Beantwoording vragen lid Karimi over EU-sancties tegen Oezbekistan wegens mensenrechtenschendingen (http://www.minbuza.nl:80/nl/actueel/brievenparlement,2006/11/Beantwoording-vragen-lid-Karimi-over-EU-sancties-t.html)
27-11-2006 | 10:31
Samenvatting:
Inhoud:
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld
door het lid Karimi over EU-sancties tegen Oezbekistan wegens
mensenrechtenschendingen. Deze vragen werden ingezonden op 8 november 2006 met
kenmerk 2060702680.De Minister van Buitenlandse Zaken,Dr. B.R. BotAntwoord van de heer Bot, minister van Buitenlandse Zaken, op vragen
van het lid Karimi (GroenLinks) over EU-sancties tegen Oezbekistan wegens
mensenrechtenschendingen. Vraag 1Bent u bekend met het briefing paper van Human Rights Watch van 3 oktober
2006 over de mensenrechtensituatie in Oezbekistan? 1)AntwoordJa.Vraag 2
Klopt het dat de Duitse regering de EU-sancties die de Raad Algemene Zaken en
Externe Betrekkingen (RAZEB) in 2005 tegen de regering van Oezbekistan heeft
afgekondigd, ongedaan probeert te krijgen? Zijn er andere EU-lidstaten die de
sancties willen opheffen, dan wel versoepelen?Vraag 3
Bent u bereid zich tegen het opheffen van de sancties te verzetten? Zo neen,
waarom niet?AntwoordDe afgelopen weken is binnen de Europese Unie een discussie gevoerd over de
sancties tegen Oezbekistan, die in oktober 2005 voor één jaar waren afgekondigd.
In het licht daarvan heeft de RAZEB van 13 november jl. besloten om de sancties
in stand te houden, waarbij het wapenembargo is verlengd met een duur van twaalf
maanden en de visarestricties met zes maanden. Besloten is om beide maatregelen
na drie maanden opnieuw te bezien in relatie tot het optreden van de Oezbeekse
overheid op het gebied van mensenrechten. Nederland heeft zich in de discussie
in de Europese Unie over de sancties actief ingezet voor verlenging.Vraag 4
Deelt u de constatering van de Speciale VN-Rapporteur inzake marteling van
september jongstleden dat de regering van Oezbekistan zijn aanbevelingen uit
2003 niet heeft uitgevoerd? Zo neen, waarom niet?AntwoordTen aanzien van marteling heeft Oezbekistan verschillende stappen gezet ter
naleving van de internationale verdragsverplichtingen. Zo is door de
autoriteiten een Nationaal Actieplan tegen marteling opgesteld, heeft het
Hooggerechtshof een definitie van marteling aangenomen die overeenkomt met het
VN-verdrag tegen foltering, en is marteling strafbaar gesteld in het Oezbeekse
wetboek van Strafrecht. Hoewel hiermee de kaders voor het naleven van de
internationale verplichtingen bewerkstelligd zijn, valt moeilijk te beoordelen
in hoeverre deze daadwerkelijk geïmplementeerd worden.Vraag 5
Deelt u de conclusie van Human Rights Watch dat de EU niet anders kan
concluderen dan dat de regering van Oezbekistan geen stappen van betekenis heeft
gezet om de mensenrechtensituatie te verbeteren? Zo neen, waarom niet?AntwoordDe mensenrechtensituatie in Oezbekistan is niet verbeterd sinds de instelling
van de sancties. Dat is voor de EU de reden geweest de sancties te verlengen.
Het uitblijven van een onafhankelijk onderzoek naar de gebeurtenissen in
Andizjan, de detentie van vertegenwoordigers van lokale NGO's en het gebrek aan
vrijheid van meningsuiting zijn enkele van de voornaamste redenen tot zorg. De
EU heeft opnieuw haar bezorgdheid over het uitblijven van vooruitgang in de
mensenrechtensituatie in Oezbekistan uitgesproken. De EU ontvangt echter ook
signalen van Oezbeekse zijde dat men bereid is de mensenrechtensituatie en de
gebeurtenissen in Andizjan te bespreken.Vraag 6
Bent u bereid om in het kader van de besprekingen in de EU over het formuleren
voor een nieuwe strategie in Centraal-Azië bij de regering van Oezbekistan aan
te dringen op drastische verbeteringen in de mensenrechtensituatie, zoals de EU
die vorig jaar oktober heeft aangegeven? Zo neen, waarom niet?AntwoordDe bespreking van de mensenrechtensituatie in Oezbekistan is een integraal
onderdeel van de EU- dialoog met Oezbekistan, die op 8 november jl. voor het
eerst sinds de gebeurtenissen in Andizjan is hervat. Met de hernieuwde
bereidheid van de Oezbeekse regering over mensenrechten in dialoog te treden, is
de EU voornemens hier binnen de bestaande kaders een structurele en reguliere
invulling aan te geven. De RAZEB besloot hiertoe de technische bijeenkomsten die
onder de EU- partnerschap- en samenwerkingsovereenkomst met Oezbekistan vallen,
opnieuw in te stellen.Vraag 7
Staat de in oktober 2005 aangekondigde evaluatie van de sancties na één jaar op
de agenda van de RAZEB van 13 november aanstaande?AntwoordZie antwoord op vraag 3.Vraag 8
Bent u bereid om te pleiten voor het uitbreiden van de bestaande sancties, voor
het uitbreiden van de visa-ban met sleutelfiguren die een rol hebben gespeeld
bij de rechtsgang rond het bloedbad van Andizjan dan wel de toedekking van de
feiten hieromtrent, en voor het bevriezen van de tegoeden van alle personen die
onder de visa-ban vallen? Zo nee, waarom niet?AntwoordDe RAZEB besloot bij de verlenging van de bestaande sancties tot een
herziening na drie maanden op basis van het beleid en concrete acties van de
Oezbeekse regering op het gebied van mensenrechten. Indien hiertoe aanleiding
is, zal dan gelegenheid zijn tot een eventuele wijziging van de sancties.Vraag 9
Bent u bereid om erop aan te dringen dat de EU een duidelijke en publieke boods
chap laat uitgaan over de zorgen van de EU betreffende de mensenrechtensituatie,
zodat deze boodschap ook de bevolking van Oezbekistan bereikt?AntwoordDe zorgen van de EU over de mensenrechtensituatie in Oezbekistan zijn door de
RAZEB opnieuw duidelijk verwoord. De conclusies van de RAZEB zijn bekend gesteld
en in de media onder de aandacht gebracht. Ik ben mij ervan bewust dat de
onvrijheid van de media in Oezbekistan een beperkende factor is voor de
reikwijdte van deze EU-boodschap in Oezbekistan zelf.1) Human Rights Watch, Myths and Reality, 3 oktober 2006
---
Ministerie van Buitenlandse Zaken