Vrije Universiteit Amsterdam

Verstoorde lymfe-ontwikkeling oorzaak van verdikte nekplooi bij foetussen

Een abnormale ontwikkeling van het lymfesysteem is de oorzaak van een verdikte nekplooi bij foetussen. Dit concludeert Mireille Bekker in haar promotie-onderzoek. Foetussen met een verdikte nekplooi, zoals bij het Downsyndroom, hebben een verstoorde of vertraagde ontwikkeling van het lymfesysteem ten opzichte van foetussen met een normale nekplooi. Inzicht in het ontstaans-mechanisme van de verdikte nekplooi kan in de toekomst bijdragen aan de verbetering van de methoden voor prenatale screening. Bekker promoveert op 23 februari aan VU medisch centrum.

Afwijkend lymfesysteem
Een nekplooi is een onderhuidse vochtophoping in de nek van de foetus die rond twaalf weken zwangerschap aanwezig is en daarna weer verdwijnt. Tot voor kort was de oorzaak van een verdikte nekplooi nog onduidelijk. Bekker onderzocht één van de mogelijke oorzaken van de verdikte nekplooi. Zij vond in muizenembryo's en humane foetussen een relatie tussen de aanwezigheid van een verdikte nekplooi en een vertraagde of afwijkende ontwikkeling van het lymfesysteem. Dit uit zich door ophoping van vocht in de lymfezakjes in de nek. Deze uitgezette lymfezakjes zijn net als de verdikte nekplooi met de echo waar te nemen. Normaal gesproken ontstaat het lymfesysteem in de nek uit cellen waaruit ook de bloedvaten ontstaan, ook wel endotheelcellen genoemd. Bij embryo's met bijvoorbeeld het Downsyndroom specialiseren deze cellen niet voldoende tot lymfevaten en blijven zij kenmerken van bloedvaten vertonen. Problemen in de specialisatie van deze primaire endotheelcellen kunnen naast een abnormaal lymfesysteem ook leiden tot andere afwijkingen, zoals hart en vaatziekten.

Nekplooimeting onderdeel prenatale screening
Sinds 1 januari 2007 krijgen alle zwangere vrouwen in Nederland een nekplooimeting aangeboden als onderdeel van prenatale screening. De nekplooimeting wordt wereldwijd erkend als screenings-methode voor Downsyndroom en andere aangeboren afwijkingen aan bijvoorbeeld hart en bloedvaten. Artsen meten de nekplooi met behulp van een echoscopisch onderzoek rond de twaalfde week van de zwangerschap. Hoe dikker de gemeten nekplooi, hoe groter de kans dat de foetus een aangeboren afwijking heeft. Maar er zijn ook foetussen met een verdikte nekplooi die gezond geboren worden. Om honderd procent zekerheid te krijgen is daarom aanvullend onderzoek nodig met behulp van een vruchtwaterpunctie of een vlokkentest.