Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

De Voorzitter van de Tweede Kamer Postbus 90801 der Staten-Generaal 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Binnenhof 1 A Telefoon (070) 333 44 44 2513 AA S GRAVENHAGE Fax (070) 333 40 33 www.szw.nl 2513AA22XA

Contactpersoon Uw brief 2060705360 Doorkiesnummer Ons kenmerk ARBO/A&V/2007/1643 Faxnummer Datum 6 februari 2007

Onderwerp Kamervraag/vragen van het lid

Hierbij zend ik u de antwoorden op de Kamervragen van:
· het lid Bussemaker (PvdA) over de positie en arbeidsomstandigheden van Poolse werknemers in Nederland (2060705360);

· het lid De Wit (SP) over Poolse werknemers die in Nederland onder gevaarlijke en ongezonde arbeidsomstandigheden werken (2060705470);
· de leden Bussemaker en Heerts (PvdA) over de invulling van het begrip "werkgever"in diverse sociale wetten (2060705770);

· het lid Ulenbelt (SP) over een Poolse werknemer die bedolven is geraakt onder een instortende muur (2060705890).

De antwoorden op de Kamervragen van:

· het lid Ulenbelt (SP) over de verantwoordelijkheid voor een dodelijk ongeval bij de producent van betonnen prefab elementen (2060705750) en.
· het lid Van Hijum (CDA) over arbeidsomstandigheden van Poolse werknemers in Nederland (2060705740)
ontvangt u op een later tijdstip omdat beantwoording meer tijd vergt.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,

(H.A.L. van Hoof)

Ons kenmerk ARBO/A&V/2007/1643

2060705360

Vragen van het lid Bussemaker (PvdA) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de positie en arbeidsomstandigheden van Poolse werknemers in Nederland. (Ingezonden 11 januari 2007)


1
Bent u bekend met de tv-uitzending 1) over het ronselen van Poolse werknemers door uitzendbureaus om in Nederland te werken onder gevaarlijke omstandigheden?

Antwoord 1
Ja.


2
Wat is uw algemene oordeel over de situaties die hier geschetst worden? Vindt u het toelaatbaar dat Polen zonder enige bescherming onveilig werk moeten verrichten en op die wijze tot tweederangs werknemers worden gedegradeerd?

Antwoord 2
De Arbowet en -regelgeving is onverkort van toepassing op werkgevers en werknemers in Nederland. De nationaliteit van een bedrijf, de nationaliteit van de werkgever of de werknemers doet niet terzake. Uitgangspunt van de Arbowet is dat de situatie waarin gewerkt wordt veilig moet zijn voor iedereen die werkt.


3
Kunt u bevestigen dat de afgelopen jaren drie Polen bij werkzaamheden in Nederland zijn omgekomen? In welke situaties en welke sectoren was dat? Heeft dit geleid tot een boete voor de werkgever? Zo ja, van welke orde?

Antwoord 3
In 2005 en 2006 zijn vijf Polen bij werkzaamheden in Nederland omgekomen. De ongevallen vonden plaats in de sectoren recycling van afval, lasinrichtingen, betonindustrie, koelhuizen en energiebedrijven. In één zaak loopt het onderzoek van de Arbeidsinspectie nog. In één zaak is geen boeterapport opgemaakt. In de overige drie zaken zijn twee processen-verbaal en één boeterapport opgemaakt. Hiervan is één strafzaak geseponeerd, in één zaak heeft het openbaar ministerie nog geen vervolgingsbeslissing genomen en in één zaak is een kennisgeving van een bestuurlijke boete van 8.100,-- uitgegaan.


---

Ons kenmerk ARBO/A&V/2007/1643


4
Welke andere gevallen van het overtreden van de Nederlandse wetgeving en arbeidsvoorwaarden ten aanzien van Polen en andere werknemers uit de MOE-landen zijn er over de afgelopen jaren bekend bij de Arbeidsinspectie?

Antwoord 4
Met betrekking tot de Arbeidsomstandighedenwet worden overtredingen door de Arbeidsinspectie niet geregistreerd op het land van herkomst van de eventueel betrokken werknemers. Bij de registratie van ongevallen hanteert de Arbeidsinspectie met betrekking tot de etniciteit van slachtoffers een indeling die vastlegt of de slachtoffers uit een EU-land komen of van buiten de EU afkomstig zijn. Op basis van individueel dossieronderzoek is vast komen te staan dat in 2005 en 2006 naast de eerder genoemde dodelijke slachtoffers uit Polen, er nog twee dodelijke slachtoffers uit MOE-landen (beiden Litouwers) afkomstig zijn.


5
Hoe denkt u dergelijke misstanden tegen te gaan? Blijft de Arbeidsinspectie betrokken bedrijven vanwege het risico van herhaling intensief volgen? Betrekt u een en ander bij de gesprekken met sociale partners over de controle op de handhaving en naleving?

Antwoord 5
Bij het constateren van wetsovertredingen volgt de Arbeidsinspectie het bedrijf tot alle overtredingen zijn opgeheven. Bij recidive worden hogere boetes opgelegd . De Arbeidsinspectie besteedt de meeste aandacht aan bedrijfstakken met de hoogste risico's en het laagste nalevingniveau.
De Arbeidsinspectie voert halfjaarlijks overleg met werkgevers- en werknemersorganisaties. In dit overleg wordt gesproken over de voortgang van de uitvoering van het Jaarplan en de inspectie-projecten. Voor zover relevant wordt in dit overleg door de genoemde organisaties melding gemaakt van misstanden.


6
Hoe denkt u de constructie met onderaannemers tegen te gaan, gezien het feit dat hierbij een extra risico kan ontstaan van het overtreden van vastgestelde wetten en arbeidsvoorwaarden?

Antwoord 6
Het werken met onderaannemers is legitiem. Veel ondernemingen maken gebruik van externe bedrijven voor de uitvoering van taken (zoals catering, beveiliging, drukkerijen, koeriersdiensten, installatie- en onderhoudsbedrijven). Vooral in de bouwsector is sprake van onderaanneming, waarbij op de bouwplaats meerdere onderaannemers en hun werknemers werkzaam zijn.


1) Netwerk, 9 januari 2007

---

Ons kenmerk ARBO/A&V/2007/1643

2060705470
Vragen van het lid De Wit (SP) aan de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over Poolse werknemers die in Nederland onder gevaarlijke en ongezonde arbeidsomstandigheden werken. (Ingezonden 11 januari 2007)


1.
Vindt u het aanvaardbaar dat vier van de dertien benaderde uitzendbureaus 1) bereid waren Poolse werknemers uit te zenden terwijl het vooraf duidelijk was dat er onvoldoende veiligheidsmaatregelen aanwezig zouden zijn? Zo ja, waarom? Zo neen, welke maatregelen gaat u treffen?

6
Bent u bereid om de Arbeidsinspectie actief te laten controleren of uitzendbureaus waarborgen dat hun medewerkers alleen worden uitgezonden naar opdrachtgevers die de Arbeidsomstandighedenwet naleven? Zo ja, hoe en wanneer? Zo neen, waarom niet en hoe wilt u dan voorkomen dat mensen via uitzendbureaus op onveilige en ongezonde werkplekken komen te werken?

Antwoorden 1 en 6
Op basis van de Arbeidsomstandighedenwet- en regelgeving (Arbowet) is de inlener de werkgever van de uitzendkracht. Op de inlener (feitelijke werkgever) rust de zorgplicht om zo goed mogelijke arbeidsomstandigheden te bewerkstelligen binnen zijn organisatie. Hij doet dit op basis van een risico-inventarisatie en evaluatie (ri&e). De inlener is verplicht een onderdeel van de ri&e (beschrijving van de gevaren en risicobeperkende maatregelen en van de risico's voor de werknemers op de arbeidsplaats) tijdig te verstrekken aan de uitlener (het uitzendbureau). Deze wettelijke verplichting is gebaseerd op de EU-richtlijn A-typische arbeidsrelaties1. Het uitzendbureau dient deze informatie aan de uitzendkracht te verstrekken. Daarnaast moet het uitzendbureau de uitzendkracht informatie verschaffen over de beroepskwaliteiten die voor de uitzendbaan vereist zijn. Deze verplichtingen voor uitzendbureaus zijn neergelegd in de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi).
De Arbeidsinspectie zal nog dit jaar een project uitvoeren gericht op arbeidsomstandigheden van buitenlandse uitzendkrachten.


1 Richtlijn nr. 91/383/EG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 juni 1991 ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid op het werk van de werknemers met arbeidsbetrekkingen voor bepaalde tijd of uitzendarbeidsbetrekkingen (Pb EG L 206).
---

Ons kenmerk ARBO/A&V/2007/1643


2
Deelt u de mening van FNV Bondgenoten dat er veel ongelukken gebeuren in niet legale arbeidsverhoudingen waardoor er geen betrouwbare cijfers zijn over het aantal ongelukken als gevolg van onveilige werksituaties? Zo ja, wat is uw oordeel? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 2
Er wordt actief opgetreden tegen niet legale arbeidsverhoudingen op basis van de Wet Arbeid Vreemdelingen. Als een ongeval plaatsvindt waarbij een illegale werknemer het slachtoffer is, handhaaft de Arbeidsinspectie zowel de Arbeidsomstandighedenwet als de Wet Arbeid Vreemdelingen. Verondersteld mag worden dat dergelijke ongevallen vaak niet gemeld worden aan de Arbeidsinspectie. Daardoor zijn geen betrouwbare cijfers te geven over het aantal ongevallen waarbij illegale werknemers betrokken zijn.


3
Wat is uw oordeel over de waarneming dat opdrachtgevers via constructies met onderaannemers niet of nauwelijks aansprakelijk kunnen worden gehouden voor ongelukken?

Antwoord 3
Uitgangspunten van de Arbowet- en regelgeving zijn de arbeidsplaats en de daar actieve werkgever(s). De (feitelijke) werkgever is verantwoordelijk voor de veiligheid op de arbeidsplaats en de deugdelijkheid van de arbeidsmiddelen. Daarbij is het niet van belang of de arbeidsplaats zich in het bedrijf van de werkgever bevindt of elders. Ook is het niet van belang of gebruik wordt gemaakt van eigen arbeidsmiddelen, dan wel middelen die zijn gehuurd of ter beschikking zijn gesteld door derden.
Deze verantwoordelijkheid voor de feitelijke werkgever vloeit voort uit de Europese Kaderrichtlijn arbeidsomstandigheden (artikel 3)2. Als de opdrachtgever/hoofdaannemer zelf werkzaamheden laat verrichten op de arbeidsplaats met ter beschikking gesteld personeel is hij/zij inlener. Op basis van artikel 1 van de Arbowet is hij/zij aan te merken als (feitelijke) werkgever.
Als de opdrachtgever/hoofdaannemer een doorslaggevende invloed heeft op de op de arbeidsplaats werkzame personen (instructies met betrekking tot de dagelijkse activiteiten: wat, hoe, wanneer) en de verstrekking van materiaal, arbeidsmiddelen en persoonlijke beschermingsmiddelen, is hij/zij aan te merken als feitelijke werkgever. Er is dan sprake van een gezagsrelatie tussen opdrachtgever/hoofdaannemer en de op de arbeidsplaats werkzame personen (arbeid onder gezag in de zin van artikel 1 Arbowet). Dit is de basis voor de handhaving van de Arbeidsinspectie.


2 Richtlijn nr. 89/391/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 12 juni 1989 betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter verbetering van de veiligheid en gezondheid van de werknemers op het werk.

---

Ons kenmerk ARBO/A&V/2007/1643

4.
Bent u bereid in kaart te brengen hoe vaak Poolse- en andere buitenlandse werknemers (al dan niet via uitzendbureaus) worden ingezet voor werk onder onveilige en ongezonde arbeidsomstandigheden? Zo ja, hoe en op welke termijn? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 4
Op basis van de huidige onderzoeken op arbeidsomstandighedenterrein en de beschikbare informatie van de Arbeidsinspectie zijn deze gegevens niet op te leveren. De Arbeidsinspectie zal nog dit jaar een project uitvoeren gericht op arbeidsomstandigheden van buitenlandse uitzendkrachten.

5
Bent u bereid om op korte termijn maatregelen te treffen om te voorkomen dat Poolse- en andere buitenlandse werknemers gebruikt worden voor werk onder onveilige en ongezonde arbeidsomstandigheden? Zo ja, welke maatregelen? Zo neen, waarom niet?

Antwoord 5
Slechte arbeidsomstandigheden worden in eerste instantie via controle en bestuurlijke handhaving aangepakt door de Arbeidsinspectie. De AI heeft ook eigen strafrechtelijke bevoegdheden op grond van de Arbowet (artikelen 32 (recidive) en 33 (zeer ernstige overtredingen)). Hetzelfde geldt ook voor de Arbeidstijdenwet. Daar waar sprake is van crimineel ondernemerschap ofwel malafide intermediairs, is strafrechtelijk onderzoek door de SIOD naar uitbuiting van arbeiders met een strafbedreiging van maximaal 8 jaar gevangenisstraf mogelijk. De SIOD heeft met de Arbeidsinspectie afspraken gemaakt om signalen over uitbuiting bij de SIOD te melden. Strafrechtelijke onderzoeken naar uitbuiting richten zich op verdachten die inbreuk maken op de geestelijke en lichamelijke integriteit van arbeiders door deze bijvoorbeeld onder (extreem) slechte arbeidsomstandigheden, met slechte arbeidstijden en tegen lage beloning te werk te stellen. Binnen het domein van SZW verricht de Sociale Inlichtingen en Opsporingsdienst (SIOD) deze strafrechtelijke onderzoeken. De SIOD heeft vier van dergelijke onderzoeken in