Beantwoording vraag over de inzetbaarheid van F-16's
Onderwerp Beantwoording vraag VCD naar aanleiding van het artikel in de
Telegraaf d.d. 29 maart 2007 over de inzetbaarheid van F-16's.
In antwoord op het verzoek (07-DEF-B-027) van de vaste commissie voor Defensie om een
reactie te geven op het artikel in De Telegraaf d.d. 29 maart 2007 over de inzetbaarheid van
F-16's en daarbij tevens in te gaan op het klaarblijkelijke gebrek aan onderdelen en het tekort
aan (technisch) personeel, kan ik u het volgende mededelen.
In de militaire luchtvaart is het gebruikelijk dat van het totale aantal vliegtuigen in de
inventaris een deel inzetbaar is. Vanwege de intensieve wijze waarop jachtvliegtuigen
worden gebruikt en de daarbij optredende hoge slijtage, is in vergelijking met civiele
vliegtuigen meer preventief en correctief onderhoud noodzakelijk.
Jachtvliegtuigen kennen, ook bij internationale partners, over het algemeen een
inzetgereedheid van ongeveer 50% over de totale vloot. Indien de norm van 50% wordt
gehaald, verkeert van de overige vliegtuigen ongeveer 25% in regulier preventief onderhoud,
is ongeveer 10% in modificatie- en levensduurverlengend onderhoud ondergebracht, en is
ongeveer 15% niet inzetbaar als gevolg van correctief onderhoud. In het bijzonder bij het
preventief en correctief onderhoud zit Defensie al enige tijd iets boven dat percentage. Ik
merk daarbij op dat de uitgezonden F-16's in Afghanistan een hoge inzetbaarheid hebben en
dat het F-16 detachement volledig in staat is de opgedragen taken uit te voeren.
Bij beantwoording datum, ons kenmerk en onderwerp vermelden.
Pagina 1/3
Ministerie van Defensie
Datum
Ons kenmerk
Diverse factoren blijken een rol te spelen bij de inzetbaarheid van de F-16. Eén van de
factoren betreft een tijdelijk gebrek aan onderdelen. Het voorspellen van het toekomstig
gebruik aan onderdelen blijkt zeer complex. Dit is mede een gevolg van de veroudering van
de F-16 vliegtuigen van veel gebruikers en de daardoor gestegen vraag naar
reserveonderdelen. In het recente verleden heeft Nederland ook te maken gehad met
prioriteitstellingen van de toeleveranciers ten faveure van andere F-16 gebruikers die hun
vliegtuigen voor operaties inzetten. De minister van Defensie heeft hierover eind 2006
overleg gevoerd met de Amerikaanse onderminister Edelman, waarna de situatie enigszins is
verbeterd. Ten slotte worden binnen Defensie maatregelen getroffen om de voorraadniveaus
van reserveonderdelen te verhogen en beter af te stemmen op het verwachte
verbruiksniveau. Al deze maatregelen zullen naar verwachting geleidelijk effect sorteren en
aldus leiden tot een verbetering van de operationele gereedheid van de F-16.
Bij de voornaamste kandidaat voor de opvolging van de F-16, de Joint Strike Fighter (JSF),
wordt een innovatieve benadering van onderhoud en onderdelenvoorziening voorzien. Deze
benadering gaat uit van het contracteren van de gewenste inzetbaarheid bij de fabrikant. De
fabrikant heeft hierdoor belang bij een hoge inzetbaarheid van de JSF en Defensie betaalt
voor inzetbaarheid in plaats van niet-inzetbaarheid. In het ontwikkelingstraject van de JSF is
vanaf het begin rekening gehouden met dit instandhoudingsconcept.
Een andere belangrijke factor bij de F-16 betreft een aanzienlijk tekort aan technisch
personeel. De oorzaken hiervoor zijn een afgenomen belangstelling voor technische
beroepen in het algemeen en een aantrekkende economie, waardoor het bedrijfsleven
concurreert met Defensie. Bovendien is de ervaren druk bij uitzendingen hoog geweest.
Hierdoor is het irregulier verloop, ontslag op eigen verzoek van personeel met een aanstelling
voor onbepaalde tijd, toegenomen. Het huidige tekort aan vliegtuiggebonden technici bij de F-
16 is 93 personen.
Pagina 2/3
Ministerie van Defensie
Datum
Ons kenmerk
Inmiddels zijn, naast algemene inspanningen, diverse specifieke maatregelen genomen om
deze achterstand in te lopen. De wervingsinspanningen zijn verhoogd en er zijn contracten
met externe partners gesloten voor opleidingstrajecten voor vliegtuigtechnici met een
baangarantie bij de Koninklijke luchtmacht. De eerste resultaten van deze opleidingen zijn
veelbelovend. Op dit moment zijn reeds 52 nieuwe technici in opleiding. Op termijn zullen
deze personen een deel van de vacatures gaan vervullen. Ook wordt in een breder verband
gekeken naar organisatorische maatregelen die de uitzenddruk kunnen verminderen. De
bestaande financiële instrumenten bij het aanstellen en het binden van militairen worden
reeds ingezet bij het technische personeel.
DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Pagina 3/3
---- --
Ministerie van Defensie