Opinie 10: Deelname poolonderzoek van onschatbaar belang
Weten wat er gebeurt op de polen is van levensbelang voor Nederland.
De precieze gevolgen van klimaatverandering zijn nog altijd niet
duidelijk, maar als de poolkappen smelten zal ons land daar vrijwel
direct mee te maken krijgen. Alleen daarom al is het buitengewoon
belangrijk dat Nederland deelneemt aan het International Polar Year,
vindt Louwrens Hacquebord, hoogleraar arctische en antarctische
studies aan de Rijksuniversiteit Groningen.
Donderdag 8 maart gaat het vierde International Polar Year (IPY)
officieel van start. Meer dan zestig landen zullen voor een periode
van twee jaar intensief samenwerken aan wetenschappelijk onderzoek op
de beide poolgebieden. In een aantal van deze onderzoeken speelt
Nederland een belangrijke, coördinerende rol. Een positie waarvoor
Nederlandse wetenschappers de afgelopen jaren keihard hebben moeten
werken volgens Hacquebord.
Inhaalslag
Bij het vorige IPY, vijftig jaar geleden, besloot Nederland af te zien
van deelname. Hacquebord: "Een heel onverstandig besluit. Nederland is
daardoor buiten belangrijk poolonderzoek gebleven en mocht pas jaren
na oprichting toetreden tot het Antarctisch Verdrag. Pas nadat we in
de jaren tachtig een uitgebreid onderzoeksprogramma hebben opgezet
voor structureel onderzoek in antarctische gebieden, worden we weer
serieus genomen."
Het belang van een grootschalig samenwerkingsverband als het IPY is
tweeledig, merkt Hacquebord. "Op wetenschappelijk gebied is het
natuurlijk een geweldige stap voorwaarts. Maar ook het politieke
belang moet beslist niet onderschat worden. Sinds Nederland weer
duidelijk interesse toont in de poolgebieden is het contact met
(ant)arctische landen merkbaar makkelijker. Zo betaalt de deelname
zich ook uit in andere politieke situaties.
Grote belangen
Het smelten van de poolkappen levert veel interessante politieke
vraagstukken op, verwacht Hacquebord. Zo claimen alle Arctische landen
grote delen van de Arctische Oceaan vanwege de vermoede aanwezigheid
van fossiele brandstoffen. En ook het Nederlandse ministerie van
Economische Zaken richt zijn ogen met toenemende belangstelling op de
noordpool. Met name omdat daar vijfentwintig procent van de
wereldvoorraad aardolie en aardgas te vinden is. Een plek die door de
klimaatsverandering ineens bereikbaar wordt. Voor multinationals als
Shell zijn de belangen dan ook groot.
Veel mensen beseffen niet hoe belangrijk wetenschappelijk onderzoek op
de polen is. Eén van de belangrijkste doelstellingen van dit
International Polar Year is daarom kennisoverdracht. "Door middel van
tentoonstellingen, onderwijs, discussiebijeenkomsten en lezingen hopen
we dat meer mensen zich bewust worden van het belang van de polen en
het onderzoek aldaar. De gevolgen van klimaatsverandering zijn daar
tenslotte als eerste merkbaar."
Willem Barentsz Poolinstituut
Hacquebord: "Werken aan de grenzen van het weten. Dat is niet alleen
de slogan van de Rijksuniversiteit Groningen, het is ook precies
waarmee we bezig zijn op de polen. Daar gebeurt dat letterlijk. Er is
nog zo veel onbekend! Als universiteit is het belangrijk dat we daar
nauw bij betrokken zijn." Mede daarom grijpt de universiteit het IPY
aan voor de oprichting van Willem Barentsz Poolinstituut waarin
uiteenlopende disciplines gaan samenwerken.
Hacquebord is ervan overtuigd dat dit gaat lukken: Vooral omdat dit
initiatief zich niet beperkt tot de Groningse universiteit. "We zijn
bijvoorbeeld samenwerkingsverbanden aangegaan met het NIOZ (Nederlands
instituut voor Onderzoek der Zee), de Vrije Universiteit Amsterdam en
het Nederlands instituut voor ecologie in Yerseke. Maar Groningen is
en blijft de kern van het instituut." Het uiteindelijke doel: de
grootste speler worden op het gebied van poolonderzoek in Nederland.
Curriculum vitae
Louwrens Hacquebord is hoogleraar arctisch en antarctische studiën en
directeur van het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteit Groningen.
Hij studeerde Fysische geografie aan de Universiteit Utrecht en
Archeologie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij is vice-voorzitter
van de International Arctic Science Committee (IASC) waarvan het
secretariaat in Stockholm is en heeft zitting in de Nationale IPY
commissie./MS
Informatie : prof. dr. Louwrens Hacquebord, tel.: (050) 363 68 32,
e-mailadres: l.hacquebord@rug.nl
Rijksuniversiteit Groningen