vakantierichtlijn AWBZ-instellingen
Uitstel beantwoording vakantierichtlijn AWBZ-instellingen
Kamerstuk, 13 april 2007
De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-CB-U-2757034
13 april 2007
De vaste commissie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft mij
verzocht de actuele stand van zaken te schetsen inzake een
vakantieregeling voor bewoners van AWBZ-instellingen en thuiszorg. Dit
naar aanleiding van de toezegging van mijn ambtsvoorganger, tijdens
het algemeen overleg Modernisering AWBZ op 22 juni 2006, om de Kamer
hier schriftelijk over te informeren.
Het verzoek van de Tweede Kamer om de actuele stand van zaken te
schetsen inzake AWBZ-zorg en vakantie houdt verband met de
problematiek rond AWBZ-zorg in het buitenland.
Inmiddels is over de mogelijkheden van het verlenen van AWBZ-zorg in
het buitenland een rapport in voorbereiding dat in samenwerking met
het CVZ is opgesteld. Dit rapport brengt in beeld wie wanneer in welke
omvang aanspraak heeft op AWBZ-zorg in het buitenland.
Ik verwacht, op het moment dat dit rapport beschikbaar is, de Tweede
Kamer meer volledig te kunnen informeren over de mogelijkheden voor
AWBZ-zorg en vakantie zowel in binnen- als buitenland.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
mw. dr. J. Bussemaker
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport