Radboud Universiteit Nijmegen


Erkenning voor ADHD bij volwassenen

Sandra Kooij, als psychiater verbonden aan PsyQ in Den Haag, spant zich al tien jaar in om het publiek, maar vooral ook haar vakgenoten, erover te informeren dat ADHD niet uitsluitend een kinderziekte is. Op 18 december hoopt zij bij hoogleraar kinderpsychiatrie prof. dr. Jan Buitelaar, verbonden aan het Institute for Neuroscience van de Radboud Universiteit, te promoveren op het onderzoek dat zij de afgelopen jaren naar ADHD bij volwassenen heeft gedaan.

Twee procent
Ongeveer twee procent van de volwassenen heeft ADHD, blijkt uit Kooijs onderzoek. Zij zijn meestal druk en chaotisch, kunnen niet plannen, hebben daardoor vaak hun opleiding niet afgemaakt en doen als gevolg daarvan laag geschoold werk of hebben helemaal geen werk. Door de verhoogde zucht naar sensatie is de ADHD'er meer dan gemiddeld betrokken bij ongevallen, bijvoorbeeld auto-ongelukken, en er is bij velen sprake van verslavingsproblematiek. Ook depressiviteit komt vaak voor onder volwassen ADHD'ers. Veel van hen lopen rond met een diagnose `antisociale persoonlijkheid' of `borderline persoonlijkheid'. Dat is ongunstig voor de patiënt, want deze aandoeningen zijn, in vergelijking met ADHD, moeilijker te behandelen.

Behandeling
Behalve dat Kooij heeft aangetoond dat ADHD bij volwassenen wel degelijk voorkomt en op een betrouwbare manier is vast te stellen, laat zij in haar proefschrift ook zien dat de behandeling een gunstig effect heeft op de patiënt. Kooij legt uit: `De behandeling berust op drie peilers: voorlichting, medicijnen en coaching. Wat de medicijnen betreft, daarvan hebben we in het onderzoek kunnen aantonen dat het middel methylfenidaat bij volwassen ADHD'ers goed werkt. Probleem is wel dat de kortwerkende variant hiervan, het bekende Ritalin, zes maal daags stipt op tijd moet worden ingenomen om de patiënt tot `s avonds laat bij te sturen. Dat is in de praktijk voor de chaotische ADHD'er te moeilijk. Beter werkt de lang werkende vorm, Concerta, die maar eenmaal per dag ingenomen hoeft te worden. Dit middel wordt momenteel echter niet in het basispakket vergoed.'

Kooijs laatste stelling bij het proefschrift spreekt in dit verband boekdelen. Deze luidt: Het is een schande dat in Nederland maar één, verouderd medicijn voor ADHD wordt vergoed. Dit signaal zal producenten van nieuwe langwerkende medicatie ervan weerhouden in ons land te investeren, en maakt up-to-date patiëntenzorg onmogelijk.

De meeste patiënten zijn door de behandeling in staat hun leven beter ter hand te nemen. Ze kunnen hun studie afronden, werk vinden en functioneren beter in relaties en gezin. Een groot deel van de patiënten staat uiteindelijk weer op de rails. `Daardoor is het behandelen van ADHD erg dankbaar werk', aldus Kooij. Zie ook: www.adhdbijvolwassenen.nl

Sandra Kooij: ADHD in Adults. Clinical studies on Assessments and Treatment. Proefschrift RU Nijmegen. Promotiedatum: 18 december 2006.
Promotor: prof.dr. J.K. Buitelaar.