In het eerste geval zou Europa met de EU samenvallen en dat is
niet zo. In het tweede geval zou het beleid gericht zijn op Europa en ook dat is niet
helemaal waar. De meeste buurlanden zijn niet Europees en bevinden zich in het Westen van
de voormalige Sovjet-Unie (Oekraïne, Moldavië, Wit-Rusland), de Zuidelijke
Kaukasus (Armenië, Azerbadjan en Georgië), en het Zuidelijke
Middellandse-Zeegebied (Algerije, Egypte, Jordanië, Libanon, Libië, Marokko, de
Palestijnse Autoriteit, Syrië en Tunesië). Zestien staten, waarvan er maar zes
Europees zijn. Ook vallen andere Europese staten weer buiten het beleid: omdat ze een
andere relatie hebben met de EU (Zwitserland, Noorwegen, IJsland, Liechtenstein, Andorra,
San Marino), omdat ze (potentieel) kandidaat zijn voor het lidmaatschap (Turkije,
Kroatië, Macedonië, Albanië, Servië, Montenegro en
Bosnië-Herzegovina) of omdat ze zichzelf niet te vergelijken vinden met andere
staten (Rusland).
Actieplannen
Een bont gezelschap, kortom, en met ieder land worden dan ook afzonderlijke afspraken
gemaakt in de vorm van zogenoemde actieplannen. De EU wil in de samenwerkingrelatie zo
ver gaan dat ze zich zelfs al een keer heeft laten ontvallen de nieuwe buren 'alles
behalve lidmaatschap van de instellingen' te gunnen. Dat gaat nog problemen geven.
Immers, als het Europees Nabuurschapsbeleid goed werkt, hebben we buurstaten
gecreëerd die voor een groot gedeelte voldoen aan de criteria voor lidmaatschap.
Niemand droomt echter van een Europese Unie van 46 lidstaten. De vraag voor de komende
jaren is dus: hoe krijgen we goede buren, zonder ze voor ieder feestje te hoeven
uitnodigen?
Het internationale seminar wordt georganiseerd door het Centre for European Studies van de
Universiteit Twente, in samenwerking met het Huis voor Europa in Hengelo. Onder de
sprekers zijn wetenschappers uit binnen- en buitenland, een lid van het Europees
Parlement en een lid van de Europese Commissie. Nadere informatie over programma en
aanmelding is te vinden via www.mb.utwente.nl/ces.
Noot voor de pers:
Vertegenwoordigers van de pers zijn van harte uitgenodigd voor het seminar 'European
Neighbourhood Policy: Naoberschap in Europe': vrijdag 20 april, 10 tot 16.30 uur, gebouw
De Spiegel, campus Universiteit Twente. Voor programma en aanmelding, zie boven.
Nadere informatie: Centre for European Studies: prof. dr. N. S. Groenendijk, Centre for
European Studies, 053-489 4106, n.s.groenendijk@utwente.nl
Contactpersoon Bureau Communicatie Universiteit Twente: drs. B. Meijering, 053-489 4385,
b.meijering@utwente.nl