De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801
der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag
Anna van Hannoverstraat 4
Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44
2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33
www.szw.nl
2513AA22XA
Uw brief SZW0600733
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
Datum 26 maart 2006
Onderwerp Armoede en schulden
Bij brief van 28 september 2006 (TK 24515, nr. 97) heeft mijn voorganger u voor het laatst
geïnformeerd over zijn inspanningen op het terrein van het armoede- en schuldenbeleid. In
deze brief schets ik een overzicht van de belangrijkste (vervolg)acties, zoals deze sindsdien
door mijn voorganger zijn ingezet. Tevens ga ik in op het onderzoeksrapport van de G27-
gemeenten, getiteld `Inventarisatie armoedebeleid G27', dat zij in oktober 2006 aan de Kamer
hebben gestuurd. Tot slot bied ik u het bijgaande onderzoeksrapport `Huishoudens met (risico
op) problematische schulden' aan.
A. Bestuurlijke conferentie `Schulden hebben actie nodig'
In de bovengenoemde brief heeft mijn voorganger vooruit gewezen naar de tweede
bestuurlijke conferentie Schulden die in het najaar van 2006 zou worden gehouden, in vervolg
op de conferentie van 26 juni 2006 over hetzelfde onderwerp. Op 18 december 2006 heeft de
tweede bestuurlijke conferentie over schulden plaatsgevonden. Deze vervolgconferentie had de
titel `Schulden hebben actie nodig'. Evenals op de juni-conferentie waren gemeenten,
schuldhulpverleningsorganisaties, schuldeisers als energiebedrijven, woningcorporaties en
thuiswinkelorganisaties, kredietverstrekkers en betrokken departementen op bestuurlijk en/of
managementniveau vertegenwoordigd. Tussen juni 2006 en december 2006 heeft mijn
voorganger bovendien zes regionale werkconferenties georganiseerd over het onderwerp
armoede en schulden. Het doel van deze conferenties was om betrokken partijen in de regio
een platform te bieden voor ontmoeting en samenwerkingsafspraken. Circa 500 mensen in de
regio zijn op deze manier met elkaar in gesprek gebracht en hebben samenwerkingsafspraken
gemaakt.
Het accent in de juniconferentie lag nog op het creëren van draagvlak bij de deelnemers om het
probleem van de schulden aan te pakken, het versterken van vertrouwen tussen de organisaties
en vormde de start van een groot aantal activiteiten. De beoogde opbrengst van
decemberconferentie lag in het verlengde daarvan. De dag heeft inzicht gegeven in de acties
die door de verschillende organisaties zijn ondernomen. Dit waren zowel de acties die
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
landelijk zijn opgepakt, al dan niet in het verlengde van de juni-conferentie, als de acties die
tijdens de regionale werkconferenties zijn gepresenteerd en afgesproken. Één van de acties die
tijdens de conferentie is gepresenteerd is het beoogde convenant tussen het Centraal Justitieel
Incassobureau (CJIB) en de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet. Door het convenant
wordt het mogelijk mensen in een problematische schuldsituatie in staat te stellen via een
minnelijke regeling, waarvan ook de CJIB-boetes deel uitmaken, tot een oplossing voor hun
schuldensituatie te komen.
Op de decemberconferentie is ook verkend welke onderwerpen nog (verder) uitgewerkt
moeten worden en zijn er afspraken gemaakt wat nog wordt opgepakt en wie daarbij betrokken
zijn.
Hieronder staat een aantal van de resultaten van de trajecten die door SZW, andere
departementen én andere organisaties zijn ingezet. In april ontvangt u via een publicatie het
complete overzicht. Deze publicatie zal in het kader van de kennisoverdracht breed onder de
deelnemers aan de conferentie, de ingestelde themagroepen, alle gemeenten en overige
betrokken organisaties worden verspreid.
Voortgangsoverleg
Er is met de deelnemers afgesproken dat ik elk half jaar via een brede bijeenkomst een overleg
arrangeer, waarin de deelnemende organisaties inzicht geven in de voortgang van de
activiteiten en waarbij afspraken worden gemaakt over het vervolg daarvan.
De gastgemeenten hebben toegezegd zorg te dragen voor de nakoming van afspraken die zijn
gemaakt op de regionale werkconferenties.
Intentieverklaring
Tijdens de conferentie hebben Aedes, EnergieNed, Zorgverzekeraars Nederland, de VNG,
Divosa, de ministeries van VROM en SZW de intentieverklaring `Samenwerking ter
voorkoming van problematische schulden' ondertekend, waarin zij afspreken intensief samen
te werken ten behoeve van preventie en curatie van problematische schulden. Één van de
acties die voortvloeit uit de intentieverklaring is om een infrastructuur op te zetten voor de
uitwisseling van kennis. Waar mogelijk wordt aansluiting gezocht bij initiatieven voor de
uitwisseling van best practices die op lokaal en regionaal niveau ontwikkeld zijn. De VNG en
SZW zullen gezamenlijk bevorderen dat deze lokale en regionale voorbeelden landelijk
worden uitgerold, zodat er geen kennis verloren gaat.
Preventie en vroegsignalering
Op de conferentie is een aantal goede voorbeelden voor lesprogramma's voor jongeren
gepresenteerd. Deventer neemt het initiatief om samen met Rotterdam, Utrecht en het Nibud te
overleggen over de afstemming van bestaande lesprogramma's voor jongeren tot 23 jaar. Deze
---
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
lesprogramma's worden ingebracht in de projectgroep Onderwijs van het Platform CentiQ.
CentiQ is een platform ingesteld door het Ministerie van Financiën dat tot doel heeft de
consument waar nodig te activeren om tot weloverwogen financiële beslissingen te komen.
Deze projectgroep Onderwijs zal zoveel mogelijk bestaande lesprogramma's op het terrein van
financiële kennis inzichtelijk maken. Samenwerking tussen de projectgroep en de genoemde
gemeenten en het Nibud draagt bij aan de verdere ontwikkeling van lesprogramma's op dit
terrein.
Er zijn afspraken gemaakt om een aantal knelpunten in de uitvoering van schuldhulpverlening
weg te nemen en vroegsignalering te bevorderen. Zo maken gemeenten en overige organisaties
concrete werkafspraken over het verbeteren van de samenwerking en de toegankelijkheid,
bijvoorbeeld door contactpersonen aan te wijzen en telefoonnummers uit te wisselen.
Zorgverzekeraars Nederland (ZN) heeft toegezegd de zorgverzekeraars aan te spreken op het
aanleveren van gegevens van personen met betalingsachterstanden aan het inlichtingenbureau
(IB). Het IB koppelt deze gegevens vervolgens aan door gemeenten aangeleverde sofi-
nummers van bijstandsgerechtigden. Op deze manier kunnen gemeenten snel zien of iemand
achterstand bij de betaling van ziektekostenpremies heeft én ingrijpen om het oplopen van
schulden te voorkomen. VWS zal verder in samenspraak met ZN bezien op welke manier de
problemen van dak- en thuislozen bij de inschrijving voor een zorgverzekering kunnen worden
aangepakt.
Het ministerie van Financiën heeft de bereidheid van de Belastingdienst toegezegd om de
mogelijkheden te onderzoeken voor een meer pro-actieve benadering ter voorkoming van het
ontstaan van problematische schulden en het niet-gebruik van voorzieningen.
Het ministerie van VROM zal het initiatief nemen om waterleidingbedrijven te wijzen op het
belang van vroegsignalering en mede te bevorderen dat zij op dit terrein samenwerken met
gemeenten en andere relevante partijen om waterafsluitingen zoveel mogelijk te voorkomen.
EnergieNed en de ministeries van Economische Zaken (EZ) en Sociale Zaken en
Werkgelegenheid nemen het initiatief om landelijke werkafspraken te maken in vervolg op de
nieuwe EZ-regeling ten aanzien van de afsluiting van energie. Andere organisaties worden
hierbij betrokken.
De rol van vrijwilligers
Vrijwilligers spelen een belangrijke rol in de schuldhulpverlening. Een goede afstemming
tussen vrijwilligers en professionals bij schuldhulpverlening is noodzakelijk om de keten
preventie-curatie-nazorg te versterken. Om dit te realiseren worden verschillende activiteiten
ondernomen om de hulpverlening door vrijwilligers en de afstemming tussen de taken van
vrijwilligers en professionals bij schuldhulpverlening te verbeteren. Zo organiseren het Nibud,
---
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
de gemeente Tilburg en andere organisaties een landelijke conferentie voor organisaties die
vrijwilligers bij schuldhulpverlening inzetten.
Certificering
Zoals u weet, is één van de trajecten die loopt in het kader van schuldhulpverlening het traject
gericht op een vorm van vrijwillige certificering van schuldhulpverleners. Op de conferentie
zijn afspraken gemaakt over deelname aan de normcommissie die ten behoeve van dit traject
wordt ingesteld. Ik heb conform de eerdere toezegging aan u besloten om op grond van een
aantal criteria een maximumbedrag van 150.000 als ondersteuning voor dit
certificeringstraject ter beschikking te stellen.
Terugdringen van niet-gebruik van inkomensondersteunende voorzieningen.
Een themagroep `terugdringen niet-gebruik' heeft een groot aantal ideeën geïnventariseerd
waarmee inkomensvoorzieningen beter gebruikt kunnen worden. Deze ideeën zijn tijdens de
conferentie gepresenteerd. De themagroep is breed samengesteld met onder meer
vertegenwoordigers van VNG, Divosa en belangenorganisaties. De ideeën worden samen met
de VNG en andere partijen op dit moment verder uitgewerkt. Voor een aantal ideeën zal
nadere politieke besluitvorming vereist zijn. In de brief van 28 september staat dat de
themagroep de conclusies uit het SCP onderzoek naar niet-gebruik daarbij zou kunnen
betrekken. Helaas is dit onderzoek nog niet gereed. Het SCP verwacht het onderzoek in mei
2007 uit te brengen.
Herziening Wet Schuldsaneringsregeling Natuurlijke Personen (WSNP)
Ook door middel van de voorgenomen wijzigingen van de WSNP wordt de
schuldhulpverlening naar verwachting verder ondersteund. Op 31 oktober 2006 heeft uw
Kamer wetsvoorstel 29 942 aanvaard, waarmee de Minister van Justitie de WSNP beoogt te
wijzigen. Een van de belangrijkste wijzigingen betreft de invoering van het dwangakkoord.
Een schuldenaar kan op deze manier bij de rechter om een bevel verzoeken jegens een
schuldeiser die op onredelijke gronden zijn medewerking weigert aan een minnelijke
schuldenregeling. Daarnaast biedt het wetsvoorstel in artikel 287b Faillissementswet een
mogelijkheid voor de schuldenaar om bij een dreigende noodsituatie een 'minnelijk
moratorium' als afkoelingsperiode aan te vragen bij de Rechtbank. Dat kan bij hetzij een
dreigende afsluiting van gas, water of elektra, hetzij bij een gedwongen woningontruiming,
hetzij bij een ontbinding of bij opzegging van de zorgverzekering. De rechter kan dan een
voorlopige voorziening uitspreken voor maximaal zes maanden, waarna in de meeste gevallen
veelal een gemeentelijke kredietbank verslag uitbrengt aan de Rechtbank over het verloop en
de resultaten van de afkoelingsperiode.
---
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
Enkele slotopmerkingen
Zoals ik u hierboven heb geschetst, is er in de afgelopen periode veel werk verricht door veel
partijen op het terrein van schuldhulpverlening. De tijdelijke stimuleringsregeling
schuldhulpverlening 2006 is voor nagenoeg alle gemeenten een impuls geweest om
schuldhulpverlening actief op te pakken. Het kabinet heeft in 2006 circa 25 miljoen,
aflopend naar 19 miljoen in 2009 aan extra middelen voor schuldhulpverlening beschikbaar
gesteld. Door het amendement-Verburg (Tweede Kamer, vergaderjaar 2006-2007, 30 800 XV,
nr. 16) zijn deze middelen voor het jaar 2007 verhoogd met 10 mln. Op dit moment werk ik
aan het vormgeven van de voortzetting van de regeling voor de periode 2007-2009. De input
uit de conferentie wordt daarbij gebruikt. Met gemeenten zal ik in de aanloop naar het
Bestuurlijk Akkoord nagaan hoe zij de gelden uit deze regeling ook kunnen inzetten voor het
bereiken van cliënten van voedselbanken en hun actief naar de reguliere instanties door gaan
leiden.
Er zijn tussen gemeenten, corporaties en energiebedrijven convenanten afgesloten waarin
goede afspraken zijn gemaakt om onder andere huisuitzettingen te voorkomen. Via
interessante voorbeelden opgenomen bij de Verzamelbrief aan gemeenten is aandacht besteed
aan de bestrijding van armoede en schulden en het voorkomen van niet-gebruik. Samen met de
VNG en andere betrokken organisaties zoek ik verder naar andere manieren om kennis en
goede voorbeelden, onder andere voorbeelden van convenanten, verder uit te dragen.
Met deze beleidsinspanningen die veelal met elkaar samenhangen, heb ik invulling gegeven
aan een aantal toezeggingen en een tweetal moties1 op het terrein van armoede en
schuldhulpverlening.
Mijn voorganger heeft naar aanleiding van het amendement Van der Sande tevens toegezegd
steun te verlenen aan initiatieven naar voorbeeld van Oprah Winfrey's `Debt Diet'. Binnenkort
wordt de meerjarige voorlichtingscampagne ter voorkoming van problematische schulden
`Blijf Positif', gelanceerd. In deze campagne komen verschillende elementen van het `Debt
Diet' van Oprah Winfrey nadrukkelijk terug. Deze campagne gaat mensen weerbaar maken
tegen de verleidingen van het lenen, door ze te helpen financieel in vorm te komen (en/of te
blijven). Rode draad van de campagne is een `coach' die mensen gaat helpen financieel fit te
blijven of te herstellen van een 'financiële blessure' (sportmetafoor voor problematische
schuldensituatie). De coach is te raadplegen via een website waar men via de Financieel Fit
Test terecht komt in een op de persoonlijke situatie afgestemd `trainingsprogramma' met
informatie, tips en links naar relevante websites en instanties. Binnen deze campagne zal
mogelijk ook een televisieprogrammaformat worden ontwikkeld.
1 Motie Mosterd en Koer-Kaya (TK 30 300 XV,nr. 78) en motie Noorman-Den Uyl (TK 29942, nr. 30)
---
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
Tijdens het algemeen overleg met uw Kamer van 23 maart 2006 heeft mijn voorganger
toegezegd na te zullen gaan of de doelgroep allochtonen wat betreft schuldpreventie een plaats
kunnen krijgen in het Nibud programma. In lijn met die toezegging is het Nibud subsidie
verleend voor een projectvoorstel `Leren omgaan met geld allochtone huishoudens'. Het
Nibud ontwikkelt nog dit jaar een voorlichtingsprogramma over financiële opvoeding,
specifiek voor allochtone gezinnen.
B. Inventarisatie armoedebeleid G27
In oktober 2006 heeft onderzoeksbureau SGBO een rapport uitgebracht over het
armoedebeleid in de G27-gemeenten. U heeft mij gevraagd hierop te reageren. De
belangrijkste conclusie uit het rapport is dat de gemeenten hun verantwoordelijkheid bij
armoedebestrijding ruimschoots nemen en dat zij niet onnodig geld voor lokaal armoedebeleid
laten liggen. Dat is een positief bericht. Zoals ook uit het onderzoek blijkt, gebruiken
gemeenten verschillende financieringsbronnen voor hun armoedebeleid; naast de algemene
uitkering uit het Gemeentefonds zetten zij ook overschotten op het uitkeringenbudget voor de
bijstand (I-deel) en re-integratiemiddelen, welzijnsbudgetten en andere middelen in.
Het rapport laat ook grote verschillen in uitvoeringskosten van lokaal armoedebeleid per
gemeente zien. Aangegeven wordt dat deze verschillen aantonen dat hier een efficiencywinst
te behalen is. Ik sluit mij bij deze conclusie aan. Een efficiencywinst is te behalen door
bijvoorbeeld een uitwisseling van ervaringen tussen gemeenten en het schrappen van
overbodige regels op gemeentelijk niveau. In de brochure Gemeentelijk armoedebeleid staan
aansprekende voorbeelden van gemeenten die door het voeren van `slim' beleid de
uitvoeringskosten weten te beperken.
Het onderzoek laat ook zien dat nog onvoldoende gebruik wordt gemaakt van de bestaande
regelingen. Zo blijkt dat bijna de helft van de ondervraagde gemeenten (soms ook bewust)
geen gebruik maakt van de mogelijkheid om categoriale bijzondere bijstand aan ouderen of
chronisch zieken en gehandicapten te verstrekken. De G27 pleiten in hun brief voor uitbreiding
van de mogelijkheid om categoriaal beleid te voeren. Zoals aangegeven in het coalitieakkoord
wil het kabinet de mogelijkheden voor gemeenten verruimen om een gericht armoedebeleid te
voeren. Dit zal dan ook een van de gespreksonderwerpen zijn voor het bestuurlijk akkoord met
de gemeenten.
In hun brief geven de G27 gemeenten aan dat er structureel extra middelen voor
schuldhulpverlening nodig zijn. Ik onderschrijf het belang van de aanpak van de
schuldenproblematiek. Het kabinet heeft daarom in 2006 circa 25 miljoen, aflopend naar
19 miljoen in 2009 aan extra middelen voor schuldhulpverlening beschikbaar gesteld. Door
het amendement-Verburg (Tweede Kamer, vergaderjaar 2006-2007, 30 800 XV, nr. 16) zijn
deze middelen voor het jaar 2007 verhoogd met 10 mln.
---
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
Tevens signaleren de G27 gemeenten dat de interne samenwerking binnen gemeenten al
plaatsvindt, maar dat samenwerking binnen de kring van hulpverleners nog verder
gestimuleerd kan worden. Samenwerking is inderdaad belangrijk, dat bleek ook uit het
onderzoek naar het klantenbestand van de voedselbanken. Zoals in het begin van deze brief
gememoreerd, is er om de samenwerking te bevorderen het afgelopen najaar een aantal
regionale bijeenkomsten met bestuurders georganiseerd.
C. Rapport `Huishoudens met (risico op) problematische schulden'
Op uw verzoek is in 2004 een hernieuwde nulmeting gestart naar huishoudens met (risico op)
problematische schulden. Bijgaande treft u het resultaat daarvan aan. Het onderzoek is een
vervolg op het onderzoek `Schulden: een ondragelijke last' uit 2003. Het huidige onderzoek is
uitgevoerd in samenwerking met het veld. Beide onderzoeken zijn uitgevoerd door IVA
beleidsonderzoek en advies te Tilburg.
Het doel van het onderzoek was om, in nauwe samenwerking met het veld, het aantal
huishoudens met (risico op) problematische schulden in kaart te brengen. Dit is slechts ten dele
gelukt, omdat het niet mogelijk bleek om de met het veld afgestemde definitie volledig op een
betrouwbare wijze te operationaliseren. Bij de analyse van de verzamelde gegevens bleek dat
de gehanteerde methode onvoldoende houvast biedt om op een betrouwbare manier vast te
stellen of een huishouden voldoet aan alle criteria die in de NVVK-gedragscode worden
genoemd.
Ik vind het teleurstellend dat het niet is gelukt om een bevredigend beeld te krijgen van het
aantal huishoudens met problematische schulden in Nederland. Het onderzoek verschaft wel
inzicht in het aantal huishoudens met betalingsachterstanden dat volgens het stroomschema
van de NVVK risicovolle karakteristieken heeft (te lage aflossingscapaciteit en/of bedreigende
schulden). Volgens dit onderzoek zijn dat minimaal 101.000 en maximaal 158.000
huishoudens. Ook is er meer inzicht in de achtergronden en financiële kenmerken van deze
huishoudens. Het thema schuldhulpverlening en het voorkomen van schulden blijft derhalve
onverminderd de aandacht verdienen. Een groot aantal trajecten is al in gang gebracht zoals u
in deze brief kunt lezen.
Ik ben van mening dat het van belang blijft de omvang van het aantal huishoudens met
problematische schulden beter in beeld te krijgen. Ik heb dan ook besloten om - samen met de
leden van de klankbordgroep2- te zoeken naar een aan de praktijk getrouwe methode waarmee
2 De leden van de klankbordgroep zijn: het ministerie van SZW, de Raad voor Rechtsbijstand 's-Hertogenbosch,
de NVVK, het NIBUD, Divosa, de VNG, de MO-groep en het ministerie van Justitie.
---
Ons kenmerk W&B/B&K/06/89758
het aantal huishoudens met (risico op) problematische schulden beter in kaart kan worden
gebracht, zodat op basis daarvan een doelgericht onderzoek kan worden uitgevoerd.
Zoals uit het vorenstaande blijkt, heeft het vorige kabinet in samenwerking met het veld een
substantieel aantal activiteiten in gang gezet. Ik wil de nu komende periode benutten om
binnen het kabinet én in overleg met andere partijen te bezien welke aanvullende acties nodig
zijn. Ik zal u daarover te gelegener tijd informeren.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(ing. A. Aboutaleb)
---
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid