Provincie Drenthe

Vergunningaanvraag uitbreiding Essent Milieu Wijster; Gedeputeerde Klip wil strenge voorwaarden

06 Dec 2006

Gedeputeerde Tanja Klip-Martin (VVD) heeft in een bestuurlijk overleg deze week met Essent Milieu Wijster kritische kanttekeningen gezet bij de vergunningaanvraag voor een uitbreiding van de afvalverbrandingsinstallatie. Essent wil deze week een vergunning aanvragen voor twee nieuwe ovens. De milieugedeputeerde heeft aangekondigd Essent strenge voorwaarden te zullen opleggen.

De verbrandingsinstallaties in Wijster zullen na uitbreiding met een verbrandingscapaciteit van 3240 ton afval per dag in de top 10 van grootste verbranders van de wereld staan. Onlangs heeft staatssecretaris Van Geel bekendgemaakt dat de grenzen open gaan voor de import van afval uit andere delen van Europa. Essent sluit niet uit dat er afval uit het buitenland gehaald zal worden.

Door liberalisering en privatisering van de Europese afvalmarkt zijn de sturingsmogelijkheden voor de provincie in de afgelopen jaren steeds minder geworden. De provinciale rol beperkt zich tot het stellen van milieueisen in de vergunning. Het Provinciaal Omgevingsplan (POPII) biedt in principe mogelijkheden voor uitbreiding, mits voldaan wordt aan de strenge milieueisen. Wijster ligt in een gebied met veel landbouw, veeteelt, recreatie en natuur. De provincie moet er voor zorgen dat de omgeving zo min mogelijk negatieve gevolgen heeft van de uitbreiding. "Dat betekent de laagst mogelijke concentraties uit de schoorsteen, geen extra geluidsoverlast en een beperkte toename van het vrachtverkeer," zo zegt milieugedeputeerde Klip.

Een ander belangrijk aandachtspunt voor de provincie is de invloed van Essent op het Mantingerzand en het Mantingerbos. Deze gebieden zijn zeer gevoelig voor ammoniak. Sinds het van kracht worden van de Natuurbeschermingswet staan de mogelijkheden voor de landbouw in de buurt van deze gebieden onder druk. Aangezien ook Essent ammoniak uitstoot, zal het bedrijf gedetailleerd in kaart moeten brengen welke gevolgen de nieuw te bouwen ovens hebben voor de natuurgebieden. Op basis daarvan, maar ook op basis van onder meer de emissies van de overige stoffen, beoordeelt de provincie of een vergunning voldoet aan de eisen van de Natuurbeschermingswet.

De totale installatie zou een restwarmte kunnen produceren, waar ongeveer 90.000 woningen mee zouden kunnen worden verwarmd. Los van de vergunningsaanvraag gaat de provincie samen met Essent en mogelijk andere partners op zoek naar mogelijkheden om de restwarmte van de verbrandingsovens toe te passen. Tanja Klip: "Essent is een bedrijf dat nog steeds volledig in overheidshanden is. Daar mag je zeker hoge ambities van verwachten als het gaat om verantwoord en maatschappelijk ondernemen. Duurzaam omgaan met energie hoort daar zéker bij. Ik ben blij dat Essent positief heeft gereageerd op ons initiatief en volledig bereid is mee te werken."