Beantwoording vragen lid Peters over hiv/aids genezingssessies door
president Jammeh van Gambia
26-02-2007 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door het lid Peters over hiv/aids genezingssessies door
president Jammeh van Gambia en de gevolgen hiervan voor preventieve
campagnes. Deze vragen werden ingezonden op 14 februari 2007 met
kenmerk 2060707550.
De minister voor Ontwikkelingssamenwerking,
Bert Koenders
Antwoord van de heer Koenders, minister voor
Ontwikkelingssamenwerking, op vragen van het lid Peters (Groen Links)
over hiv/aids genezingssessies door president Jammeh van Gambia en de
gevolgen hiervan voor preventieve campagnes.
Vraag 1
Bent u ervan op de hoogte dat president Yahya Jammeh van Gambia sinds
18 januari 2007 HIV/Aids-patiënten publiekelijk "geneest"? Bent u op
de hoogte van zijn voorwaarde dat de betreffende patiënten stoppen met
hun antiretrovirale behandeling (ARV) en dat het staatsziekenhuis
hieraan meewerkt?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de actie van president Jammeh? Hoe kwalificeert u
zijn voorwaarde dat patiënten hun ARV-behandeling moeten staken?
Antwoord
De actie van president Jammeh beoordeel ik als uiterst ongelukkig
aangezien elke wetenschappelijke basis voor zijn behandeling
ontbreekt, patiënten valse hoop wordt voorgespiegeld en zijn
kruidenbehandeling het risico in zich draagt dat de
gezondheidstoestand van de patiënt verslechtert als gestopt wordt met
het gebruik van ARVs. Zijn voorwaarde dat patiënten hun
ARV-behandeling moeten staken beoordeel ik dan ook als medisch en
ethisch onverantwoord.
Vraag 3
Wat kunnen hiervan de gevolgen zijn voor de preventieve campagnes die
gevoerd worden?
Antwoord
Eenduidig en uitgesproken politiek leiderschap is een belangrijke
voorwaarde voor effectieve bestrijding van hiv/aids. Politieke leiders
die verwarring zaaien, of zelfs zoals president Jammeh behandelingen
propageren die elke wetenschappelijke basis missen, kunnen dan ook
grote negatieve gevolgen hebben voor de effectiviteit van preventieve
campagnes.
Vraag 4
Hoe beoordeelt u het uitblijven van een reactie van relevante
VN-organen, inclusief UNAIDS?
Antwoord
Het regionale kantoor voor Afrika van de Wereldgezondheidsorganisatie
(WHO) heeft recentelijk een verklaring afgelegd, mede namens UNAIDS.
Binnenkort zullen zowel WHO als UNAIDS een verwijzing naar deze
verklaring op hun website opnemen (www.who.org en www.unaids.org).
Vraag 5
Deelt u de mening dat de Verenigde Naties Jammeh tot de orde moet
roepen en dat een Europese Unie-demarche op zijn plaats is? Zo ja,
bent u bereid om hiervoor te pleiten in de EU? Zo neen, waarom niet?
Antwoord
In bovengenoemde verklaring geeft de WHO onomwonden aan dat er voor
hiv/aids nog geen geneesmiddel bestaat. De WHO acht een gecombineerde
ARV-therapie de beste behandeling voor hiv/aids-patiënten. Voorts
waarschuwt de WHO dat het stoppen met een ARV-behandeling ernstige
gevolgen kan hebben.
Nederland zal in EU-verband voor een démarche pleiten.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken