Openbaar Ministerie eist vrijspraak in zaak Martinitoren
Groningen, 5 april 2007
Het Openbaar Ministerie heeft donderdag vrijspraak geëist tijdens de
rechtzaak tegen een 25-jarige vrouw uit Zwijndrecht. De vrouw wordt
ervan verdacht dat zij op 6 april 2004 haar 20âjarige vriend uit Assen
van de Martinitoren heeft geduwd.
De officier van justitie is van mening dat op grond van de eerdere
bekentenis van de verdachte en afgelegde getuigenverklaringen het
wettig bewijs voor moord of doodslag aanwezig is. De verdachte trok
echter in een later stadium haar bekentenis in. De vraag rees of met
het aanwezige bewijsmateriaal andere alternatieven voldoende konden
worden uitgesloten. Op verzoek van de verdediging en het Openbaar
Ministerie werden daarom diverse onderzoeken door verschillende
deskundigen verricht.
Invloed
De resultaten van de onderzoeken van de deskundigen zijn volgens de
officier van justitie van invloed geweest op het bewijs tegen de
verdachte. Naast het persoonlijkheidsonderzoek werd door de
deskundigen ook gekeken naar de relatie met de aanvankelijk afgelegde
bekentenis van de verdachte. Het OM komt op grond van de
deskundigheidsonderzoeken tot de conclusie dat niet kan worden
uitgesloten dat de verdachte een vrijwillig valse bekentenis heeft
afgelegd. Volgens de deskundigen kan de bekentenis namelijk ook zijn
ontstaan door haar persoonlijkheidsstoornis en haar persoonlijke
achtergrond. Ten slotte sluiten de deskundigen, die zich hebben
gebogen over de technische kant van de zaak, een val uit. Zij achten
een sprong waarschijnlijker dan een duw.
Op grond van bovenstaande onderzoeken heeft de officier van justitie
niet de overtuiging gekregen dat het slachtoffer door de 25-jarige
vrouw van de Martinitoren is geduwd. De officier van justitie eiste
daarom vrijspraak tegen de verdachte. Over de exacte toedracht van
hetgeen zich op 6 april 2004 boven op de Martinitoren heeft
afgespeeld, kon aan de nabestaanden geen duidelijkheid worden gegeven.
Dit ingegeven door de bevindingen van de deskundigen. De rechtbank zal
over veertien dagen uitspraak doen in deze zaak.
Openbaar Ministerie