ChristenUnie
ChristenUnie wint Lofprijs der Nederlandse Taal
maandag 26 maart 2007 10:54 De ChristenUnie ontvangt dit jaar de
Lofprijs der Nederlandse Taal van de stichting Nederlands. Arie Slob
neemt op dinsdag 27 maart de prijs in ontvangst. De ChristenUnie
krijgt de prijs omdat die als enige partij in haar programma heeft
opgenomen dat de positie van het Nederlands als landstaal in de
grondwet moet worden verankerd. Ook in het regeerakkoord van het
nieuwe kabinet is dit voornemen vastgelegd.
De bezoekers van de webstek van de stichting Nederlands verkozen de
ChristenUnie tot Lof van 2006 vóór, onder meer, de Volkskrant en
Mohammed Benzakour. De bezoekers konden kiezen uit de verschillende
MaandLof's die de schrijfgroep van de stichting Nederlands het vorig
jaar heeft gekozen. Eerder ging de prijs naar de Koninklijke
Nederlandse Akademie van Wetenschappen en Gerrit Komrij.
Sofprijs naar EZ
De Sofprijs der Nederlandse taal 2006 gaat naar het ministerie van
Economische Zaken. Dit ministerie kreeg de als aanmoediging bedoelde
prijs "voor de grote inspanning die het zich getroost om zo Engels
mogelijk over te komen". EZ dirkt zijn persberichten op met veel
onnodig Engels, organiseert technologiebijeenkomsten voor Nederlandse
ondernemers die, gezien de programma's, geheel in het Engels zijn,
bedenkt Engelstalige namen voor campagnes enzovoort aldus de Stichting
Nederlands.
De prijs
De Lof- en de Sofprijs worden jaarlijks uitgereikt aan een organisatie
of persoon die zich het jaar eraan voorafgaand, respectievelijk, het
verdienstelijkst heeft gemaakt voor de Nederlandse taal en aan de
persoon of organisatie die, bewust of onbewust, de Nederlandse taal
ernstig te kort heeft gedaan. De plastieken van Puk de Hondt, die
verbonden zijn aan de prijs, zullen aan de winnaars persoonlijk worden
overhandigd.
De stichting Nederlands zet zich in voor het behoud en de versterking
van de positie van het Nederlands als volwassen cultuurtaal en als
moedertaal van ruim 22 miljoen Europeanen. Ze geeft, onder meer, een
woordenlijst uit die inmiddels al, in zijn geheel of gedeeltelijk, is
overgenomen door de Standaard, het weekblad Elsevier en de Volkskrant.