Op 6 april uitspraak Hoge Raad over vaststelling van de waarde van de
eigen woning voor het successierecht
Het geschil in deze zaak betreft de waardering van de eigen woning
voor de Successiewet 1956 in een geval waarin die woning werd bewoond
door een echtpaar waarvan de een is overleden en de ander de bewoning
voortzet. De Inspecteur der belastingen gaat uit van de waarde in vrij
opleverbare staat, belanghebbende bepleit dat moet worden uitgegaan
van de (doorgaans lagere) waarde in bewoonde staat.
Het hof 's-Hertogenbosch besliste op 19.7.2005 dat moet worden
uitgegaan van de waarde van de woning in bewoonde staat (zie
rechtspraak.nl., LJN AR4542).
Het cassatieberoep bij de Hoge Raad
De Staat (de staatssecretaris van Financiën) heeft beroep in cassatie
ingesteld tegen de uitspraak van het hof.
Advocaat-generaal mr. R.E.C.M. Niessen heeft in zijn conclusie van 21
maart 2006 de Hoge Raad geadviseerd het cassatieberoep gegrond te
verklaren (zie rechtspraak.nl, LJN AX0774).
De uitspraak van de Hoge Raad
De Hoge Raad doet op vrijdag 6 april, 10.00 uur, uitspraak in deze
zaak.
Een samenvatting van de uitspraak zal rond 10.45 uur worden
gepubliceerd op de website hogeraad.nl/actualiteiten en de volledige
uitspraak (met rolnr. 41720) wordt zo snel mogelijk daarna
gepubliceerd op rechtspraak.nl.
Op vrijdag 6 april zal tussen 11.00 uur en 12.00 uur persraadsheer mr.
E.J. Numann (via tel 070 - 3611236) bereikbaar zijn voor een
toelichting op de uitspraak.
Den Haag, 5 april 2007
mw. mr. E. Hartogs, griffier
tel. 070 - 3611236
De Hoge Raad zal eveneens uitspraak doen in nog drie zaken over
hetzelfde geschil over de waardering van de eigen woning voor de
successierechten, met zaaknummers 41400, 42451 en 42630.
Die uitspraken worden niet gepubliceerd op rechtspraak.nl.
Bron: Hoge Raad der Nederlanden
Datum actualiteit: 5 april 2007 Naar boven