Schijn bedriegt: mooi rapport over ontwikkelingssamenwerking
03.04.2007 / 14:04 / Rubriek: Binnenland / Organisatie: Jubilee nederland
Jubilee nederland
Schijn bedriegt: mooie rapportcijfers van OESO DAC over Nederlandse bestedingen voor
Ontwikkelingssamenwerking in 2006 geven vertekend beeld.
Op dinsdag 3 april 2007 heeft het Development Assistance Committee (DAC) van de
Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) de cijfers bekend
gemaakt van de uitgaven voor ontwikkelingssamenwerking in 2006, onder andere die van
Nederland.
Voor het eerst sinds 1996 is de internationaal gegeven hulp gedaald.
Nederland is één van de weinige donorlanden die de internationale norm van
minstens 0,7% van het Bruto Nationaal Product aan 'zuivere hulp' (Official Development
Assistance) haalt.
Nederland stelde in 2006 0,81% van het BNP beschikbaar voor ontwikkelingssamenwerking, een
bedrag van Euro 4,3 miljard. Dit is een stijging van 4,2% ten opzichte van het jaar
daarvoor. Nederland stak in dit opzicht gunstig af bij andere EU lidstaten. Het doel van
de Europese Unie voor 2006 was een percentage van 0,33%. Griekenland, Italië,
Portugal en Spanje hebben dat niet gehaald, en Oostenrijk, Frankrijk en Duitsland ook
niet als de vervuiling van de bestedingen voor ontwikkelingssamenwerking buiten
beschouwing worden gelaten.
Jubilee Nederland is verheugd over de gunstige positie van Nederland binnen de Europese
Unie, maar waarschuwt voor een juichstemming omdat ook in het geval van Nederland het
beeld vertekend is. Dit komt vooral doordat schuldkwijtschelding als ODA-uitgave is
geboekt, dus als een vorm van 'zuivere hulp'.
In 2006 boekte de Nederlandse regering een bedrag van Euro 255,6 miljoen voor
kwijtschelding van exportkredietschulden als ODA uitgaven. In 2007 zal dit verdubbelen
tot Euro 531,6 miljoen! Dat is ruim 11% van de totale begroting voor
ontwikkelingssamenwerking. Deze stijging staat in schril contrast met de mooie
rapportcijfers die Nederland van de OESO over 2006 krijgt.
Jubilee Nederland is groot voorstander van schuldkwijtschelding als middel om armoede te
bestrijden en de millenniumdoelen te realiseren, maar wij zijn ertegen om kwijtschelding
in het bijzonder van exportkredietschulden als 'zuivere hulp' te beschouwen.
De inkomsten van de exportkredietverzekering zouden namelijk de kosten van die verzekering
moeten dekken, inclusief die van eventuele kwijtschelding bij het niet voldoen van
rekeningen aan Nederlandse exporteurs. Dat kwijtschelding in dit geval uiteindelijk ten
laste komt van de begroting voor ontwikkelingssamenwerking is vooral kwalijk, omdat de
exporten nooit zijn getoetst op hun bijdrage aan duurzame ontwikkeling.
De Nederlandse bestedingen voor ontwikkelingssamenwerking bestaan voor 95% uit ongebonden
hulp, d.w.z. dat ontvangende landen vrij zijn om hulpgelden naar eigen inzicht te
besteden en niet verplicht zijn bestedingen te doen in het donorland. Het gemiddelde aan
ongebonden hulp van de DAC-leden van de OESO bedraagt 76%. Minister voor
Ontwikkelingssamenwerking Koenders wil de lijn van ongebonden hulp graag voortzetten,
maar hij lijkt te vergeten dat kwijtschelding van exportkredietschulden evenzeer een vorm
van gebonden hulp is. Gezien de oorsprong van de schulden - exporten van Nederlandse
bedrijven aan ontwikkelingslanden waarvoor de Nederlandse overheid garant heeft gestaan -
valt deze specifieke vorm van schuldkwijtschelding in de categorie 'gebonden hulp'.