Voedsel en Waren Autoriteit

Wilde paling uit de grote rivieren bevat te veel dioxine

14 maart 2007 - nieuwsbericht

Twee procent van de paling die in Nederland op de markt verschijnt, namelijk de wilde paling uit de grote rivieren, bevat zoveel dioxine-achtige stoffen dat langdurige consumptie ervan voorkomen moet worden. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) trekt die conclusie op basis van een onderzoek, uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV), en de risicobeoordeling van het bureau Risicobeoordeling van de VWA die op verzoek van LNV is uitgevoerd. Mocht uit nader onderzoek blijken dat paling uit de grote rivieren niet door de visserijsector uit de voedselketen wordt geweerd, dan zal de VWA bij de ministers van LNV en VWS vezoeken de mogelijkheden van vangstbeperking te onderzoeken.

Gekweekte paling wel veilig
De paling die in de grote rivieren wordt gevangen maakt slechts een klein deel uit van de paling die in Nederland wordt gegeten (2%). Het merendeel van de paling die in Nederland wordt verkocht is afkomstig van viskwekerijen (95%). Eerder uitgevoerd onderzoek wijst uit dat kweekpalingen wel aan de productnormen voldoen. Over wilde paling uit andere wateren dan de grote rivieren bestaat het vermoeden dat de dioxine-gehalten lager zijn dan in de grote rivieren maar er bestaan te weinig gegevens om daarover goed onderbouwde uitspraken te kunnen doen.

Het onderzoek
De onderzoeksinstituten IMARES en RIKILT (Wageningen UR) hebben in opdracht van LNV onderzoek verricht naar dioxines en dioxineachtige PCB's in paling afkomstig uit de Nederlandse binnenwateren. In gebieden waar hoge dioxine-gehalten werden verwacht, zijn op 22 verschillende locaties monsters genomen van palingen. Uit deze studie blijkt dat wilde paling uit de grote rivieren in Nederland de wettelijke productnorm fors overschrijdt. Het onderzoek bevestigt daarmee het vermoeden dat overschrijding van dioxine-normen in wilde paling in bepaalde delen van Nederland kan voorkomen. Uit eerdere onderzoeken van de VWA blijkt dat dioxine-gehalten in gekweekte paling beneden de norm blijven.

De risico's
Zowel bij vissen als mensen wordt dioxine opgeslagen in vetweefsel en nauwelijks afgebroken of uitgescheiden. Voor de gemiddelde consument in Nederland zijn de risico's van dioxine in wilde paling volgens het bureau Risicobeoordeling vrijwel nihil omdat in Nederland weinig paling wordt gegeten. Anders ligt het voor mensen die vaak wilde paling eten, zoals hobbyvissers en liefhebbers van paling. Maandelijkse consumptie van één portie wilde paling van ongeveer 150 gram uit de grote rivieren kan na enkele jaren leiden tot een zodanige toename van dioxine-achtige stoffen in het menselijk lichaam dat nadelige effecten op de gezondheid niet kunnen worden uitgesloten. Hoge concentraties dioxinen kunnen uiteindelijk effect hebben op het functioneren van het immuunsysteem, de voortplanting of de hersenontwikkeling.

Informeer naar de herkomst van de paling
Eten van vette vis, zoals paling, is gezond omdat het zogenaamde omega-3-vetzuren bevat. Deze vetzuren bevorderen de gezondheid van hart en bloedvaten. Het Voedingscentrum adviseert daarom één of twee keer per week vette vis te eten. Uit het onderzoek en de risicobeoordeling blijkt dat het voor mensen die paling willen eten, verstandig is om te kiezen voor paling die gekweekt is of gevangen is in andere wateren dan de grote rivieren.

Consumenten hebben de keuze voor de herkomst van de paling die zij kopen voor een groot deel zelf in de hand. Op etiketten van verpakte paling staat aangegeven uit welk land de paling afkomstig is en of het gaat om wilde of gekweekte paling. Ook bij onverpakte vis is te achterhalen of het gaat om wilde of gekweekte paling. Verkopers van vis zijn namelijk wettelijk verplicht aan te geven waar de vis vandaan komt als een klant daar om vraagt.

Wettelijke bescherming
Op basis van de Europese hygiëneregelgeving is het vanaf januari 2006 de verantwoordelijkheid van elk levensmiddelenbedrijf om veilige producten op de markt te brengen. Dat betekent dat producenten moeten kunnen aantonen dat hun producten aan de norm voldoen. Bij controles van de VWA moeten bedrijven aangeven hoe ze optreden bij eventuele overschrijdingen van de Europese norm. Dit staat beschreven in hun HACCP- plan of hygiënecode.

Controles
De VWA gaat dit jaar op verkooppunten monsters nemen van paling om te kunnen bepalen of de producenten en leveranciers erin zijn geslaagd paling met te veel dioxine uit de voedselketen te weren. Daarnaast gaat de VWA in 2007 gericht controleren bij visverwerkende bedrijven en vishandelaren. De VWA treedt streng op tegen bedrijven die te vaak de regels niet voldoende naleven of de gezondheid van de consument in gevaar brengen.

Dioxine effectief weren uit de voedselketen
De Voedsel en Waren Autoriteit vindt dat verontreinigingen als dioxinen zo veel mogelijk uit de voedselketen moeten worden geweerd. Via monsteronderzoek en bedrijfscontroles wil de VWA in beeld krijgen of de huidige wettelijke bescherming van de consument effectief is. Mocht uit de onderzoeken blijken dat consumenten niet voldoende beschermd kunnen worden binnen de huidige wettelijke constellatie, dan zal de VWA de departmenten van VWS en LNV vragen de mogelijkheden van een vangstverbod te onderzoeken van wilde paling uit de Nederlandse grote rivieren.

Vragen van de media kunnen worden gesteld aan onze afdeling persvoorlichting: Coen Gelinck (070) 448 4074 of coen.gelinck@vwa.nl

Voor vragen van consumenten is de Warenklachtenlijn van de Voedsel en Waren Autoriteit 7 dagen per week en 24 uur per dag bereikbaar op het gratis telefoonnummer 0800 0488