European Union



RAAD VAN

DE EUROPESE UNIE

NL

P/07/18

Brussel, 2 maart 2007

6944/07 (Presse 44)

(OR. fr)

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over de toestand in de Republiek Guinee

De Europese Unie is ingenomen met de benoeming, op 26 februari, van de heer Lansana Kouyaté tot premier. Deze benoeming vormt een belangrijke stap op weg naar een op een ruime consensus gebaseerde regering en in de uitvoering van het tussen de regering en de vakbonden ondertekende akkoord. De Europese Unie wenst dat de premier kan beschikken over de uitvoeringsbevoegdheden waarin dit akkoord voorziet en die nodig zijn voor de vervulling van zijn taak. Zij heeft er tevens met voldoening kennis van genomen dat de nationale vergadering unaniem heeft besloten de staat van beleg niet te verlengen.

Deze bijdrage tot het verminderen van de spanningen is in de eerste plaats te danken aan de bemiddeling van de Economische Gemeenschap van West-Afrikaanse Staten (ECOWAS). De Europese Unie juicht met name het engagement toe van het voormalige staatshoofd van Nigeria, de heer Babangida, en van de voorzitter van de Commissie van de ECOWAS, Dr. Ibn Chambas.

De Europese Unie spreekt tevens haar waardering uit voor de Guinese civiele samenleving en de vakbonden die door hun constructieve houding een op consensus gebaseerde uitweg uit de crisis mogelijk hebben gemaakt.

De Europese Unie moedigt alle Guinese partijen aan de gestarte dialoog voort te zetten en steun te verlenen aan het optreden van de nieuwe premier met het oog op het economische en maatschappelijke herstel van hun land.

De Europese Unie verklaart nogmaals dat zij het verlies aan mensenlevens tijdens de afgelopen weken ten zeerste betreurt, en zij verzoekt de nieuwe regering deze gewelddaden volledig op te helderen en de schuldigen niet ongestraft te laten.

Zij vraagt de nieuwe regering eveneens dringende economische en sociale hervormingen door te voeren en voorrang te verlenen aan de verbetering van de mensenrechtensituatie en de rechtsstaat in het land.

De Europese Unie zou graag, in het kader van het overleg dat sinds 2004 krachtens de overeenkomst van Cotonou wordt gevoerd, opnieuw een constructieve dialoog met de nieuwe Guinese autoriteiten aanknopen, vooral met betrekking tot laatstgenoemde punten.

De kandidaat-lidstaten Turkije, Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Albanië, Bosnië en Herzegovina, Montenegro en Servië, en de EVA-landen IJsland, Liechtenstein en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede Oekraïne en de Republiek Moldavië, sluiten zich bij deze verklaring aan.


* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.