De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : DL. 2006/3128
datum : 01-12-2006
onderwerp : Voortgang nieuw Pachtnormenbesluit
bijlagen :
Geachte Voorzitter,
Tijdens de plenaire behandeling van 7 september jl. van het
wetsvoorstel tot Vaststelling en invoering van titel 7.5 (Pacht) in
het Burgerlijk Wetboek (wetsvoorstel 30 448) is tevens het
kabinetsstandpunt naar aanleiding van het rapport van de Commissie
Pachtnormen besproken. Thans worden de voorbereidingen getroffen voor
een nieuw Pachtnormenbesluit.
Ik heb u in de plenaire vergadering toegezegd bij de vaststelling van
de pachtprijzen voor los land tevens de bedrijfsuitkomsten voor het
boekhoudjaar 2005 te zullen betrekken aangezien deze ten tijde van de
opstelling van het advies van de Commissie Pachtnormen nog niet bekend
waren. Het Landbouw Economisch Instituut (LEI) heeft inmiddels de
berekeningen uitgevoerd.
Tevens heb ik u in mijn brief van 9 oktober 2006 (TK 2006-2007, 30448,
nr. 19) toegezegd de Kamer apart te informeren over de rekenmethodiek
voor tuinland en de modernisering van het agrarisch puntenstelsel met
het oog op het bepalen van een prijs voor agrarische woningen. In dit
verband zijn de ontwikkelingen ten aanzien van de modernisering van
het huurbeleid van belang.
In het navolgende informeer ik u over de huidige stand van zaken met
betrekking tot de hiervoor genoemde punten.
Los land, inclusief bedrijfsuitkomsten 2005
Het LEI heeft opdracht gekregen om - op basis van de nieuwe
overeengekomen rekenmethodiek voor pachtprijzen voor los land - de
bedrijfsuitkomsten 2005 te verwerken en daarmee de nieuwe pachtnormen
en het daarbij geldende regionaal veranderpercentage te berekenen. In
de onderstaande tabel worden daarvan de resultaten gepresenteerd.
Was:
Tabel Pachtprijs 2004, berekende pachtnorm (euro/ha) en berekende
regionaal veranderpercentage (%)
Pachtnormgebied
Pachtprijs Berekende Regionaal
2004 pachtnorm veranderpercentage
(euro/ha) (euro/ha) (%)
Bouwhoek en Hogeland 329 481 46,2
Veenkoloniën en Oldambt 307 314 2,3
Noordelijk weidegebied 368 378 2,7
Oostelijk weidegebied 372 448 20,4
IJsselmeerpolders 474 657 38,6
Westelijk weidegebied 460 436 -5,2
Zuidwestelijk akkerbouwgebied 406 462 13,8
Zuidelijk weidegebied 393 566 44,0
Nederland 401 463 15,5
Wordt, inclusief bedrijfsuitkomsten 2005:
Tabel Pachtprijs 2004/2005 berekende pachtnorm (euro/ha) en berekende
regionaal veranderpercentage (%)
Pachtnormgebied Pachtprijs Berekende Regionaal
2004/2005 pachtnorm veranderpercentage
(euro/ha) (euro/ha) (%)
Bouwhoek en Hogeland 331 491 48,3
Veenkoloniën en Oldambt 294 324 10,2
Noordelijk weidegebied 360 443 23,1
Oostelijk weidegebied 371 523 41,0
IJsselmeerpolders 482 690 43,2
Westelijk weidegebied 424 468 10,4
Zuidwestelijk akkerbouwgebied 411 528 28,5
Zuidelijk weidegebied 393 635 61,6
Nederland 511
In de cijfers worden de relatief goede behaalde bedrijfsuitkomsten in
2005 zichtbaar. Ook zijn de gemiddelde pachtprijzen iets gewijzigd
door toevoeging van de betaalde pachtprijzen 2005. Bij de doorwerking
in het Pachtnormenbesluit wordt de verandering van het regionaal
veranderpercentage in het eerste jaar van overgang naar de nieuwe
rekenmethodiek - conform besluitvorming - gemaximeerd op 25%. De
verhoging komt dan geleidelijker tot stand.
Tuinland
Het LEI heeft opdracht gekregen om voor tuinland op basis van een
vergelijkbare rekenmethodiek als voor los land een pachtnorm en
regionale veranderpercentages te berekenen. Daarbij is tevens gevraagd
zoveel mogelijk aan te sluiten bij de nieuwe regio-indeling.
De verwachting was dat voor tuinland op eenvoudige wijze langs
dezelfde lijnen gekomen kon worden tot een nieuwe systematiek.
Tuinland omvat de boomkwekerijgronden, de bloembollengronden en de
overige tuinbouwgronden (excl. fruitteeltgronden). De ontwikkeling van
een betrouwbare methodiek blijkt evenwel lastiger dan was voorzien.
Dit vanwege de volgende redenen:
* Van ongeveer tweederde van de in het Bedrijven-Informatienet
opgenomen tuinbouwbedrijven zijn de bedrijfsuitkomsten 2005 nu
uitgewerkt. De uitwerking zal pas begin 2007 volledig afgerond
zijn. Dat betekent dat het LEI nog alleen kan beschikken over
voorlopige cijfers.
* Bovendien blijken de bedrijfsuitkomsten voor deze typen
tuinbouwbedrijven - mede als gevolg van regionale verschillen in
de bedrijfsintensiteit - veel sterker te fluctueren dan voor de
akkerbouw of de melkveehouderij. Dit wordt vooral veroorzaakt
doordat het hier om sterk fluctuerende vrije (markt) producten
gaat. Enerzijds zou dit tot een noodzaak kunnen leiden elk
bedrijfstype apart te beschouwen. Anderzijds wordt dan juist de
invloed van fluctuaties van de jaarlijkse bedrijfsuitkomsten in de
berekende grondbeloning en in betaalde pachtprijzen weer groter.
* Er wordt bij deze tuinbouwbedrijven vaker dan gemiddeld gebruik
gemaakt van kortdurende (teelt)pachtovereenkomsten. Het berekenen
van een betrouwbare betaalde pachtprijs voor reguliere pacht wordt
daardoor bemoeilijkt.
* Het aantal tuinbouwbedrijven dat per pachtnormgebied in het
Bedrijven-Informatienet van het LEI is opgenomen is soms te
beperkt voor betrouwbare berekeningen aansluitend bij de nieuwe
regio-indeling. Een beperking van de regio's voor tuinland is dan
ook noodzakelijk.
Ik kan u daarom nu nog geen betrouwbare rekenmethodiek voor tuinland
presenteren. Het LEI zal er de komende twee maanden nog verder aan
moeten werken.
Agrarische woningen
Voor de bepaling van de hoogst toelaatbare pachtprijzen voor
agrarische woningen geldt sinds 1995 het agrarisch puntenstelsel
gebaseerd op het advies van de Commissie voor het grond- en
pachtprijspeil uit 1994. In het jaar 2001 zou de aansluiting bereikt
moeten zijn bij de huurprijzen overeenkomstig het puntenstelsel voor
niet-agrarische woningen, met dien verstande dat daarop een aftrek van
EUR 0,34 per punt plaatsvindt vanwege het agrarisch gebruik van de
woning. In het puntenstelsel voor de niet-agrarische woningen zijn
recentelijk evenwel twee veranderingen aangebracht. Ten eerste wordt
voor de bepaling van de maximaal toelaatbare huurprijs geen prijs per
punt meer vastgesteld, maar uitsluitend nog geïndexeerde maximale
huurprijsgrenzen, welke uiteraard wel gerelateerd zijn aan het aantal
punten dat de woning in kwestie vertegenwoordigt. Ten tweede is de
puntenaftrek voor veroudering geschrapt.
Op 31 oktober jl. heeft de Tweede Kamer ingestemd met het wetsvoorstel
ter modernisering van het huurbeleid per 1-1-2007. Onderdeel van de
modernisering van het huurbeleid is aanpassing van het puntenstelsel
voor niet-agrarische huurwoningen. Twee elementen - locatie en
woonvorm - uit het puntenstelsel zullen vervangen worden door een
percentage van de WOZ-waarde van de woning.
In het in voorbereiding zijnde Pachtnormenbesluit wordt het agrarisch
puntenstelsel gemoderniseerd om aan te sluiten bij het
woningwaarderingsstelsel met behoud van een aftrek vanwege het
agrarisch gebruik van de woning.
Het wetsvoorstel voor wijziging van het huurbeleid ligt momenteel voor
behandeling bij de Eerste Kamer. Als ook de Eerste Kamer het
wetsvoorstel goedkeurt, gaat het nieuwe huurbeleid op 1 januari 2007
in en zal de aanpassing van het agrarisch puntenstelsel conform het
hiervoor genoemde voorstel in het nieuwe Pachtnormenbesluit worden
opgenomen.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit