Time : 16:39:23
Date : 22 March 2007
Sender Name: KPMG
Toekomstige bouwprojecten bedreigd door tekort aan talenten
Gebrek aan geschikte aannemers en toenemende bouwkosten vormen
grootste risico's voor het succes van geplande projecten
Uit een studie van KPMG LLP blijkt dat een schrijnend tekort aan
geschikte aannemers de grootste hindernis vormt voor de ontwikkeling
van nieuwe bouwprojecten. Gezien de komende vijf jaar een forse
stijging van de vraag naar bouwdiensten wordt verwacht, dreigt het
probleem zich in te toekomst nog scherper te stellen, daar het aantal
geschikte aannemers die in staat zijn een bod op projecten uit te
brengen beperkt is, en het toenemende tekort aan geschoold personeel
een invloed zal hebben op het tijdig en binnen de voorziene budgetten
opleveren van projecten.
In het kader van de Global Construction Survey 2007 van KPMG werd
gepeild naar de standpunten van sommige van de grootste en meest
actieve kopers van bouwdiensten met betrekking tot hun visie op de
sector, hun graad van tevredenheid en de knelpunten rond het plannen
van toekomstige projecten en de selectie van aannemers.
De voornaamste resultaten van de studie zijn de volgende:
- Bijna de helft van de ondervraagden (42 procent) is bezorgd over de
beschikbaarheid van geschikte aannemers en over de stijgende
bouwkosten, waarin ze een ernstig risico zien voor het succes van
toekomstige projecten;
- In totaal voorziet 75 procent van de respondenten een significante
stijging van de vraag tijdens de komende vijf jaar, terwijl 39
procent een wezenlijke verhoging verwacht van de uitgaven voor
bouwprojecten;
- Het vertrouwen van de eigenaars in de aannemer die ze hebben
geselecteerd lijkt zeer groot te blijven, met bijna 80 procent van de
eigenaars die beweren hun samenwerking bij een volgend project te
willen voortzetten met dezelfde ondernemer;
- Bovendien lijkt de levering van de projecten binnen de termijnen de
jongste jaren te zijn verbeterd: 84 procent van de ondervraagden
geeft aan dat hun jongste project op de voorziene datum opgeleverd
werd. Daarentegen wordt vastgesteld dat in meer dan één derde van de
projecten (35 procent), het voorziene budget werd overschreden;
- De bedrijven lijken hard te worden getroffen door fraudepraktijken:
20 procent van de organisaties beweert het slachtoffer te zijn
geworden van fraude bij de uitvoering van recente projecten.
Richard Whittington, verantwoordelijke van Building and Construction
bij KPMG LLP in het Verenigd Koninkrijk, licht toe: "De
'talentenoorlog' is reeds lang een onderwerp dat hoog aangeschreven
staat op de agenda van de besturen in de ganse sector, met steeds
meer bedrijven die het kennelijke tekort aan geschoolde werknemers
wensen aan te pakken. Doordat het aantal geschikte aannemers in
steeds meer richtingen worden geduwd, dreigen deze echter niet meer
te weten waar te beginnen, met als mogelijk gevolg een laattijdige of
budgetoverschrijdende oplevering van de projecten. Dit zou ongunstige
gevolgen kunnen hebben voor zowel de kwaliteit van het geleverde werk
als voor de reputatie van de aannemers zelf."
Hij voegt hieraan toe dat "aannemers zich moeten afvragen of ze wel
de geschikte mensen ter beschikking hebben. Teveel ondervraagde
bedrijven geven immers aan dat aannemers in hun offerte een team naar
voren brachten waarmee ze het contract in de wacht konden slepen, om
uiteindelijk een volkomen verschillende en veel minder ervaren ploeg
te zenden, en het project op te leveren zonder hun prijzen in
verhouding aan te passen."
Wat de fraude betreft, verklaart Richard Whittington: "Het feit dan
één vijfde van alle ondervraagden aangeven frauduleuze activiteiten
te hebben waargenomen bij de uitvoering van recente projecten, is
zeer zorgwekkend, in het bijzonder omdat fraude ernstige gevolgen kan
hebben, zowel financieel als op het vlak van het imago van het
bedrijf. We stellen gelukkig wel vast dat 70 procent van de bedrijven
aangeeft zich gerustgesteld te voelen door de interne controles
werden opgezet om fraude op te sporen en te voorkomen, wat erop wijst
dat deze problematiek zeer ernstig wordt genomen door de besturen."
De studie buigt zich ook over veronderstellingen in verband met de
gemaakte winsten, waarbij uit de antwoorden blijkt dat de kopers van
bouwdiensten vaak in de overtuiging leven dat de winstmarges groter
zijn dan werkelijk het geval is. 65% van de ondervraagden heeft
inderdaad de indruk dat de ondernemer tenminste de verwachte winst
heeft gerealiseerd.
Richard Whittington legt uit: "Velen hebben de indruk dat de
bouwsector hogere winstmarges realiseert dan werkelijk het geval is.
Sommige bedrijven die we hebben ondervraagd geven aan dat ze
sceptisch zijn over de prijzen die gelden in de bouwsector, en denken
dat in deze prijzen een element werd opgenomen om de marges te
verhogen."
De studie bevestigt ook dat reputatie een zeer belangrijk gegeven is
en een aanzienlijk concurrentievoordeel inhoudt: 57 procent van de
respondenten noemt deskundigheid en geloofwaardigheid als twee van de
invloedrijkste kwaliteiten waar de eigenaars rekening mee houden bij
de selectie van een aannemer. Verbazend genoeg scoren deze twee
factoren veel beter dan de prijs, die slechts in 12% van de gevallen
als topprioriteit wordt beschouwd.
Richard Whittington besluit: "Vaak wordt gezegd dat een goede naam
veel meer waarde heeft dan geld, en dit gezegde is nooit beter van
toepassing geweest op de bouw- en constructiesector dan vandaag. Met
drie op vier van de respondenten die een forse stijging van de vraag
voorzien voor de vijf komende jaren, worden in de toekomst een sterke
reputatie en goede referenties ongetwijfeld de belangrijkste troeven
van de aannemers."
"Als de problemen aangekaart in onze studie (tekort aan geschikte
aannemers, fraude en verhoging van de kosten) echter nog erger zouden
worden, dreigt de goede naam van de hele sector besmeurd te worden.
Door samen te komen om dergelijke problemen aan te pakken kunnen de
bedrijven ervoor zorgen dat ze in de komende jaren een vooraanstaande
rol zullen spelen in dit groei- en veranderingsproces van de
bouwsector."
- einde -
Nota aan de redactie:
In de studie Global Construction Survey 2007 worden de resultaten
voorgesteld en geïnterpreteerd van face-to-face interviews gevoerd
tussen vennoten van KPMG en de eigenaars, chief executives en senior
executives van vooraanstaande, wereldwijde bedrijven die regelmatig
bouwdiensten aankopen.
De studie werd uitgevoerd tijdens het laatste kwartaal van 2006 en
concentreert zich op grote bedrijven die voor de komende vijf jaar
omvangrijke investeringsprogramma's of infrastructuurwerken hebben
voorzien. In de studie zijn de antwoorden opgenomen van verscheiden
organisaties uit de sector, met inbegrip van overheidsinstanties,
REITs, ontwikkelaars van commerciële en residentiële projecten,
leveranciers van energie en natuurlijke hulpbronnen, waarvan de
uitgaven in de komende vijf jaar samen meer dan 70 miljard U.S. $
zullen bedragen. Meer dan 60 procent van deze organisaties heeft een
jaarlijks inkomen van meer dan 1 miljard U.S. $, terwijl 30 procent
multinational is.
Over KPMG
KPMG is een wereldwijd netwerk van professionele ondernemingen die
audit, fiscale en advisory-diensten verlenen. Wij opereren in 148
landen en er werken meer dan 113.000 professionele medewerkers in
KPMG-ondernemingen over de hele wereld.
De onafhankelijke ondernemingen die lid zijn van het KPMG-netwerk
zijn aangesloten bij KPMG International, een Zwitserse coöperative
vennootschap.
KPMG in België telt 830 medewerkers en heeft kantoren in Brussel,
Antwerpen, Gent, Hasselt, Luik en Louvain-La-Neuve.
De bijlage is eveneens beschikbaar op www.pressreleases.be.
Perscontacten:
Tina Vandenbosch, Public Relations Manager KPMG Support Services
(België)
Tel.: 02 708 43 10
GSM: 0476 96 04 97
E-mail: tvandenbosch@kpmg.com
[shariff url="http://opennieuwsbank.nl/bericht/2007/03/22/E340-toekomstige-bouwprojecten-bedreigd-door-tekort-aan.html" title="Toekomstige bouwprojecten bedreigd door tekort aan talenten"]