Vragen van de SP inzake de uitvoering van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht
6 december 2006
Geacht College,
In juni dit jaar kwam Buro Jansen & Janssen tot de conclusie dat veel
mensen worden bekeurd op grond van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht die op 1 januari 2005 in werking is getreden. Het
schijnt echter dat betrekkelijk weinig mensen klagen. Veel mensen
weigeren wel hun boete te betalen en laten de zaak voor de rechter
komen, maar uiteindelijk is het moeilijk deze verhalen van mensen te
verzamelen. Met behulp van deze vragen willen wij een beeld vormen van
de uitvoering van de uitgebreide identificatieplicht in Hilversum.
1. Graag willen wij van u vernemen hoeveel processen verbaal er zijn
uitgedeeld in de gemeente op grond van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht sinds de invoering van de nieuwe wet op 1
januari 2005.
2. Onder welke omstandigheden zijn deze processen verbaal voor het
niet kunnen tonen van een identiteitsbewijs uitgeschreven? Oftewel
op welke wijze vond de controle plaats. Was er sprake van een
gerichte verkeerscontrole of werd de controle tijdens een
reguliere 'ronde' uitgevoerd.
3. In hoeveel gevallen was er sprake van een dubbele overtreding en
daaruit voortkomend een dubbel proces verbaal? Oftewel in hoeveel
gevallen is de burger beboet voor een overtreding en voor het niet
kunnen tonen van een identiteitsbewijs.
4. In hoeveel gevallen ging het om een persoon jonger dan 18 jaar?
5. In hoeveel gevallen is de persoon die niet kon voldoen aan de
verplichtingen op grond van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht meegenomen naar het politiebureau? Ging het
hierbij om een persoon die zich niet kon identificeren of werd de
aangehouden persoon om een andere reden meegenomen?
6. In hoeveel van de gevallen waarbij een proces verbaal is opgemaakt
voor het overtreden van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht is de boete betaald?
7. In hoeveel van de gevallen waarbij een proces verbaal is opgemaakt
voor het overtreden van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht is er niet overgegaan tot vervolging?
8. In hoeveel van de gevallen waarbij een proces verbaal is opgemaakt
voor het overtreden van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht is de persoon na vervolging niet veroordeeld?
9. In hoeveel van de gevallen waarbij een proces verbaal is opgemaakt
voor het overtreden van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht is de persoon na vervolging wel veroordeeld?
10. In hoeveel gevallen bij het uitvoeren van de Wet op de Uitgebreide
Identificatieplicht was er sprake van een dreiging van terrorisme
of ander extreem geweld?
Hoogachtend,
Adriaan W. Iwema
Raadslid SP Hilversum
Antwoorden van burgemeester en wethouders
Antwoord 1
Er zijn door de politie 430 processen-verbaal opgemaakt in Hilversum
op grond van de Wet op de Uitgebreide Identificatieplicht sinds de
invoering op 1 januari 2005. Er zijn door gemeentelijke handhavers 4
processen-verbaal opgemaakt voor het zich niet kunnen identificeren.
Antwoord 2, 3 en 5
Processen-verbaal voor het niet kunnen tonen van een identiteitsbewijs
zijn door de politie in vrijwel alle gevallen opgemaakt n.a.v.
staandehouding voor een ander feit, bijvoorbeeld
verkeersovertredingen. In veel gevallen probeert de politie eerst nog
om de identiteit op een andere wijze vast te stellen. Pas wanneer dat
(in redelijkheid) niet lukt wordt proces-verbaal opgemaakt. Dit
gebeurt in vele gevallen aan het bureau, omdat op straat de
mogelijkheden om te komen tot vaststellen van de identiteit niet of in
beperkte mate voorhanden zijn. Dit heeft niet tot onoverkomelijke
problemen geleid.
Voor de gemeentelijke handhavers geldt ook dat het ging om dubbele
overtredingen; alle 4 de gevallen waren naar aanleiding van een
gerichte fietsactie in voetgangersgebied.
Antwoord 4
Om de leeftijd van de verbaliseerden te achterhalen, moeten alle
processen-verbaal worden per stuk worden gelicht en doorgenomen. Dit
is een te tijdrovende, kostbare exercitie. Wel kan worden aangegeven
dat ook jeugdigen (veelal bestuurders van (brom-)fietsen) voor dit
feit worden bekeurd.
Antwoord 6, 7, 8 en 9
Over de al dan niet betaling van de boetes, de vervolging en
veroordeling - die geen gemeentelijke aangelegenheid zijn - verwijzen
wij u naar informatie van het CJIB (Centraal Justitieel
IncassoBureau), die voor u ter inzage ligt. Het CJIB verzorgt de
inning van transacties (schikkingen) die worden aangeboden door
politie, OM of andere opsporingsinstanties en van geldboetes die door
de rechter worden opgelegd. Als mensen de boete niet betalen en het
laten voorkomen bij de kantonrechter, kan dat wel 2 jaar duren, gaf de
Officier van Justitie aan in de lokale driehoek van 23 oktober jl.
Antwoord 10
Wij geven geen informatie op de vraag over uitvoering van de Wet op de
Uitgebreide Identificatieplicht in relatie tot dreiging van
terrorisme. Waar het gaat om ander extreem geweld is het antwoord:
geen.
Hoogachtend,
burgemeester en wethouders van Hilversum
de secretaris de burgemeester
J.H. van der Vegt E.C. Bakker
Gemeente Hilversum