Gemeente Utrecht


2007 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
42 Vragen van de heer C.G. Jansen op de Haar
(ingekomen 13 maart 2007)

De PvdA staat voor een economisch sterke stad met veel verschillende bedrijvigheid. Onderdeel daarvan is meer mogelijkheden voor starters. De PvdA is altijd een groot voorstander geweest van bedrijfsverzamelgebouwen zoals Hooghiemstra omdat het startende bedrijfjes en de creatieve sector een kans biedt.

Van verschillende kanten is de Partij van de Arbeid ter ore gekomen dat de bedrijfsverzamelgebouwen in onze stad floreren. Helaas zijn er voor verschillende gebouwen in de stad op dit moment wachtlijsten, wat ook blijkt uit de Vastgoedmonitor 2006. Voor Hooghiemstra is er een wachtlijst van 4 tot 6 maanden. De bezettingsgraad van de bedrijfsverzamelgebouwen is hoog tot zeer hoog te noemen volgens de monitor, 95% of meer. Een uitzondering betreft het Trade Point op Lageweide waar eind 2006 nog 92 units leeg stonden. Wel wordt in de Vastgoedmonitor terecht opgemerkt dat het succes van een nieuw bedrijfsverzamelgebouw ook erg afhankelijk is van de locatie en representativiteit van de omgeving.

De PvdA komt dan tot de volgende vragen aan het college:

1. Vindt het college het, net als de Partij van de Arbeid, in het kader van een innovatieve en een sterke stad belangrijk dat de creatieve sector en startende ondernemers in de gemeente worden gestimuleerd?
2. Is het college op de hoogte van de wachtlijsten voor bedrijfsverzamelgebouwen?
3. Wat denkt het college hier op korte termijn aan te doen om dit op te lossen?
4. Is het college met ons van mening dat het creëren van nieuwe bedrijfsverzamelgebouwen hier eventueel een oplossing in kan bieden, in ogenschouw houdend dat ook locatie en representativiteit van de omgeving hierin belangrijke factoren zijn?

Zeven van de dertien bedrijfsverzamelgebouwen richten zich expliciet op startende bedrijven

5. Kan het college inzichtelijk maken hoe de doorstroom van deze gebouwen er uit ziet? Hoeveel bedrijven stromen er door naar een eigen bedrijfspand, hoeveel stoppen er met hun activiteiten en hoeveel stromen er in?
6. Hoe wordt doorstroom van deze bedrijven gestimuleerd en wat ziet het college voor mogelijkheden om deze stimulans op te schroeven?


---- --