LEI

Doorgroei grote landbouwbedrijven stuit op financiële grenzen (persbericht)


1 mrt 2007
Onderdeel: LEI

Voor grote akkerbouw- en melkveebedrijven die de komende tien jaar nog sterk zouden willen groeien in zowel productieomvang als oppervlakte, kan de financiering een flink probleem opleveren. Veel van deze bedrijven moeten rekening houden met een sterke vermindering van de liquiditeit en een afname van het eigen vermogen die de financiering in de praktijk uitermate moeilijk maakt. Maar er zijn onder de koplopers ook bedrijven met goede rendementen voor wie een verdubbeling van de omvang nog haalbaar zou moeten zijn. Naarmate de grondprijs daalt, de markt met nieuwe financieringsproducten komt, en het overheidsbeleid gunstiger is op financieel en fiscaal gebied, wordt een snelle doorgroei voor meer grondgebonden bedrijven bereikbaar. Dat blijkt uit een onderzoek van het LEI, in opdracht van het ministerie van LNV en de Rabobank.

Voortgaande schaalvergroting in de grondgebonden bedrijfstakken is een weg die ter sprake komt in de visie van LNV 'Kiezen voor landbouw', uit 2005. Maar is die weg voor wat nu al de grootste bedrijven zijn nog begaanbaar? In een aantal scenario's waarin dit soort bedrijven tot 2016 nog met 50 tot 100% groeit, is doorgerekend wat dan de financiële mogelijkheden en consequenties zijn.

Uitgaande van het gemiddelde resultaat op de grootste melkveebedrijven zal een aanzienlijke groei voor de meeste van hen tot financiële problemen leiden, als die groei gepaard moet gaan met aankoop van grond. Bij een daling van de grondprijs neemt het aantal bedrijven dat kan groeien toe. Als de noodzaak van grondaankoop ontbreekt, zijn de grootste bedrijven sneller in staat om de verdere groei te financieren. Dat houdt dan wel in dat de bedrijfsvoering intensiever wordt. Een bovengemiddeld rendement en een verdere verbetering van het saldo per 100 kg melk zijn belangrijk om de financiële barrières te kunnen overwinnen.

In de akkerbouw is de berekening toegespitst op aardappelbedrijven. De meeste daarvan kunnen zich in financieel opzicht geen snelle groei permitteren, omdat daarvoor te veel vreemd vermogen moet worden aangetrokken. Een geleidelijke uitbreiding ligt dan meer voor de hand.

Gezien de financiële knelpunten die een snelle groei voor veel van de grote bedrijven met zich meebrengt, zullen de ondernemers deze optie moeten afwegen tegen andere strategieën zoals een geleidelijk groeiscenario, kostenverlaging door samenwerking, nieuwe inkomensbronnen, verbrede landbouw of meer werk buiten het bedrijf.

Rapport 2.07.03
Verkenning van grootschalige grondgebonden landbouwbedrijven in 2016

Contact
Gabe Venema
gabe.venema@wur.nl

070 3358323