Link nederland
Persbericht
Schiedam, 1 februari 2007
Patiënten met heupprothesen onnodig verontrust
'Patiënten met een heup- of knieprothese zijn vandaag mogelijk verontrust door de berichtgeving in verschillende media. Dat is onnodig en onacceptabel.' Dit stelt Hans Eekhof, directeur van LINK Nederland, één van de drie grootste fabrikanten van heup- en knieprothesen in ons land.
Eekhof reageert hiermee op de in de media geformuleerde bewering van de Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) dat jaarlijks 4000 mensen opnieuw geopereerd moeten worden omdat orthopedische prothesen niet zouden deugen.
Eekhof baseert zich bij zijn verweer op het registratiesysteem in Zweden, waarin sinds 1990 alle orthopedische prothesen worden ingevoerd. Daaruit blijkt dat het getal van 4000 hersteloperaties in Nederland zwaar overdreven is en niet ligt aan de kwaliteit van de prothesen.
'Hoe kan deze conclusie überhaupt getrokken worden als wij in Nederland nog niet registreren', vindt Eekhof.
Hij stelt bovendien dat dit cijfer voor een specifiek type heupprothese sowieso niet geldt. Dit is momenteel bij zo'n 55.000 patiënten geïmplanteerd. De patiënten met deze prothese worden al 15 jaar in het Zweedse register gevolgd. Deze registratie wordt door 500 verschillende chirurgen in 80 klinieken uitgevoerd. Van deze groep patiënten is maar 2% opnieuw geopereerd. Deze prothese is ook in Nederland al een aantal jaar de meest gebruikte gecementeerde heupprothese.
Eekhof is er een groot voorstander van het 'Zweedse' registratiesysteem op korte termijn ook in Nederland in te voeren. De Zweden publiceren elk jaar de klinische effectiviteit van alle implantaten. Daarnaast kwantificeren zij de factoren die deze effectiviteit beïnvloeden en geven deze in vergelijkende grafieken weer.
Er zijn drie factoren die de levensduur van een heupprothese beïnvloeden: het type prothese, de chirurgische techniek en de levensstijl van de patiënt. Een zogenoemde anatomische reconstructie vergroot de levensduur van een heupprothese. Dit betekent dat het implantaat op vele variabelen moet kunnen anticiperen. Zo ontstaat een prothese op maat. Deze anatomische reconstructie is echter alleen zinvol als ziekenhuizen vele maten en onderdelen van prothesen op voorraad hebben. Dat is kostbaar, weet Eekhof.
Daarnaast is het voor het optimale operatieresultaat van belang dat de orthopedisch chirurg het arrangement van bot, ligamenten en spieren kan reconstrueren. 'De Zweedse registratie toont dat deze aanpak het beste resultaat geeft. Deze zouden wij ook in Nederland toegepast willen zien.'
23)
24)
-----------
Noot voor de redactie,