Waterschap Roer & Overmaas
12-01-2007
Nieuwe rivierdonderpad rukt op in Limburg
Officieel beschermde soort komt niet in Nederland voor
Recente visbemonsteringen door het Waterschap Roer en Overmaas in
diverse Limburgse beeksystemen hebben aangetoond dat het aantal
rivierdonderpadden (een vis met een prehistorisch uiterlijk) in enkele
jaren tijd explosief is toegenomen. Deze toename blijkt te moeten
worden toegeschreven aan een oprukkende nieuwe soort
rivierdonderpad, De nieuwe soort is een kruising van twee andere
rivierdonderpadden. Opmerkelijk gegeven is het feit dat deze gekruiste
rivierdonderpad is ontstaan uit twee oudersoorten die pas recent voor
Nederland beschreven zijn. De rivierdonderpad die al eeuwenlang
verondersteld wordt in Nederland voor te komen (en streng beschermd
wordt krachtens de Flora en Faunawet alsmede de Europese
Habitatrichtlijn), blijkt zelfs helemaal niet in Nederland aanwezig te
zijn.
Internationaal onderzoek
Het onderzoek van het Waterschap Roer en Overmaas is een vervolg op de
conclusie van Duitse onderzoekers die onlangs met DNA-onderzoek
bewezen dat de in Nederland voorkomende rivierdonderpad niet de
veronderstelde en wettelijk beschermde soort Cottus gobio betreft
(deze komt helemaal niet in Nederland voor, wel verder naar het
oosten) maar dat er sprake is van twee andere soorten (Cottus
rhenanus en Cottus perifretum) én een kruising tussen deze beide
soorten.
Door het graven van verbindingen tussen het Schelde- en Rijnsysteem
konden beide soorten met elkaar in contact komen en ontstond door
kruising een nieuwe soort rivierdonderpad, een kruising dus tussen de
twee soorten Cottus rhenanus en de Cottus perifretum. Deze nieuwe
hybride vorm stelt veel minder eisen aan zijn leefgebied dan de beide
oudersoorten en voelt zich zowel thuis in grote rivieren en open
wateren zoals het IJsselmeer als in snelstromende beken. Deze nieuwe
rivierdonderpad rukt dan ook snel op in de provincie Limburg.
Het verschil tussen de in snelstromende beken levende Cottus rhenanus
(beekdonderpad is een betere naam) en de hybride vorm rivierdonderpad
is met het blote oog duidelijk te zien. Een belangrijk onderscheid
vormen de talloze kleine stekeltjes op de rug en flanken bij de
hybride vorm. Cottus rhenanus heeft daarentegen een zeer gladde huid.
Limburgs verspreidingsonderzoek
Uit het Duitse onderzoek bleek verder dat de hybride rivierdonderpad
momenteel aan een gigantische opmars bezig is in de grote rivieren. De
hybride vorm zou volgens de Duitse onderzoekers vanuit de Beneden-Rijn
in Nederland al een flink stuk de Duitse Rijn zijn opgetrokken.
Oorzaak van de opmars is de verbetering van de waterkwaliteit en de
aanleg van vispassages langs de stuwwerken in het riviersysteem.
Onduidelijk was welke soorten rivierdonderpad nu in het stroomgebied
van de Maas in Limburg aanwezig zijn, én of, en zo ja in hoeverre de
nieuwe hybride vorm ook in de Maas en haar zijbeken is doorgedrongen.
R. Gubbels (Waterschap Roer en Overmaas), B. Crombaghs (Bureau
Natuurbalans) en M. Dorenbosch (Universiteit Nijmegen) onderzochten
daarom alle grotere zijbeken van de Maas in Limburg op het voorkomen
van rivierdonderpadden. De stroomgebieden van de Geul, Voer,
Vlootbeek, Roer, Swalm en Niers werden uitvoerig onderzocht. Tevens
werden steekproeven genomen in de rest van Nederland en werden oude,
geprepareerde museumexemplaren bestudeerd om ook iets te kunnen zeggen
over de verspreidingshistorie van de soorten. Dr. A. Nolte, verbonden
aan de universiteit van Keulen nam het DNA-onderzoek van een groot
aantal dieren voor zijn rekening. Uit dit verspreidingsonderzoek
blijkt overduidelijk dat ook in het Maassyteem de hybride vorm
rivierdonderpad inmiddels volop aanwezig is. In alle zijbeken werd de
hybride rivierdonderpad aangetoond. Alleen in het stroomgebied van de
Geul werd bovendien een levenskrachtige populatie Cottus rhenanus
aangetroffen.