Brabantlaan 1
Postbus 90151
5200 MC 's-Hertogenbosch
Telefoon (073) 681 28 12
Fax (073) 614 11 15
info@brabant.nl
www.brabant.nl
Bank ING 67.45.60.043
Postbank 1070176
|Datum | |15 maart 2007 | |Nummer | |72 |
Ook 2007 belooft goed jaar te worden
Flinke opleving Brabantse woningbouw
In 2006 is de woningvoorraad in Noord-Brabant met 9.350 woningen (bijna 1%) toegenomen. Hiermee ligt de groei 36% hoger dan in 2005. Sinds 2000 heeft Brabant niet meer een dergelijk hoog groeiniveau gekend. In 2003 werden slechts 5.650 woningen toegevoegd aan de woningvoorraad. Met de opleving in 2006 lijkt het er ook op dat Brabant de magere bouwjaren achter zich heeft gelaten. Want de komende jaren trekt het bouwtempo verder aan. Op grond van het aantal afgegeven bouwvergunningen wordt voor 2007 een (netto) groei verwacht van ruim 12.000 woningen. De eerste indicaties voor 2008 komen uit op een groei van rond de 11.000 woningen.
Forse bouwopgave
Noord-Brabant wacht nog een forse bouwopgave. De komende 10 jaar zal de woningvoorraad nog met ongeveer 100.000 woningen moeten toenemen. Dit om de verwachte groei van het aantal huishoudens te kunnen opvangen en om de woningtekorten tot een meer acceptabel niveau terug te dringen. De eerstkomende jaren zal de groei tussen de 10.000 en 11.000 woningen per jaar moeten liggen. "De voortekenen zijn niet ongunstig, maar dat betekent niet dat we nu rustig achterover kunnen gaan leunen", aldus Paul Rüpp, gedeputeerde ruimtelijke ontwikkeling. "Integendeel, de ingezette lijn van 'bouwen, bouwen, bouwen' wil ik ook de komende jaren vasthouden. En nu de versnelling er in begint te komen is het vervolgens zaak continuïteit in de productie te krijgen. Juist op dat punt blijven de nodige inspanningen geboden, zowel wat de kwantiteiten als de kwaliteiten betreft." 'Het wonen' en het verder verminderen van de woningbouwstagnatie zal dan ook een centraal thema blijven in het provinciale beleid.
Punten van zorg
Lijkt de Brabantse woningbouw uit het dal te klimmen - dit voorjaar wordt in Breda de miljoenste Brabantse woning opgeleverd - toch blijven er ook punten van zorg. "Gemeenten beschikken lang niet altijd over voldoende harde plancapaciteit, om de voortgang van de woningbouw te kunnen garanderen en alternatieven achter de hand te hebben als een plan niet of met vertraging wordt gerealiseerd", zo geeft Paul Rüpp aan.
Ook bestaat er zorg over de kwalitatieve samenstelling van de woningbouwplannen voor de eerstkomende jaren. Zo zijn er bijvoorbeeld in een groot aantal gemeenten vele plannen voor de bouw van appartementen, waarvan het de vraag is of de markt dat wel allemaal oppikt. Er lijkt ook te veel gepland te worden in de (middel)dure koopsector, terwijl de vraag vandaag de dag juist meer gericht is op het goedkopere segment. Juist om de bouw van goedkopere koopwoningen te stimuleren, wil Paul Rüpp in de komende bestuursperiode E 20 miljoen beschikbaar stellen.
Duidelijk is in ieder geval dat kwaliteit en kwantiteit nauw samenhangen: als vraag en aanbod onvoldoende aansluiten bestaat het risico dat plannen niet of niet op tijd worden gerealiseerd. "Over de voortgang van de woningbouw ben ik voortdurend in gesprek met de gemeenten, veelal in regionaal verband", aldus Rüpp. "Daartoe hebben we, passend bij onze regionale regierol, de monitoringsactiviteiten de laatste jaren sterk geïntensiveerd. En met de analyses, die we samen met de Brabantse regio's maken, hebben we steeds een actueel beeld van wat er speelt op de regionale woningmarkt, waar knelpunten zijn of dreigen en welke strategieën we hierop moeten loslaten om ervoor te zorgen, dat de versnelling die in gang gezet is ook daadwerkelijk wordt omgezet in continuïteit in productie."
Groei Brabant boven landelijk gemiddelde
Na Zuid-Holland (+10.850) is de woningvoorraad in absolute zin in Brabant het sterkst gegroeid (+9.350). Ook verhoudingsgewijs ligt de groei in Brabant, met bijna 1%, vrij hoog. In 2006 treffen we de hoogste groeicijfers aan in de provincies Flevoland (1,4%) en Utrecht (1,1%). De laagste groei vinden we in de provincie Groningen, waar de woningvoorraad in 2006 met slechts 650 woningen toenam (0,3%). De totale Nederlandse woningvoorraad is in 2006 met bijna 57.500 woningen toegenomen, 7% boven het niveau in 2005, toen de groei op 53.700 woningen lag.
Groei vooral in landelijke regio's
In 2006 ligt de groei van de woningvoorraad in de landelijke regio's iets hoger dan in de stedelijke regio's. In de landelijke regio's ligt de groei op 1,1% (+3.200 woningen), de stedelijke regio's blijven hier met een groei van 0,9% (+6.100) verhoudingsgewijs wat bij achter. Dit betekent dat de positie van de stedelijke regio's in de Brabantse woningvoorraad in 2006 niet verder is versterkt. De opwaartse lijn van verdere concentratie, die zich al aftekent sinds het midden van de jaren '90 en dat een belangrijke doelstelling is van het provinciale verstedelijkingsbeleid, heeft zich in 2006 dus niet doorgezet. Overigens lijkt de woningbouw in de stedelijke regio's de komende jaren flink aan te trekken. Aan het begin van 2006 staat 69,6% van de woningvoorraad (692.000 woningen) in de stedelijke regio's. In 2005 lag dit percentage nog een fractie hoger.
'Top-tien'
Dat het vooral de landelijke regio's zijn die in 2006 goed 'gescoord' hebben, blijkt ook wel als we kijken naar de groei van de individuele gemeenten. Zonder uitzondering liggen alle 'top-tien-gemeenten' in de landelijke regio's. De ranglijst wordt aangevoerd door de gemeente Bladel, waar de woningvoorraad in 2006 met liefst 3,4% is gegroeid. Aflopend in volgorde kennen Sint-Oedenrode, Lith, Baarle-Nassau, Gemert-Bakel en Aalburg een groei van tussen de 2% en 3%. Oirschot, Boekel, Asten en Boxtel completeren de top-tien.
Meer huur en meer appartementen
In 2006 zijn er in Noord-Brabant bijna 11.000 woningen nieuw gebouwd. Tegelijkertijd zijn er ruim 2.000 woningen gesloopt. Van de gerealiseerde nieuwbouw is 62% een (grondgebonden) eengezinswoning en 38% een meergezinswoning (appartement). Verdelen we de nieuwbouw naar koop en huur, dan is 71% een koopwoning en 29% een huurwoning.
De afgelopen jaren is het aandeel appartementen in de Brabantse nieuwbouw gestaag opgelopen, van zo'n 25% aan het begin van deze eeuw tot tussen de 30 en 40% de afgelopen jaren. Maar de tekenen van verzadiging dienen zich wel aan. Van de huursector groeit het aandeel in de nieuwbouw eveneens, van 16% enkele jaren terug naar bijna 30% nu. De huursector is, mede onder invloed van de economische ontwikkelingen en de stagnerende doorstroming van de afgelopen jaren, weer duidelijk opgekrabbeld.