Museon Den Haag

Persbericht

Datum:

31 januari 2007

Expositie in Museon over industriële tewerkstelling van gevangenen tijdens WO II


9 februari t/m 10 juni 2007 / opening voor de pers donderdag 8 februari
16.00

Van 9 februari tot en met 10 juni 2007 presenteert het Museon in Den Haag de bijzondere tentoonstelling 'Licht in het Donker, Het Philips-Kommando in Kamp Vught'. In deze reizende expositie wordt de wonderbaarlijke geschiedenis geschetst van het zogenoemde Philips-Kommando, een unieke vorm van industriële tewerkstelling van gevangenen binnen het prikkeldraad van het Kamp Vught. Uniek, omdat in geen enkel ander kamp een particulier bedrijf de gelegenheid heeft gekregen om productieactiviteiten op deze schaal binnen dat kamp te verrichten.

Philips-Kommando
Begin 1943 heeft de Philips-directie na lange aarzeling gevolg gegeven aan het dringende verzoek uit 'Berlijn' om in het concentratiekamp de Speciale Werkplaats B677 te vestigen. Met de SS was vooraf een grote mate van eigen zeggenschap overeengekomen, die ook lange tijd in stand kon worden gehouden. Ruim 3.100 gevangenen (10 procent van het totaal), hebben kortere of langere tijd deel uitgemaakt van het daar werkzame Philips-Kommando. Philips probeerde zoveel mogelijk gevangenen, mannen en vrouwen, joden en niet-joden, aan werk te helpen. In een relatief veilige omgeving maakten zij onder meer radiotoestellen, knijpkatten en scheerapparaten. Voor anderen werd werk bedacht op een rekenkamer, schrijfkamer of tekenkamer. Jonge joodse vrouwen konden worden ingezet onder het voorwendsel dat alleen zij over het vereiste 'Fingerspitzengefühl' beschikten voor het maken van 'kriegswichtige' radiobuizen. Het deel uitmaken van het Philips-Kommando betekende voor de 600 joodse werkers voor een lange tijd vrijstelling van transporten. Toen zij toch in juni 1944 werden gedeporteerd naar het vernietigingskamp Auschwitz-Birkenau, werden zij niet voor de gaskamers geselecteerd. Na korte tijd zijn zij als Philips-Facharbeiter naar andere kampen overgebracht om van daaruit te worden tewerkgesteld bij soortgelijke bedrijven in Oost Silezie. Bijna 400 van de 500 gedeporteerde joodse mannen, vrouwen en kinderen hebben zo de oorlog overleefd.

Expositie
In ´Licht in het Donker´ wordt de opbouw, groei, bloei en neergang van de werkplaats en van het Philips-Kommando verbeeld aan de hand van teksten en illustraties op panelen, audio-opnames, videobeelden en objecten. Interessante voorwerpen zijn speciaal voor deze expositie in bruikleen verkregen van oud-gevangenen en hun nabestaanden. In de expositie worden de dilemma's van de multinational Philips nader belicht. Directeur Frits Philips zei na de oorlog dat het werk in Vught zijn merkwaardigste activiteit was tijdens de bezetting. Andere onderdelen van de expositie gaan in op 'Leven en Werken', 'Wie werkten er', 'Leiding en Organisatie' en 'En daarna'. Bizarre gebeurtenissen worden belicht, deels ook in persoonlijke verhalen. Zo bracht Himmler in februari 1944 een bezoek aan de Werkplaats, sprak met technisch leider Bram de Wit, en schudde na afloop deze gevangene de hand. Hachelijk spel, heimelijk verzet en gecamoufleerde sabotage komen in allerlei vormen aan de orde. Daarnaast wordt duidelijk dat dankzij Philips het bestaan van de betrokken gevangenen is verzacht.

Informatieboek

Aanvullend op de tentoonstelling en website is een informatieboekje 'Belevenissen en Achtergronden' met illustraties en persoonlijke verhalen te koop (3,50 euro/48 pagina's) in de Museumwinkel.

Educatie
Bij de tentoonstelling is een educatief programma ontwikkeld voor docenten geschiedenis en maatschappijleer en leerlingen van het voortgezet onderwijs. Zij kunnen de website www.philips-kommando.nl raadplegen als inspiratiebron voor lessen over de Tweede Wereldoorlog. Voor Haagse scholen is het tevens mogelijk een museumles aan te vragen voor de klassen 1 en 2. Kijk voor meer informatie op www.museon.nl.

Samenwerking
De expositie en het educatieve programma zijn tot stand gekomen in samenwerking met Stichting Geschiedschrijving Philips-Kommando Concentratiekamp Vught '43-'44, en financieel mogelijk gemaakt door Stichting Levi Lassen, Stichting Fondsenwerving Militaire Oorlogs- en Dienstenslachtoffers en M.A.O.C. Gravin van Bylandt Stichting.