Ministerie van Verkeer en Waterstaat
Persbericht ministerraad
16 maart 2007
Herziening regelgeving rij- en rusttijden besluit zwaar vervoer
De ministerraad heeft op voorstel van ministers Eurlings van Verkeer en
Waterstaat, mede namens minister Donner van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid, ingestemd met een ontwerpbesluit tot wijziging van de
regelgeving voor rij- en rusttijden in het vracht- en busvervoer. Hiermee
voert het kabinet een nieuwe Europese verordening uit, die de bestaande
verordening uit 1985 vervangt. Deze heeft tot doel de werkomstandigheden
van chauffeurs te verbeteren, de verkeersveiligheid te verhogen en de
concurrentievoorwaarden voor bedrijven in de gehele Europese Unie te
harmoniseren. Tevens maakt de verordening een efficiëntere handhaving
mogelijk en stelt deze het gebruik van een digitale tachograaf in nieuwe
voertuigen verplicht. Deze verordening treedt op 11 april 2007 in alle
lidstaten in werking.
De wijziging van de regelgeving betreft voornamelijk een aanpassing van
concrete regels voor de pauze, dagelijkse en wekelijkse rusttijd. Zo mag
een chauffeur zijn verplichte pauze na vier en een half uur rijden nog
steeds verdelen in twee periodes, maar na 11 april moet de tweede pauze
minimaal een half uur duren in plaats van een kwartier. De chauffeur mag nu
ook zijn verplichte dagelijkse rusttijd van elf uur verdelen over twee
blokken, maar dan moet de eerste periode minstens drie uur en de tweede
minimaal negen uur duren. Verder is de verplichte wekelijkse rusttijd van
36 uur op de standplaats komen te vervallen. Ook beperkt de nieuwe regeling
de periode tussen twee wekelijkse rusttijden tot zes (in plaats van twaalf)
dagen voor het busvervoer.
Een tweede belangrijke wijziging beoogt een doeltreffende handhaving in de
gehele Europese Unie te bevorderen. Hiertoe zijn de regels voor de
registratie van rij- en rusttijden voor zowel de chauffeur als de
onderneming aangepast.
Nieuw is de mogelijkheid die de Nederlandse bevoegde instanties hebben om
buitenlandse chauffeurs te beboeten op overtredingen die zij in andere
lidstaten hebben begaan.
Ten slotte is in de verordening een gewichtsbeperking van 7,5 ton ingevoerd
voor het vervoer van materiaal, apparatuur of machines die de bestuurder
beroepshalve gebruikt. Voor deze categorie was voorheen geen
gewichtsbeperking vastgesteld. Voertuigen die als gevolg hiervan niet meer
vrijgesteld zijn, moeten vanaf 1 januari 2008 aan de bepalingen voldoen.
RVD, 16.03.2007
Ministerie van Algemene Zaken