Wageningen Universiteit

soortenrijkdom gebaat bij verhandelbare biodiversiteitsrechten Behoud soortenrijkdom gebaat bij verhandelbare biodiversiteitsrechten

27 feb 2007

Onderdeel: Wageningen Universiteit
Nummer: 012

De achteruitgang van de biodiversiteit dwingt ons om op een heel andere manier aan te kijken tegen duurzaam gebruik daarvan. Voor het behoud van biodiversiteit moeten naast de ecologische kant ook sociale en economische aspecten van het gebruik van biodiversiteit worden betrokken. Dan wordt bijvoorbeeld duidelijk dat het arme deel van de wereldbevolking niet in staat is bij te dragen aan het behoud van biodiversiteit. In de dagelijkse zoektocht naar voedsel, energie en onderdak is daar gewoon geen aandacht voor. Dat zegt prof.dr. Steven de Bie in zijn oratie bij de aanvaarding van het ambt van bijzonder hoogleraar Duurzaam gebruik van levende hulpbronnen op 1 maart aan Wageningen Universiteit. Hij pleit onder meer voor verhandelbare âbiodiversiteitsrechtenâ om de teruggang te compenseren.

De toestand van de ecosystemen in de wereld verslechtert merkbaar, zoals de Verenigde Naties in 2005 vaststelden. De druk van de mensheid op de aarde overschrijdt de biologische capaciteit nu al met 25 procent. Niet alleen verliest de natuur continue terrein, ook het probleem van de fragmentatie daarvan is wezenlijk en zorgt ervoor dat de biodiversiteit wereldwijd achteruitgaat; plaatselijk dreigt die door de ondergrens te zakken van een minimaal noodzakelijke soortenrijkdom. Daardoor kunnen ecosystemen omkiepen naar situaties met minder verscheidenheid aan soorten en dientengevolge minder mogelijkheden voor duurzaam gebruik door de mens.. Eén van de grootste uitdagingen voor regeringen, bedrijven en lokale gemeenschappen is daarom het gebruik van de levende hulpbronnen op aarde duurzaam te maken, aldus prof. De Bie in zijn inaugurele rede Biodiversity Use at Crossroads; Can we sustainably use biodiversity? Doen we dat niet, dan zal de biodiversiteit naar zijn mening onherroepelijk verder afnemen. En treedt daarmee een verdere erosie op van de gebruiksmogelijkheden die de ecologische omgeving de mens biedt, zoals voedselvoorziening of andersoortige producten en diensten.

De Bie stelt dat een duurzame exploitatiestrategie van biodiversiteit en levende bronnen mogelijk is, mits we dat doen vanuit een breed perspectief. Niet alleen vanuit de ecologische invalshoek waar bijvoorbeeld de draagkracht en het herstellend vermogen van ecosystemen van belang zijn. Ook het sociaal-culturele aspect is belangrijk: bijvoorbeeld wie gebruikt de biodiversiteit en waarom? En tot slot het economisch perspectief: wat zijn de kosten en de baten van het gebruik van biodiversiteit en hoe kunnen we biodiversiteit vertalen in economische waarde? Vooral dat laatste is van belang om dat de meeste levende hulpbronnen van niemand zijn of eigenlijk van ons allemaal (res nullius); het tragische, aldus De Bie is dat die hulpbronnen tot voor kort in overvloed aanwezig waren maar nu steeds minder en alleen dat al vraagt om een heel andere aanpak.

Verhandelbare waarde
Prof. De Bie pleit voor een meer commerciële benadering van biodiversiteit waarbij voor de biodiversiteit directe en indirecte en expliciet gewenste opbrengsten worden omschreven. Dat kan een positieve, substantiële invloed hebben op het behoud van biodiversiteit, doordat de negatieve invloeden van bijvoorbeeld bedrijven kunnen worden gecompenseerd. Vergelijkbaar met emissierechten voor bijvoorbeeld broeikasgassen zouden er ook biodiversiteitsrechten moeten komen en als verhandelbare waarde op een markt voor dit soort rechten worden gebracht, vindt De Bie. Dat vereist naar zijn mening wel een heel andere manier van denken over het behoud van biodiversiteit.

De Bie meent dat duurzaam gebruik van biodiversiteit nooit kan worden bereikt zonder een goed antwoord op het vraagstuk van de armoede in de wereld. Elke beperking van het gebruik van hun omgeving, hoe uitputtend die ook is, beperkt de overlevingskansen van arme mensen. Daarom zal een overgang naar duurzaam gebruik van levende hulpbronnen door deze bevolking gepaard moeten gaan met een investering in het terugbrengen van hun armoede.

Prof.dr. Steven de Bie (Gorinchem, 1950) is senior- milieuadviseur bij de afdeling HSE (Health Safety Environment) van Shell International. De bijzondere leerstoel van prof. de Bie is mogelijk gemaakt door de Stichting Shell Research.