Productschap Diervoeder


01/03/2007

Wijziging IV van het GMP+ certificatieschema 2006

Bestemd voor: Diervoederbedrijven

Per vandaag zijn enkele GMP+-documenten gewijzigd. Het gaat om onder meer om wijzigingen in enkele B-standaarden en in Bijlagen. De gewijzigde voorwaarden kunnen deelnemers vanaf vandaag toepassen. Voor sommige wijzigingen zal een snelle invoering geen probleem zijn, maar het voldoen aan andere gewijzigde voorwaarden zal waarschijnlijk meer tijd kosten. Daarom is per wijziging een datum vastgesteld waarop de GMP+-deelnemer uiterlijk moet voldoen aan de nieuwe voorwaarden.

In deze nieuwsbrief wordt een aantal wijzigingen toegelicht en indien relevant de uiterste implementatiedatum vermeld.

Het bestuur van het Productschap Diervoeder heeft in de februarivergadering een groot aantal door het Centraal College van Deskundigen Diervoedersector vastgestelde wijzigingen in GMP+-documenten geaccordeerd. Deze zijn verwerkt in de betreffende standaarden en bijlagen, die gelijktijdig met deze nieuwsbrief op de PDV-website zijn gepubliceerd.

Aan de meeste wijzigingen kan een GMP+-gecertificeerd bedrijf direct voldoen, bijvoorbeeld omdat eisen vervallen of versoepeld worden. Een aantal wijzigingen vraagt aanpassingen in het beheerssysteem en de werkwijze van het bedrijf. Hiervoor is een bepaalde implementatietijd afgesproken. Deze ligt normaliter op 1 jaar na publicatie.

Hieronder is in het kort een aantal gewijzigde voorwaarden in GMP+-standaarden en GMP+-bijlagen weergegeven. Daarbij is - indien relevant - ook vermeld voor welke datum deze wijziging uiterlijk moet zijn ingevoerd. Voor enkele specifieke wijzigingen worden aparte nieuwsbrieven gepubliceerd.
Alle wijzigingen zijn, inclusief aanleiding, motivatie en toelichting, opgenomen in één document, dat u kunt raadplegen via deze link.

De betreffende V&A-lijsten zullen in verband met deze wijzigingen binnenkort worden aangepast .

Hieronder worden de volgende gewijzigde voorwaarden onder de aandacht gebracht.

GMP Standaard B1, B2, B3 en/of B5

-Opgenomen is dat van voedermiddelen, die uitsluitend verwerkt mogen worden in huisdiervoeders, geen generieke risicobeoordeling in de DRV-bank behoeft te zijn gepubliceerd. Onder meer diermelen, vetkanen en vleesbeendermeel behoren tot deze groep. Deze aanvulling maakt het mogelijk dat producenten deze voedermiddelen onder GMP+-certificaat kunnen verkopen c.q. dat verwerkers deze voedermiddelen met GMP+-certificaat kunnen aankopen.

- Van toevoegingsmiddelen behoeven geen generieke risicobeoordelingen in de DRV-bank gepubliceerd te zijn.

- De voorwaarden voor ongediertebestrijding zijn anders geformuleerd, nl. meer in de zin van een inspanningsverplichting.
- De eisen voor op- en overslag zijn aangepast, wat betekent: o Eigen op- en overslag van diervoeders moet altijd onder het eigen GMP+-certificaat vallen
o Als op- en overslag wordt uitbesteed, moet dit altijd bij een GMP+-gecertificeerde onderneming
Op deze laatste optie zijn enkele uitzonderingen mogelijk, onder meer als verpakte diervoeders bij derden worden opgeslagen.

GMP Bijlage 10 Minimumvoorwaarden Inkoop

- Alle relevante inkoopvoorwaarden zijn nu opgenomen in dit document, inclusief de aanvullende inkoopvoorwaarden (de zgn. poortwachtersvoorwaarden), die gelden voor het aankopen van toevoegingsmiddelen of van onbewerkte primaire agrarische producten (direct van een teler). Deze laatstgenoemde voorwaarden stonden tot nu toe in een annex van GMP-standaarden B1 en B3.

- De poortwachtersvoorwaarden voor aankoop van onbewerkte primaire agrarische producten zijn aangepast. Er is nu geen inhoudelijk verschil meer tussen standaard en V&A-lijst. Het GMP+-gecertificeerde bedrijf dient voor 1 juli 2007 aan deze nieuwe verplichtingen te voldoen.

GMP Bijlage 4 Minimumvoorwaarden Inspecties en controles
- Protocol P1 Monitoring Salmonella en entero's in diervoeders voor pluimvee is volledig aangepast. Deze aanpassing was nodig om tegemoet te komen aan de wens van pluimveehouders om een alternatief voor het z.g. stofzakonderzoek (een verplichting in IKB) te ontwikkelen. Er is een onderscheid tussen technologische behandelde en technologisch onbehandelde pluimveemengvoeders. GMP+-gecertificeerde bedrijven krijgen tot 1 jaar na vandaag de tijd om aan deze verplichting te voldoen.

GMP Bijlage 11 Minimumvoorwaarden borging tussenhandelaren
- Er is een verplichting toegevoegd dat het GMP+-gecertificeerde bedrijf de beschikking krijgt over de UBN-gegevens van de afnemers van de tussenhandelaar. Daarvoor dienen het GMP+-gecertificeerde bedrijf en de tussenhandelaar voor 1 juli a.s. contractuele afspraken te hebben gemaakt.

GMP Bijlage 8 Minimumvoorwaarden traceerbaarheid
- Bij een recall dient de benodigde informatie binnen 4 uur beschikbaar te zijn. Voor buitenlandse bedrijven geldt dit ook tenzij de bevoegde autoriteit vereist dat de benodigde informatie sneller beschikbaar moet zijn.