SGP



01 - 03 - 07 | SGP: Alerte houding nodig tegen verrommeling landschap

Voor een goed ruimtelijk beleid is het nodig dat vooral provincies en gemeenten hun houding veranderen. In plaats van afwachtend en volgend, moeten ze pro-actief zijn: initiatief nemen en meer samenwerken. Anders verrommelt het Nederlandse landschap of krijgen projectontwikkelaars teveel macht. Dat stelt het wetenschappelijk instituut van de SGP in haar nieuwste uitgave âDe ruimte geordend. Een reflectie op de Nota Ruimteâ. Deze wordt vanavond in Nijkerk (gld) gepresenteerd.

Het motto van de Nota Ruimte is âDecentraal wat kan, centraal wat moetâ. Dit betekent dat de rijksoverheid zich beperkt tot de formulering van hoofdlijnen en randvoorwaarden van het ruimtelijk beleid. Gemeenten, provincies en waterschappen hebben meer vrijheid en verantwoordelijkheid om de ruimtelijke ordening te regelen. Deze decentralisatie past in de visie van de SGP dat het bestuur zo dicht mogelijk bij de burger staat. Daarbij is wel belangrijk dat decentrale overheden over voldoende deskundigheid, financiën en juridische middelen beschikken. Anders krijgen zij geen grip op projectontwikkelaars en particuliere investeerders. Verrommeling van het landschap is dan een groot risico.

Het accent in de Nota Ruimte ligt veel te sterk op de Randstad. De SGP vindt dat de prioriteit moet verschuiven naar het stimuleren van minder krachtige regioâs (Zeeland en Noord-Nederland) in plaats van het alsmaar versterken van economisch toch al sterke regioâs.

Bij het invullen van de ruimte stelt de SGP het begrip rentmeesterschap centraal: het bebouwen, beheren en bewaren van de aarde. Dat vormt de leidraad bij de afweging van economische belangen tegen de zorg voor veiligheid en het bewaren van landschappelijke en cultuurhistorische waarden.

Er moet meer oog zijn voor de gevolgen van EU-besluiten voor het ruimtelijk beleid. De consequenties van Europese regelgeving voor het lokale en regionale beleid zijn namelijk groot. Om afstemmingsproblemen te voorkomen, moet de rijksoverheid ervoor zorgen dat regels uit Brussel permanent toegankelijk en inzichtelijk worden gemaakt door middel van een register dat frequent wordt geactualiseerd.

In de Nota Ruimte is water als ordenend principe onvoldoende verankerd. Maar waterschappen zijn een onmisbare partner in het regionaal ruimtelijk overleg. Daarom vindt de Guido de Brès-Stichting dat bestemmingsplannen die ter goedkeuring naar de provincie gaan voortaan standaard worden voorzien van een advies van de waterschappen.

Dr. G. van der Hoek, De ruimte geordend. Een reflectie op de Nota Ruimte, Gouda 2007, 48 blz., prijs ⬠3,95, ISBN 978-90-78323-05-1. Deze uitgave wordt op 1 maart 2007 gepresenteerd in "De Schakel", Oranjelaan 10 te Nijkerk, aanvang 19.45 uur.