European Union



IP/07/440

Brussel, 29 maart 2007

Vereenvoudiging van het GLB: de Commissie wil het stelsel van randvoorwaarden verbeteren

Het stelsel van randvoorwaarden vormt een essentieel onderdeel van de in 2003 doorgevoerde hervorming van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). De Europese Commissie heeft vandaag een serie maatregelen gepresenteerd om dat stelsel te verbeteren en te vereenvoudigen. De veranderingen hebben onder meer tot doel de voorlichting te verbeteren, een bepaalde mate van tolerantie voor overtredingen van gering belang in te voeren, de te controleren percentages boeren te harmoniseren en het mogelijk te maken om bepaalde controles op de landbouwbedrijven vooraf aan te kondigen. Deze voorstellen betekenen geen verwatering van het concept achter de randvoorwaarden, maar zijn erop gericht het stelsel van randvoorwaarden op basis van de opgedane ervaring beter te doen functioneren in het belang van de boeren en ook van de uitvoerende instanties. Het betreft hier een verdere stap in de voortdurende inspanningen van de Commissie om het GLB te vereenvoudigen. De randvoorwaarden houden in dat de boeren zich aan een aantal normen moeten houden willen zij voorkomen dat zij op hun steun van de Europese Unie (EU) worden gekort. Het gaat bij die normen om de bescherming van het milieu, de gezondheid van mens, dier en plant en het dierenwelzijn en het behoud van de grond in een goede landbouw- en milieuconditie. Met de randvoorwaarden wordt een tweeledig doel beoogd: de landbouw duurzamer helpen maken en het GLB beter afstemmen op de verwachtingen van de consument en de belastingbetaler.

"De randvoorwaarden vormen een centraal onderdeel van ons hervormde GLB.", aldus Mariann Fischer Boel, commissaris voor Landbouw en plattelandsontwikkeling. "De mensen zullen de rechtstreekse inkomenssteun alleen accepteren als zij kunnen zien dat die steun er is om onze boeren te belonen wanneer zij op het platteland taken uitvoeren die van vitaal belang zijn. Ik ben mij er terdege van bewust dat veel boeren erg ongelukkig zijn met de randvoorwaarden. Maar de randvoorwaarden zijn een juiste zaak. Zij zijn nodig en niet meer weg te denken. Dit neemt niet weg dat wij wel degelijk veranderingen kunnen aanbrengen in het stelsel van randvoorwaarden om het doelmatiger te maken."

De invoering van randvoorwaarden was een belangrijke beslissing in het kader van de in 2003 doorgevoerde hervorming van het GLB. De randvoorwaarden maken het mogelijk om de aan een boer te betalen rechtstreekse inkomenssteun volledig of gedeeltelijk te weigeren als die boer zich niet aan de betrokken normen houdt. De na te leven normen bestaan uit twee componenten: de "uit de regelgeving voortvloeiende beheerseisen" (RBE's) en de "goede landbouw- en milieuconditie" (GLMC). Bij de RBE's gaat het om 19 bestaande besluiten van de EU, terwijl de lidstaten zelf minimumeisen voor de GLMC moeten vaststellen op basis van een EU-kader.

In 2005 zijn 240.898 controles ter plaatse verricht bij 4,92% van de onder de randvoorwaarden vallende boeren. Aan 11,9% van de ter plaatse gecontroleerde boeren is een korting op hun inkomenssteun opgelegd. Het merendeel van de ontdekte overtredingen betrof de identificatie en registratie van runderen. Ook waren er veel overtredingen op het gebied van de GLMC en de nitraatrichtlijn.

De Commissie heeft sinds 2005 al zeven documenten met aanwijzingen geproduceerd om de lidstaten te helpen en ook heeft zij de uitwisseling van de beste werkwijzen bevorderd. Zij zal discussies over aspecten van de randvoorwaarden blijven aanmoedigen. Zoals gezegd, heeft zij echter vandaag al een aantal specifieke praktische maatregelen voorgesteld om de werking van het stelsel van randvoorwaarden te vereenvoudigen:

Specifieke verbeteringen
* De lidstaten dient te worden toegestaan om geen werk te maken van overtredingen waarop niet meer dan de minimumkorting staat. Aan de betrokken boer wordt toch een waarschuwingsbrief gezonden en er vindt een vervolgcontrole plaats.

* Ook wordt voorgesteld om af te zien van kortingen die lager zijn dan 50 euro (een zogenoemde de-minimisbepaling). Ook in dit geval wordt een waarschuwingsbrief gezonden en wordt een vervolgcontrole verricht.

* De Commissie is van plan om voor de controles ter plaatse op de naleving van de randvoorwaarden nog maar één enkel controlepercentage voor te schrijven, namelijk ten minste 1% van de betrokken boeren.

* Als bij de controles veel overtredingen worden geconstateerd, moeten meer controles worden verricht. In de toekomst hoeven die extra controles alleen de normen te betreffen waarvoor een risico op overtredingen is gebleken, en niet alle normen zoals nu het geval is.

* De Commissie zal de mogelijkheid openen om controles tot 14 dagen van tevoren aan te kondigen, mits het doel van de controle daardoor niet in gevaar wordt gebracht. De controles op het gebied van de voedings- en voederwetgeving, de gezondheid en het welzijn van dieren en de identificatie en registratie van dieren blijven onaangekondigd.

* De nationale autoriteiten zullen moeten bepalen wat de optimale periode van het jaar is om de nakoming van het merendeel van de verplichtingen te controleren, waarbij zij er wel voor moeten zorgen dat in het controlesysteem geen enkele verplichting wordt veronachtzaamd.

* Slechts de helft van de percelen zal hoeven te worden gecontroleerd in plaats van het hele bedrijfsareaal.
* Uiterlijk drie maanden na de controle moet de boer het verslag daarover ontvangen.

* De selectie van de te controleren steekproef zal worden verbeterd, waarbij ook een deel van de steekproef op aselecte wijze zal worden gekozen.

* De Commissie zal duidelijker aangeven welke informatie de lidstaten moeten verstrekken aan de boeren.
* De boeren moeten alle percelen die zij aangeven om de bedrijfstoeslag te ontvangen, gedurende tien maanden tot hun beschikking houden. Voorgesteld wordt die tienmaandsregel te vereenvoudigen.

* De nieuwe lidstaten die de rechtstreekse steun uitkeren in de vorm van "één enkele areaalbetaling", zullen het deel van de randvoorwaarden dat nu nog niet voor hen geldt, namelijk de uit de regelgeving voortvloeiende beheerseisen, moeten gaan toepassen vanaf 2009. Voorgesteld wordt om een gefaseerde invoering van die beheerseisen over een periode van drie jaar toe te staan. In Bulgarije en Roemenië zal deze gefaseerde invoering pas in 2012 beginnen.

Zie ook:

http://ec.europa.eu/agriculture/simplification/crosscom/index_en.htm

http://blogs.ec.europa.eu/fischer-boel