Universiteit Maastricht

Universiteit Maastricht
Persbericht
10 april 2007

Wetenschappers stellen vraagtekens bij boodschap ministerie

Waarschuwingsplaatjes op tabaksverpakking niet effectief

Een kleurenfoto van rokerslongen op een sigarettenpakje is geen effectieve manier om rokers te bewegen te stoppen. Dergelijke angstgerichte voorlichting kan beter niet meer gebruikt worden, blijkt uit onderzoek, stellen prof. dr. Gerjo Kok en vier co-auteurs in het artikel 'Waarschuwingsplaatjes op tabaksverpakking zijn niet effectief', dat afgelopen week verscheen in het Tijdschrift voor Gezondheidswetenschappen. Het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) gaf op 6 februari nog een nieuwsbericht uit met een tegengestelde kop, gebaseerd op een rapport van Research voor Beleid. Dat rapport bestaat volgens de wetenschappers voor een deel uit halve waarheden, wat de conclusie van de minister tot een 'hele onwaarheid' maakt. Reden voor de onderzoekers om aan de bel te trekken bij de Commissie VWS in de Tweede Kamer.

Angstgerichte voorlichting wordt veel gebruikt in de gezondheidsbevordering en preventie. Denk aan verkeersvoorlichting door verkeersslachtoffers en alcoholcampagnes. De mensen op wie deze voorlichting gericht is, vertonen makkelijk defensief gedrag; ze reageren extra kritisch, of besteden er gewoonweg minder aandacht aan dan anderen. 'Heel veel theoretische en empirische evidentie laat zien dat angstgerichte voorlichting beter niet meer gebruikt kan worden, dus ook niet op tabaksverpakking. Deze conclusie is niet nieuw maar de praktijk is weerbarstig', stellen Gerjo Kok en zijn collega's dr. Rob Ruiter, prof. dr. Herman P. Schaalma, prof. dr. Nanne de Vries (Universiteit Maastricht) en drs. Katy van den Hoek (GG&GD Rotterdam en Omstreken). 'Afgezien van een paar experts denkt vrijwel iedereen dat angstgerichte voorlichting effectief is. Mensen zijn moeilijk van deze overtuiging af te brengen. (...) Een zeker niveau van dreiging is nodig om mensen in beweging te krijgen, maar dat hoeft niet met heftige emotionele middelen. Het is in Nederland niet meer nodig om de negatieve consequenties van roken uit te leggen; aan rokers noch aan niet-rokers.’ In hun artikel halen ze het onderzoek van Research voor Beleid, waarop het ministerie van VWS haar conclusie baseerde, stelselmatig onderuit. Daarnaast brengen ze onder de aandacht dat de literatuur waaruit blijkt dat angstaanjagende voorlichting altijd een slechtere keuze is dan andere manieren van gezondheidsbevordering, door Research voor Beleid compleet genegeerd is. Het rapport heeft alleen gezocht naar bewijs voor de effectiviteit van 'enge plaatjes', stellen de wetenschappers. 'Zelfs dan is hun conclusie nog terughoudend, maar het Ministerie van VWS interpreteert dat in haar nieuwsbericht als 'Waarschuwingsplaatjes op tabaksverpakking effectief'. Daarmee is een halve waarheid een hele onwaarheid geworden. In het huidige taalgebruik noemen we dat een tunnelvisie. (...) Het rapport van Research voor Beleid geeft een misleidend beeld van de huidige stand van de kennis.Â’ De auteurs stellen dat het beter zou zijn om via tabaksverpakking rokers duidelijk te maken dat er goede methoden zijn om te stoppen met roken en dat ze daarbij hulp kunnen krijgen via een website, telefoonnummer of hun huisarts. 'Daarnaast kan het Ministerie van VWS zich richten op de invoering en handhaving van een rookverbod in de horeca, de opname van hulp bij stoppen met roken in het basispakket van de zorgverzekering en een hogere prijs voor tabak.' Van al deze maatregelen is de effectiviteit wel bewezen.