politie
15 maart 2007
Mijn aanwezigheid hier bewijst dat diversiteitsbeleid bij de politie
succes heeft. U nodigde een mannelijke minister uit, en wie komt er
vandaag? Een vrouwelijke minister! Dat is nog eens voorbeeld van
effectief diversiteitsbeleid. Deze bijeenkomst is nu al geslaagd.
Diversiteit. Ik kan u verzekeren: ik heb iets met het onderwerp. Niet
omdat het politiek correct is. Dat was vroeger zo. Als het onderwerp
ter sprake kwam, dan knikte iedereen welwillend. "Natuurlijk,
diversiteit, daar zijn we vóór. Vanzelfsprekend."
Inmiddels zijn we erachter dat diversiteit meer is dan
vanzelfsprekende correctheid. Het is niet sociaal wenselijk, maar
zakelijke noodzaak.
Investeren in kwaliteit van je organisatie is investeren in
diversiteit. De kracht van het verschil. Zo wordt het wel eens
treffend omschreven. De kracht van het verschil. Daar gaat het om.
Daar moeten we aan werken. Zeker bij de overheid. En zeker bij de
politie. Want diversiteit is niet vanzelfsprekend, en het gaat niet
vanzelf.
Soms is een extra zet nodig.
U realiseert zich dat ook. U werkt eraan om ervoor te zorgen dat er
meer vrouwen en allochtonen in dienst komen en blijven. U werkt aan de
kracht van het verschil.
Bijvoorbeeld vorige week in de Meervaart in Amsterdam. Bij de
bijeenkomst over vrouwen bij de politie. Een aantal van u was daarbij.
De cijfers die daarbij los kwamen liegen niet.
Van de politie in totaal is 32% vrouw.
Het aantal agenten op straat: 20% vrouw.
Leidinggevenden: 13%.
Goed dat de korpschefs zich vorige week achter de afspraken van de
Meervaart hebben gesteld. Het zogeheten Meer-Vaart-Protocol. Waarin
afspraken staan als:
- formuleer diversiteitsbeleid in ieder korps
- gebruik harde streefcijfers
- verwelkom deeltijders en duobanen.
Diversiteitsbeleid: waarom is het zo belangrijk, juist voor de
politie?
Juist de politie moet een afspiegeling zijn van de samenleving. De
politie handhaaft de regels, treedt corrigerend op, bemiddelt. Juist
dan is acceptatie en vertrouwen cruciaal. Het is de basis van ons
handelen. Met andere woorden: een uitsluitend witte en mannelijke
politie in een gekleurde man-vrouw samenleving werkt contraproductief.
Sterker: die scheve verhouding kan zich op den duur tegen de politie
keren.
Bovendien: diversiteit maakt de politie sterker. De inbreng van
vrouwen kan in bepaalde gewelddadige situaties dé-escalerend werken.
De aangifte van huiselijk geweld kan bij een vrouwelijke agent net
iets makkelijker gaan dan bij een man. Allochtone agenten kunnen net
iets onopvallender observeren in een gekleurde wijk, dan witte
agenten.
Met andere woorden: we hebben de kwaliteit van deze groepen gewoon
nodig. Goede mensen zijn welkom bij de politie. Ongeacht hun afkomst,
geslacht of geloof. En ongeacht hun nationaliteit.
Of men één of twee nationaliteiten heeft is geen factor.
We tellen geen paspoorten. We tellen kwaliteiten.
Ik vind de discussie over de dubbele nationaliteit en loyaliteit dan
ook een non-discussie.
Er zijn veel goede en natuurlijk ook wel wat mindere agenten.
Er zijn zeer loyale, en misschien hier en daar ook wel een enkele wat
minder loyale agent. Maar of ze nu één of twee paspoorten hebben, dat
heeft daar niets mee te maken. Ik zeg zowel tegen de mensen met één
als met twee paspoorten: laat u niet opjuinen, want dan speelt u
degenen die willen polariseren in de kaart.
Diversiteit maakt de politie sterker.
Ik wil daarmee niets ten nadele zeggen van witte mannelijke agenten.
Een pleidooi voor diversiteit heeft niets met hun individuele
capaciteiten te maken. Het gaat om de kracht van het korps als
geheel.
Dit besef is doorgedrongen. De politie werkt er hard aan. Het gaat de
goede kant op. Maar het gaat niet makkelijk. Het kan nog een stuk
beter. We moeten blijven werken aan een open politiecultuur. Een
cultuur waarin mensen van verschillende afkomst, geslacht, geloof of
seksuele geaardheid, carrière kunnen maken.
Gelukkig zijn er genoeg succesverhalen te vinden. Verhalen van mensen
die hebben moeten vechten voor hun kansen, maar die kans ook hebben
gegrepen met beide handen. Ook onder u hier bevinden zich
succesverhalen.
Wat komt er uit deze verhalen naar voren?
Eén. Het is van belang dat het korps, of iemand in het korps
vertrouwen in je heeft.
Twee. Je moet het op eigen kracht doen, maar het korps moet wel
voorwaarden creëren. Een extra zet geven.
En drie. Het allerbelangrijkste: het is wel degelijk mogelijk om
carrière te maken bij de politie. Ook als je een allochtone
achtergrond hebt. Ook als je vrouw bent.
Er zijn niet alleen succesverhalen. Sommigen voelen zich belemmerd.
Gediscrimineerd. Het programma Politie en Wetenschap heeft hier
onderzoek naar gedaan. Ook hier zijn de cijfers sprekend.
- het aandeel allochtone politiemensen is 6,2%.
- het aandeel in leidinggevende functies is 3%.
- 93% is bijzonder tevreden over het werk.
- maar daar staat tegenover dat 40% zich achtergesteld voelt bij de
selectie voor extra opleiding of promotie.
Zover moeten we het niet laten komen. Ik zal me daar sterk voor maken.
De doorstroom van allochtone medewerkers en vrouwen moet beter.
Er liggen mogelijkheden. De komende tien tot vijftien jaar gaan er
veel politiemensen met pensioen. Dat biedt kansen. Maar het gaat niet
vanzelf.
Daarom wil ik een paar nieuwe zetten in de goede richting geven. Ik
zou drie dingen willen doen:
Eén. Ik wil meer grip op de eigen talenten. Een speciaal programma
voor veelbelovende mensen in de schalen 9 tot 12. Ze moeten beter in
beeld komen en in een paar jaar tijd worden voorbereid als nieuwe
lichting leidinggevenden. Ik merk het zelf bij vacatures. De spoeling
is erg dun van mensen binnen de politie. Het is van groot belang de
pool te vergroten van mensen waar we uit kunnen putten.
Twee. Het aantrekken van goede mensen van buiten de politie. Dat doen
we nu ook al, maar ik wil daar extra energie in steken. Een actievere
scouting. Ik vind het belangrijk dat op beeldbepalende posities meer
vrouwen en mensen van allochtone groepen komen. Dit geeft een extra
stimulans.
Drie. U houdt van `naming and blaming and shaming'. Ik zal dan ook
kijken of we korpsen voor extra inzet op deze punten kunnen belonen.
Dames en heren,
Ik realiseer me dat een groot aantal onder u in spanning zit. Vijf
korpsen hebben hun nominatie op zak en denken waarschijnlijk nu maar
één ding: wie heeft gewonnen? Het is mij een grote eer dat ik dat nu
mag meedelen dat het korps Amsterdam-Amstelland heeft gewonnen.
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties