European Union



Commissie daagt België voor Hof van Justitie wegens discriminatie in Vlaamse registratiebelasting

De Europese Commissie heeft besloten België voor het Europese Hof van Justitie te dagen om een eind te maken aan discriminatie in de Vlaamse registratiebelasting. Vlaanderen vermindert de registratiebelasting op de aankoop van een woning met het bedrag van de registratiebelasting die al voor een andere woning werd betaald, op voorwaarde dat deze in Vlaanderen gelegen is. Registratiebelastingen die in andere lidstaten werden betaald, komen evenwel niet in aanmerking voor deze vermindering. De Commissie is van mening dat de Vlaamse regel strijdig is met het EG-Verdrag. België heeft nagelaten zijn wetgeving te wijzigen ondanks het officiële verzoek dat de Commissie het land in de vorm van een met redenen omkleed advies op 20 juli 2006 heeft toegezonden (IP/06/1044).

"Regels waarbij EU-burgers die van een lidstaat naar een andere verhuizen, zwaarder worden belast dan burgers die binnen eenzelfde lidstaat verhuizen, zijn strijdig met het EG-Verdrag", verklaarde László Kovács, EU-Commissaris voor belastingen en douane. "Dit beginsel geldt niet alleen voor de wetgeving van de centrale overheid, maar ook voor de regels die door de regionale autoriteiten van de lidstaten worden goedgekeurd."

Burgers die van een andere lidstaat naar Vlaanderen verhuizen en daar een woning kopen, kunnen geen vermindering krijgen voor de registratiebelasting die zij hebben betaald op de aankoop van een woning in hun lidstaat van herkomst, terwijl inwoners van Vlaanderen die binnen Vlaanderen verhuizen, deze vermindering wel krijgen. De niet-toekenning van een vermindering voor buitenlandse belastingen belemmert burgers om naar Vlaanderen te verhuizen en daar een eigendom te kopen.

Daarom is de Commissie van mening dat de Vlaamse regel een beperking inhoudt van het recht van iedere burger van de Europese Unie om vrij binnen het grondgebied van de Unie te reizen en te verblijven (artikel 18 van het EG-Verdrag), evenals een beperking van de vrijheid van vestiging (artikel 43 van het EG-Verdrag) en van het vrije verkeer van kapitaal (artikel 56 van het EG-Verdrag).

Deze zaak toont ook aan dat de regionale autoriteiten van de lidstaten op dezelfde wijze door het EG-Verdrag gebonden zijn als de centrale overheid van de lidstaten zelf.

In zijn antwoord op het met redenen omkleed advies stelde België dat er geen sprake was van een beperking van het vrije verkeer van kapitaal en dat inwoners en niet-inwoners niet met elkaar konden worden vergeleken. De Commissie verwerpt deze argumenten. Zij blijft erbij dat er sprake is van een beperking omdat volgens haar inwoners van Vlaanderen die een woning kopen in Vlaanderen, vergelijkbaar zijn met niet-inwoners die een woning kopen in Vlaanderen.

Het referentienummer van de Commissie voor deze zaak is 2005/2283.

Voor de persmededelingen over inbreukprocedures op het gebied van belastingen en douane:

http://ec.europa.eu/taxation_customs/common/infringements/infringement
_cases/index_en.htm

Voor de laatste algemene informatie over inbreukmaatregelen tegen lidstaten:

http://ec.europa.eu/community_law/eulaw/index_en.htm