AutoRai

Opel Meriva rijzende ster in het TÃV Report 2007

(2/1/2007)
De Opel Meriva heeft de laagste defectenscore in het TÃV Report 2007 behaald. De mini MPV werd in 2003 geïntroduceerd en werd nu voor het eerst getest, aangezien TÃV de eerste algemene inspectie drie jaar na de eerste inschrijving uitvoert. De Meriva behaalde meteen de eerste plaats in deze kwaliteitscontrole.
In totaal werden 113 verschillende modellen van maximaal drie jaar oud onderzocht. Bij nauwelijks 1,8 procent van de gecontroleerde exemplaren van de bestseller Opel Meriva werden fouten aangetroffen; het gemiddelde voor de automobielbranche lag op 5,9 procent.

âOns uitgebreide kwaliteitsinitiatief werpt duidelijk vruchten af,â zegt Hans H. Demant, Opel Managing Director. âDit succes van één van onze nieuwste modellen is de beste indicator die je kan vinden. En de algemene resultaten van het Opel gamma tonen aan dat we op het juiste spoor zitten.â In vergelijking met de resultaten van vorig jaar doen bijna alle Opel modellen het aanzienlijk beter in het TÃV Report 2007, zowel in de rangschikking als op het vlak van de feitelijke defectenpercentages. Naast de Meriva scoorden ook de Corsa (4,4 procent), de Vectra (4,5 procent), de Agila (4,8 procent) en de Astra (5,1 procent) beter dan het gemiddelde voor de automobielbranche. Hierdoor vallen al deze modellen in de categorie Laagste Defectenscore.

De zege van de Meriva is des te opvallender omdat het maar heel zelden gebeurt dat een model een defectenscore van minder dan twee procent behaalt. De naaste concurrenten scoorden veel hoger. Het TÃV Report 2007 vermeldt de resultaten van alle algemene auto-inspecties die tussen juli 2005 en juni 2006 werden uitgevoerd door TÃV testcentra. Het rapport is gebaseerd op de resultaten van meer dan zeven miljoen voertuigcontroles tijdens de rapporteringsperiode.

De aanzienlijke vooruitgang die blijkt uit het TÃV Report 2007 is het resultaat van het wereldwijde kwaliteitsinitiatief van General Motors. De belangrijkste aspecten van de geïntegreerde kwaliteitsfilosofie van GM zijn: gestandaardiseerde ontwikkelings- (Global Vehicle Development Process) en productieprocessen (Global Manufacturing System). Vijf principes worden in alle fabrieken toegepast: betrokkenheid van de mensen, standaardisering, geïntegreerde kwaliteit, korte leveringstijden en continue verbetering. Elke werknemer aan de productieband moet de productie bijvoorbeeld stilleggen wanneer zich een probleem voordoet dat zeker niet kan worden opgelost binnen de aangegeven omlooptijd.

In het kader van de toenemende rol van toeleveranciers bij de autoproductie wordt de kwaliteit van deze toeleveranciers steeds belangrijker. General Motors Europe ondersteunt zijn toeleveranciers met een team van meer dan 100 gespecialiseerde ingenieurs die zich alleen bezighouden met het aan de bron voorkomen of oplossen van alle mogelijke kwaliteitsproblemen bij de partners. En dat werpt duidelijk vruchten af: het percentage componenten van toeleveranciers die niet voldeden aan de kwaliteitsnormen is de laatste jaren met 80 procent gedaald.

âDe focus op kwaliteit wordt steeds groter en breidt zich steeds uit. Alleen aandacht hebben voor productiekwaliteit volstaat niet,â zegt Peter G. Dersley, GME Vice President verantwoordelijk voor kwaliteit. âVoor ons is het heel duidelijk dat we alleen een duidelijke vooruitgang kunnen boeken in de diverse kwaliteitsaspecten als onze klanten ook volledig tevreden zijn over wat wij âperceptuele kwaliteitâ noemen en over het totale imago van de auto.â