Rotterdam reproduceert zijn eigen armoede
Met zeven probleemwijken telt Rotterdam het hoogste aantal
achterstandswijken op minister Vogelaars lijstje. Hoe kan dat? Een
artikel in NRC Next van 27 maart 2007 over de probleemwijken op Zuid,
geschreven door Mark Hoogstad.
Rotterdam. Verbaasd kijkt een gepensioneerde bewoner van de
Resedastraat op deze vroege maandagochtend het vijftienkoppige,
ministeriële gezelschap na. Waarom, vraagt hij zich af, belt de
minister niet gewoon aan bij de oude mensen? Dan weet ze precies wat
er leeft in de wijk."
Minister Ella Vogelaar (Wonen, Wijken en Integratie, PvdA) begon
gisteren aan haar wijkentoer, onder het motto Samen buurten, samen
binden. In Rotterdam, waar anders? De stad die maar liefst zeven van
de veertig achterstandswijken telt op de lijst die het ministerie van
VROM vorige week publiceerde.
In totaal heeft minister Vogelaar jaarlijks 400 miljoen euro voor alle
wijken samen te besteden. Daarvan zal een relatief groot deel gaan
naar het gebied ten zuiden van de Nieuwe Maas 200.000 inwoners , dat
worstelt met grote sociaal-economische problemen. Die financiële hulp
komt bovenop de ruim 1 miljard euro die de gemeente Rotterdam en de
woningcorporaties de komende tien jaar al in het Pact op Zuid hebben
toegezegd.
Hoe kan het dat Rotterdam zoveel achterstandswijken telt?
Dominic Schrijer, de Rotterdamse PvdA-wethouder voor Werk, Sociale
Zaken en Grotestedenbeleid, weet het antwoord wel. Decennialang, zegt
hij, pompte het stadsbestuur miljoenen in wat tot voor kort nog s
werelds grootste haven was. Vanuit de gedachte: als het goed gaat met
ons economische kroonjuweel, gaat het goed met de stad. Terwijl na de
oorlog al vrij snel duidelijk was dat de haven niet meer de
banenfabriek van weleer was."
Schrijer was acht jaar lid van het dagelijks bestuur van de
deelgemeente Charlois in Oud-Zuid, een van de zeven Rotterdamse
achterstandswijken op de lijst. Als geen ander kent hij, zelf
woonachtig in Rotterdam-Zuid (Heijplaat), de oorzaken en achtergronden
van vrijwel alle sociaal-economische problemen die zich samenballen in
deze stad, en dan vooral op Zuid".
Volgens zijn collega-wethouder Jantine Kriens van Volksgezondheid,
Welzijn en Maatschappelijke Opvang telt Rotterdam (584.356 inwoners)
naar schatting 15.000 huishoudens waar mensen langdurig en vaak van de
ene generatie op de andere afhankelijk zijn van een
bijstandsuitkering. De doorstroom naar een inkomen uit arbeid
stagneert, al jaren. In Rotterdam is het probleem bovenmaats, omdat er
historisch gezien altijd al een omvangrijke harde kern van
laagopgeleiden en laagbetaalden geweest is", zegt Kriens, die in vier
jaar bijna 14 miljoen euro uittrekt voor armoedebestrijding.
Ter verklaring van de economische achterstandspositie van Rotterdam
wordt vaak gewezen op de witte vlucht van de autochtone middenklasse
vanaf het begin van de jaren zeventig. Maar de sociaal-economische
uitholling begon veel eerder, met het vertrek van de havenbaronnen",
zegt Schrijer. De haven trok eind negentiende, begin twintigste eeuw
vooral ongeschoolde arbeiders uit Brabant en Zeeland. Die deden
relatief dom en smerig werk, waarvan de elite zei: prima, maar die
troep uit die schepen wil ik niet voor mijn voordeur. En dus verlieten
ze hun statige woonhuizen, en vertrokken ze en masse naar Wassenaar."
Maar de grootste klap volgde inderdaad in de jaren zeventig, toen de
tot middenklasse opgeklommen arbeiders massaal uitweken naar
omliggende randgemeenten als Barendrecht, Ridderkerk en Berkel en
Rodenrijs. Schrijer: Een mooi voorbeeld van de sociaal-democratische
droom van de verheffing van het proletariaat, want de burger kon het
zich financieel ineens veroorloven. Maar wel een verheffing met voor
de stad dramatische gevolgen."
Mede door de scheve bevolkingssamenstelling heeft Rotterdam de slag
gemist, constateerde econoom en hoogleraar Arie van der Zwan drie jaar
geleden in een uitgave van de Wiardi Beckman Stichting, getiteld
Rotterdam. Omdat van een ideale arbeidsmarkt geen sprake (meer) was,
trokken investeerders weg. Bij gebrek aan werk gleed, aldus Van der
Zwan, de onderkant van de arbeidsmarkt nog verder af.
Na de Tweede Wereldoorlog vestigden zich veel havenarbeiders bezuiden
de Nieuwe Maas, in betaalbare woningen in wijken als Pendrecht,
Tarwewijk en Heijplaat. Na de modernisering van de havenbedrijven
raakten veel mensen hun baan kwijt en belandden ze in de bijstand.
Daar bovenop kwam de massale instroom, ingezet vanaf het begin van de
jaren zeventig, van laagopgeleide en dus kansarme allochtonen, die de
plaatsen innamen van de weggetrokken autochtone bevolking. Zuid werkte
als een magneet op de onderklasse", zegt Schrijer. Met als gevolg een
accumulatie van de kansarmoede."
Die scheve bevolkingssamenstelling in Rotterdam laat zich volgens
Schrijer anno 2007 vergelijken met een soort platgeslagen ui": een
kolossale onderklasse, een kleine middenklasse en een vrijwel
non-existente bovenlaag". Officiële cijfers bevestigen dat beeld.
Slechts een op de drie werknemers woont ook daadwerkelijk in
Rotterdam, daar waar dat in Amsterdam een op een is.
Rotterdam werkte de problemen deels in de hand door jarenlang
kunstmatig vast te houden aan de bestaande woningvoorraad, die wordt
gedomineerd door relatief veel goedkope, sociale woningbouw.
Aangemoedigd door de regerende PvdA-elite, voor wie betaalbaar wonen
voor Jan met de pet" volgens Schrijer heilig was in de van oudsher
rode stad. Aan die norm viel niet te tornen. De gevolgen, voor zover
die überhaupt al bekend waren op het stadhuis, nam men voor lief."
De heersende bestuurscultuur werkte daarbij ook niet in het voordeel
van de stad. Wij Rotterdammers weten van aanpakken, wij lossen het wel
op dat was de moraal", zegt Schrijer. Het tegendeel bleek waar, weet
directeur Martien Kromwijk van Woonbron, met 25.000 woningen een van
de grootste en actiefste corporaties in de stad. Rotterdam is kampioen
in het reproduceren van de eigen armoede." Dat blijkt: liefst 60
procent van de kinderen groeit op in een probleemwijk.
Op uitnodiging van het stadsbestuur logeerde minister Vogelaar van
zondag op maandag in de probleemwijk Hillesluis, in een logeerhuis aan
de Beukelaarstraat. Het is een van de twee woningen die de stad twee
maanden geleden opende om bestuurders kennis te laten maken met het
alledaagse leven in een achterstandswijk. Vogelaar sliep in dezelfde
straat, als waar de politie vorige week een verdachte arresteerde van
de moord op banketbakker Albert de Heer.
En wat vond minister Vogelaar van de stad die te boek staat als de
aanvoerder van de foute lijstjes? Boeiend, maar minder zwart-wit dan
verwacht. Behalve problemen ben ik vandaag ook veel kracht in de
achterstandswijken tegengekomen."
46 Procent is allochtoon
* Rotterdam wordt al enkele jaren jonger, armer en allochtoner. Dit
komt doordat oud, rijk en autochtoon de stad verlaat, staat in De
staat van Rotterdam 2005, het meest recente overzicht van hoe
Rotterdam ervoor staat.
* Oud, rijk en autochtoon vertrekt bijvoorbeeld naar Capelle aan den
IJssel, Nieuwerkerk aan den IJssel of Barendrecht. Intussen krijgt
Rotterdam steeds meer een- en tweepersoonshuishoudens: studenten,
maar vooral ook kansarme gezinnen van allochtone afkomst.
* Het aandeel allochtonen in de totale bevolking van Rotterdam
bedroeg op 1 januari 2006 46 procent. Dat is net iets hoger dan in
Amsterdam, Den Haag en Utrecht. En het is twee keer zo hoog als
gemiddeld in Nederland.
* In Rotterdam heeft meer dan de helft van de bevolking een laag
inkomen. Zon 15 procent leeft van het sociaal minimum, anderhalf
keer zoveel als gemiddeld in Nederland. Relatief veel Rotterdamse
jongeren ontvangen een bijstandsuitkering: 7,5 procent van de 15-
tot 35-jarigen in 2004.
* Ook in Amsterdam en Den Haag zijn relatief veel huishoudens met
een laag inkomen. Maar daar verschilt het aandeel hoge inkomens
niet veel van het landelijk gemiddelde: zon 30 procent. In
Rotterdam heeft niet meer dan 20 procent van de bevolking een hoog
inkomen.
* Het eigenwoningbezit in Rotterdam bedraagt bijna 30 procent.
Landelijk bedroeg dat in 2004 56 procent. Van de koopwoningen in
Rotterdam behoort ruim de helft tot het goedkope segment. Voor de
huurwoningen geldt dit voor ruim 40 procent.
* De werkloosheid in Rotterdam is het hoogst van de vier grote
steden: 11 procent in 2004, opgelopen tot 12,7 procent in 2005. In
Amsterdam was dit in 2004 8 procent, in Den Haag en Utrecht 6
procent.
* De hogere werkloosheid in Rotterdam hangt samen met het lage
opleidingsniveau: eenderde van de beroepsbevolking beschikt niet
over een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt, dat wil zeggen
minimaal een mbo- of een havo-diploma.
* De onderwijsachterstand begint al in het basisonderwijs. De
Cito-scores in Rotterdam zijn lager dan gemiddeld in Nederland.
Ook gaan in Rotterdam minder kinderen naar het vwo dan elders, ook
minder dan in de drie andere grote steden. Zon 20 procent verlaat
het onderwijs zonder startkwalificatie.
* In 5 procent van de woningen waar gezinnen met kinderen onder de
twaalf jaar wonen, is sprake van overbezetting. Dat betekent: drie
of meer personen in een 1-kamerwoning, vier of meer in een
2-kamerwoning, zes of meer in een 3-kamerwoning.
Lees De staat van Rotterdam op www.rotterdam.nl
Futuristische hoogbouw en een toekomst met jonge, creatieve bedrijven
* Van alle steden in Nederland geldt Rotterdam als de meest
megalomane. Aan de soms futuristische hoogbouw, verrezen in de
jaren van de wederopbouw, ontleent de stad zijn beeld van kracht
en dynamiek. Beeldbepalend zijn onder meer de Euromast, de
Erasmusbrug, het spiegelkantoor van Nationale Nederlanden aan het
Weena en de woon/werktoren Montevideo. Die laatste, gelegen op de
Wilhelminapier, is met 151,5 meter (voorlopig) de hoogste
woontoren van Nederland.
* De Montevideotoren geldt als het pronkstuk van de Kop van Zuid.
Dit nieuwe stadsdeel is gebouwd op voormalige en in onbruik
geraakte haventerreinen. De eerste aanzet daartoe werd in 1978
gegeven. De Kop van Zuid (ruim 5.000 nieuwe woningen, 375.000 m²
kantoren) werd aangelegd met de intentie het (door de Nieuwe Maas
gescheiden) noorden en zuiden van de stad te verenigen. Maar het
nieuwe stadsdeel heeft nog niet geleid tot de beoogde
wederopleving, menen critici. Veel winkeliers zijn voortijdig
failliet gegaan.
* Het nabijgelegen schiereiland Katendrecht gold in vroeger tijden
als een typische zeemansbuurt, met een bruisend nachtleven. Deze
vervallen wijk wordt momenteel nieuw leven ingeblazen, onder meer
door de bouw van een nieuwe Kaap, met 1.300 woningen.
* Veel tijd, geld en energie steekt Rotterdam elk jaar in manieren
om zich te profileren als de bruisende stad die durft. Voorbeelden
daarvan zijn evenementen als de Dance Parade, het North Sea Jazz
Festival en de Bavaria City Racing, ook wel Monaco aan de Maas
genoemd.
* Een nieuwe trekpleister moet de SS Rotterdam worden. Dit
voormalige vlaggenschip van de Holland-Amerika Lijn is het
grootste passagierschip dat ooit in Nederland werd gebouwd. Het
stoomschip meert op zn vroegst in september af op de kop van
Katendrecht, en krijgt een educatieve bestemming. De gemeente
rekent op 50.000 bezoekers per jaar.
* Rotterdam is ook de stad van de vele musea en culturele
instellingen. De stad herbergt onder meer het Museum Boijmans Van
Beuningen, het Maritiem Museum, het Wereldmuseum en de Kunsthal.
Dit jaar staat Rotterdam in het teken van de architectuur, met
tentoonstellingen en evenementen rondom bijzondere gebouwen en
plekken in dé architectuurstad van Nederland.
* Hoge verwachtingen heeft Rotterdam de komende jaren van de eigen
creatieve sector. Daar ligt volgens wethouder Schrijer (Werk,
Sociale Zaken en Grotestedenbeleid) de verborgen kracht" van
Rotterdam. Op de bovenste verdiepingen van de Maassilo-danshal in
Rotterdam-Zuid wordt in augustus de zogeheten Creative Factory
geopend: 110 bedrijfsruimtes (5.000 vierkante meter) bestemd voor
jong talent, dat zich richt op mode, muziek, gaming en vormgeving.
Bron: Bestuursdienst, 03-04-2007
Gemeente Rotterdam