Voedingcentrum


Nederlanders krijgen te weinig omega-3-vetzuren binnen

20 maart 2007

Uit onderzoek blijkt dat jonge volwassenen in Nederland te weinig omega-3-vetzuren binnenkrijgen. Het onderzoek is gedaan door TNO, voor het Voorlichtingsbureau Margarine, Vetten en Oliën. Omega-3-vetzuren zijn gezonde vetzuren, die het menselijk lichaam niet zelf maakt. Ze helpen bijvoorbeeld om hart- en vaatziekten te voorkomen. De Gezondheidsraad heeft gezegd wat de gezonde hoeveelheid omega-3-vetzuren is. Als u tweemaal per week vis eet (waarvan zeker één keer vette vis), haalt u die hoeveelheid. Wilt of kunt u geen vis eten, dan kunt u producten eten waaraan de omega-3-vetzuren zijn toegevoegd. Voorbeelden zijn margarine, halvarine en brood. Ook zijn visoliecapsules nog een mogelijkheid.

Er zijn verschillende soorten vet. Verzadigd vet en transvet is verkeerd, ongezond vet. Onverzadigd vet is oké, gezond vet. Onverzadigd vet bestaat uit verschillende soorten vet. Omega-3-vetzuren zijn een voorbeeld van onverzadigd vet. Omega-3-vetzuren zijn dus gezonde vetzuren. Omega-3-vetzuren zijn weer te verdelen in kleinere groepen. Zo zijn er de visvetzuren EPA en DHA. Ook is er alfa-linoleenzuur (ALA), dat vooral in plantaardige producten voorkomt. Uit het onderzoek van het Voorlichtingsbureau Margarine, Vetten en Oliën blijkt dat jonge volwassenen van al die omega-3-vetzuren te weinig binnenkrijgen.

Vis

De hoeveelheid visvetzuren EPA en DHA blijft het verst achter bij de gezonde hoeveelheid. Dat meldde de Nederlandse Gezondheidsraad al eerder bij de presentatie van de Richtlijnen goede voeding in december 2006. De Gezondheidsraad heeft een hoeveelheid van 450 milligram visvetzuren per dag aanbevolen. Deze hoeveelheid helpt om de kans op hart- en vaatziekten te verkleinen. Met tweemaal per week vis eten (waarvan zeker één keer vette vis, zoals zalm, sardientjes en haring) haalt u deze hoeveelheid. Mensen die geen vis willen of kunnen eten, kunnen ook producten kopen waaraan de visvetzuren zijn toegevoegd. Zulke producten komen steeds vaker in de winkel, zoals margarine, halvarine, eieren, brood en vleeswaren. Wat ook mogelijk is, is visoliecapsules kopen. Belangrijk is wel dat daar EPA en DHA in zit.

Oliën

Ook van een ander omega-3-vetzuur, ALA, kregen de onderzochte personen wat te weinig binnen. De Gezondheidsraad beveelt aan omgerekend 2,2 gram ALA binnen te krijgen. Die hoeveelheid geldt voor iemand die 2000 calorieën per dag binnenkrijgt. Ook ALA is een belangrijk vetzuur. Het lichaam kan namelijk zelf de visvetzuren EPA en DHA maken uit ALA. Het is alleen niet duidelijk hoeveel EPA en DHA dat precies is. Er kan dus ook niet worden gezegd of dit voldoende is om aan de hoeveelheid van de Gezondheidsraad te komen. Daarom is het zo belangrijk om vis of andere producten met visvetzuren of visoliecapsules te eten. Voor mensen die dat allemaal niet willen of kunnen kopen, is ALA belangrijk. ALA zit onder meer in bepaalde soorten olie (zoals sojaolie, walnootolie, olijfolie) en in walnoten.