Bedrijfsleven: Senaat moet nieuwe Waterschapswet aanhouden
Vereniging vno-ncw
Dit is een gezamenlijk persbericht van VNO-NCW, MKB Nederland, LTO Nederland, de Kamers
van Koophandel en VEMW
DEN HAAG, 28 NOVEMBER 2006 - Het volledige bedrijfsleven doet een klemmend beroep op de
Eerste Kamer om de nieuwe Waterschapswet aan te houden, zodat het voorstel op
essentiële onderdelen gerepareerd kan worden. Als het wetsvoorstel ongewijzigd
doorgaat, zijn bedrijven en de land- en tuinbouw straks amper meer vertegenwoordigd in
het bestuur van de waterschappen. Dat terwijl ze samen rond dertig procent van de
waterschapslasten opbrengen.
In een gezamenlijke verklaring stellen VNO-NCW, MKB Nederland, LTO Nederland, de Kamers
van Koophandel en VEMW (vereniging voor zakelijke energie en waterverbruikers) dat de
vertegenwoordiging van landbouw en bedrijven in de waterschapsbesturen in verhouding
behoort te staan tot hun financiële en materiele inbreng. Dat is tot op heden ook
het geval. Het kabinetsvoorstel laat de band tussen inbreng en zeggenschap echter los.
Het bedrijfsleven is van mening dat het wetsvoorstel op dit punt moet worden heroverwogen
en verzoekt de Eerste Kamer hierop aan te dringen.
Wie betaalt bepaalt, vindt het bedrijfsleven. De betrokken organisaties willen bereiken
dat stemmen in het waterschapsbestuur opnieuw rechtstreeks worden gekoppeld aan de
betaling. Alleen dan wordt recht gedaan aan het functionele karakter van het waterschap:
degenen die een belang hebben bij de taken van het waterschap betalen daarvoor en krijgen
zeggenschap.
Op 24 oktober 2006 stemde de Tweede Kamer in met de nieuwe Waterschapswet. Daarmee wordt
de rol van vertegenwoordigers van de agrarische sector en bedrijven teruggebracht tot
één zetel in het dagelijks bestuur van een waterschap. Het is zelfs
mogelijk dat de zetel van het bedrijfsleven in het DB straks wordt ingenomen door een
vertegenwoordiger van een natuurorganisatie, terwijl die organisaties voor minder dan
één procent bijdragen in de waterschapslasten.
Het bedrijfsleven heeft altijd toegezien op kostenbeheersing en een efficiënt beheer
van middelen. Het heeft zich bovendien altijd sterk gemaakt voor een goed gekwalificeerde
vertegenwoordiging in
de besturen van de waterschappen. Naast hun kritische inbreng en ervaring hebben zij er
jarenlang op toegezien dat de lasten evenwichtig werden verdeeld over alle gebruikers en
inwoners in de
betrokken regios van de waterschappen. 'Met het wegvallen van deze controlerende stem van
het bedrijfsleven, verliest het waterschap een sterke waakhond', zo staat in de
verklaring.
De noodzaak wordt nog eens onderstreept door het feit dat verwacht wordt dat de
waterschapslasten fors gaan stijgen. Als de directe koppeling tussen betaling en stemmen
in het bestuur van de waterschappen niet wordt hersteld, lopen burgers en bedrijven een
reëel risico dat het - net als met de gemeentelijke lasten - ook met de heffingen
van waterschappen uit de hand gaat lopen. De afgelopen jaren zijn de lasten reeds
toegenomen en de verwachting is dat ze 2010 zeker nog eens met 20 procent omhoog gaan.
Het bedrijfsleven zet in op een eerlijke en transparante financiering van de
waterschappen.
In dat opzicht wijzen de betrokken organisaties ook nog op de dubieuze grondslagen onder
de nieuwe heffingen, die de grenzen van de solidariteit verre overschrijdt. Het
bedrijfsleven is wel voor een modernisering van het regionale waterbeheer, maar dit mag
niet ten koste gaan van de positie van het bedrijfsleven en leiden tot een volstrekt
onevenwichtige lastenverdeling.
---------------------