Datum
27-2-2007
Onderwerp
150 jeugdzorgtelefoontjes voor Provinciale Staten
Rienk van der Veen
In totaal 150 telefoontjes en mails verdeeld over drie dagen hebben
een team van achtentwintig Statenleden duidelijk gemaakt dat er in de
wereld van de jeugdzorg nog veel te verbeteren valt.
De volksvertegenwoordigers werden geconfronteerd met meldingen over
onheuse bejegening door werkers in de jeugdzorg richting ouders en
cliënten, slecht verlopende contacten in de pleegzorg, werkdruk,
belemmerende bureaucratie en gebrekkige samenwerking tussen
jeugdzorginstellingen.
Intens
In ploegendienst luisterden de Statenleden van 9 tot 21.00 naar de
belevenissen van mensen die in hun persoonlijk leven met jeugdzorg te
maken hebben. Ook waren er veel contacten met mensen die in de
jeugdzorg werkzaam zijn. De gesprekken bleken doorgaans goed
voorbereid en zeer informatief, waardoor de Statenleden, zich een goed
beeld konden vormen van de situaties die hen geschetst werden.
Gesprekken waren lang en niet zelden werden situaties geschetst die de
Statenleden als intens en ogen openend typeerden.
Onheuse bejegening
Ouders en grootouders beklaagden zich over de bejegening die zij
ondervinden. Vooral de toerusting van het jongere personeel dat in
gevoelige dossiers vanuit een werkhouding van onervarenheid niet de
juiste toon of aanpak weet te vinden, roept vaak weerstand op.
Achtergrond is de ontoereikende begeleiding van de jonge werkers in de
jeugdzorg die onder grote druk in gezinssituaties ingrijpende
beslissingen moeten nemen. Ook het optreden van gezinsvoogden en de
gebrekkige informatieverstrekking over de aanpak en vervolgtraject van
meldingen en beslissingen maar ook de wachtlijsten waren vaak
onderwerp van gesprek. De mensen die te maken hebben met de pleegzorg
wisten de statenleden ook te vinden. Veel gehoorde klacht: gebrekkige
informatievoorziening aan de pleegouders en pleegouders voelen zich
niet serieus genomen in de problematiek.
Geen geldgebrek
Werkers in de jeugdzorg beklaagden zich over het beleid van hun
werkgevers: werkdruk, belemmerende bureaucratie en niet op elkaar
aansluitende ICT systemen. Benadrukt werd dat niet geldgebrek maar
inefficiëntie, gebrekkige organisatie en een tekortschietende
onderlinge samenwerking oorzaken zijn van veel stagnatie en
frustratie. Ook de samenwerking tussen instellingen laat te wensen
over; als voorbeeld is vaak genoemd de samenwerking tussen scholen en
huisartsen met de jeugdzorg. Scholen voelen zich niet betrokken bij
het jeugdzorgproces waarin leerlingen soms belanden.
Hoe verder
De resultaten van de Beldriedaagse jeugdzorg worden uitgewerkt in een
rapportage die ook aan alle melders gestuurd wordt. Begin juni 2007
zal de Statencommissie er in de vorm van een Rondetafelconferentie
over praten met de melders. Conclusies en aanbevelingen gaan naar
Provinciale Staten die vervolgens een besluit zullen nemen over
eventuele veranderingen of verbeteringen.
Provincie Noord-Holland