ChristenUnie
Inbreng bij voortgangsrapportage industriebrief
Inbreng bij voortgangsrapportage industriebrief
woensdag 17 januari 2007 15:11
De leden van de fractie van de ChristenUnie hebben met belangstelling
kennis genomen van de tweede voortgangsrapportage van de
Industriebrief. Industrie staat op de kaart en krijgt de, broodnodige,
aandacht. Er moest hard aan getrokken worden, maar de kabinetten
Balkenende II & III hebben hart voor de industrie getoond en ingezet
op een stimulerend industriebeleid.
Uit het hoofdrapport en de voortgangsrapportage blijkt dat de
Nederlandse industrie internationaal over het algemeen goed meedoet.
Ondernemers hebben vertrouwen in de industrie. Uit de rapportage
blijkt ook duidelijk de sterke en toenemende verwevenheid tussen de
dienstensector en de industrie én tussen de verschillende sectoren
binnen de industrie. Van groot belang is dus dat alle verschillende
sectoren zich goed kunnen ontwikkelen, om te voorkomen dat sectoren
elkaar belemmeren in hun groei.
Terecht klinkt dan ook de oproep van de industrie aan de overheid om
echt voor de industrie te (blijven) kiezen. De leden van de fractie
van de ChristenUnie zijn dan ook blij met de opmerking van de minister
dat een betrokken overheid nodig blijft voor een vitale industrie.
Deze leden spreken waardering uit voor de genomen maatregelen.
Uit de rapportage komen een aantal zwaktes van en belemmeringen voor
de Nederlandse industrie naar voren. De leden van de fractie van de
ChristenUnie vragen met name aandacht voor het gebrek aan vakpersoneel
en het ontbreken van een level playing field. Deelt de
staatssecretaris de mening van deze leden dat voor deze punten
verhoogde aandacht nodig is en zo ja, hoe werkt dat door in het te
nemen beleid?
Uit de voortgangsrapportage blijkt duidelijk dat het kabinet aandacht
heeft besteed aan de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt.
Kan de staatssecretaris de leden van de ChristenUnie-fractie meer
inzicht geven in de concrete resultaten? Immers, uit het hoofdrapport
blijkt dat er een steeds groter tekort komt aan goed personeel. Is er
al sprake van een toename van de uitstroom van goed gekwalificeerd
vakpersoneel? Hoe worden jongeren geprikkeld om ook daadwerkelijk
gebruik te maken van de geboden faciliteiten en is er een toename te
zien in het aantal jongeren dat vakopleidingen volgt? In dit verband
vragen de leden van de ChristenUniefractie, in lijn met vorige
bijdragen, nogmaals naar de coördinatie tussen EZ en OCW, zeker gezien
het toenemende tekort aan goed geschoold vakpersoneel. Hoe is de
coördinatie op dit moment en wat zijn daar de concrete resultaten van?
De leden van de ChristenUnie vragen tevens de aandacht van de
staatssecretaris voor het level playing field en de
concurrentiepositie van de Nederlandse industrie. Ondanks genomen
maatregelen voor vermindering van de lastendruk van wet- en
regelgeving, waarvoor waardering, blijkt dat de ondernemers de wet- en
regelgeving nog steeds als belemmering zien. Vooral de hoeveelheid
veranderingen en het gevoel dat de regelgeving strenger is dan nodig
in de EU wordt als problematisch ervaren. Wat is het effect van
genomen maatregelen, zoals het Crashteam oneerlijke concurrentie? Op
wat voor termijn verwacht de staatssecretaris resultaat van
maatregelen die nu genomen worden, zoals het aanpakken van nationale
koppen? En op wat voor termijn gaat het kabinet de sectorale
actieplannen uitbrengen? Kan de staatssecretaris inzicht geven in het
tijdpad en de globale maatregelen die daarin genomen zullen worden?
Daarnaast zijn de leden van de ChristenUnie-fractie benieuwd naar het
functioneren van de sectorale aanspreekpunten en het Meldpunt
Tegenstrijdige Regelgeving. Werken deze naar tevredenheid van
industrie en kabinet?
Naast aandacht voor onderwijs en de concurrentiepositie vragen de
leden van de ChristenUnie-fractie aandacht voor aangewezen zwakte van
de Nederlandse industrie in het vermarkten van producten. Ziet de
staatssecretaris een rol weggelegd voor het kabinet in het verhogen
van de vaardigheden van ondernemers op het gebied van PR, marketing,
pre-sales en after-sales, door de onderzoekers aangeduid als één van
de belangrijke aandachtspunten? Zo ja, wat voor rol, en hoe wordt dit
opgepakt?
Ten slotte willen de leden van de ChristenUnie-fractie aandacht vragen
voor het imago van de industrie. Het gaat goed met de industrie, en
het kabinet geeft blijk van betrokkenheid en besef van urgentie van
stimulerende maatregelen, zoals heel concreet bleek uit de bijdrage
voor de scheepsbouw. Toch kampt de industrie in Nederland nog steeds
met een imagoprobleem, wat tevens doorwerkt in de aanwas van
personeel. Deelt de staatssecretaris de aangegeven zwakte in het
hoofdrapport dat de industrie kampt met een imagoprobleem? Is de
staatssecretaris het met de leden van de ChristenUnie-fractie eens dat
hierop actie moet worden ondernomen, zeker gezien het effect op aanwas
van personeel? Zo ja, wat gaat de staatssecretaris hieraan doen?