De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
ons kenmerk : DN. 2006/3626
datum : 24-11-2006
onderwerp : Kamervragen over aanwijzing van Vogel- en Habitatrichtlijn
(VHR)-gebieden
bijlagen :
Geachte Voorzitter,
Hierbij ontvangt u de antwoorden op de vragen van de leden Jager en
Koopmans (beiden CDA) en Snijder-Hazelhoff (VVD) over de aanwijzing
van Vogel- en Habitatrichtlijn (VHR)-gebieden.
1
Bent u voornemens om op 15 november 2006 een
ontwerp-aanwijzingsbesluit van de eerste Natura 2000-gebieden in
Nederland te ondertekenen?
Op 15 november jl. zou ik de publicatie van de
ontwerp-aanwijzingsbesluiten voor 111 van de in totaal 162 Natura
2000-gebieden op 16 november in de Staatscourant bekendmaken. In
plaats daarvan heb ik u op 15 november jl. schriftelijk geïnformeerd
de bekendmaking uit te stellen om eerst uw vragen te kunnen
beantwoorden (BBR. 2006/468).
2
Bent u op de hoogte van het feit dat er in verschillende regio's geen
overeenstemming is over de begrenzing van de aan te wijzen gebieden?
Ja, er wordt tegen die achtergrond ook in meerdere tranches
aangewezen, eerst 111 gebieden en daarna de resterende gebieden, zoals
bijvoorbeeld het Korenburgerveen, waarvoor nog nader onderzoek en
overleg nodig is.
De inspraakprocedure is juist bedoeld eenieder de mogelijkheid te
geven standpunten duidelijk te maken alvorens de gebieden definitief
worden aangewezen.
De publicatie in de Staatscourant betreft de start van de formele
procedure tot aanwijzing van de Natura 2000-gebieden. Daarna volgt een
inspraakperiode van zes weken waarin iedereen een zienswijze naar
voren kan brengen. Pas na deze inspraak, beschouwingen van de
provincies, publicatie van een inspraakbundel en publicatie van een
nota van antwoord volgen de definitieve aanwijzingsbesluiten.
3
Bent u bekend met de initiatiefnota 'Natuurbeleid; een onnodig
groeiend ongenoegen'? 1
Ja.
4, 5 en 6
Bent u ervan op de hoogte dat u met deze ondertekening procedureel
vooruitloopt op de behandeling van deze initiatiefnota in de Kamer?
Deelt u de opvatting dat ondertekening inhoudelijk in strijd zou
kunnen zijn met aanbevelingen uit de initiatiefnota?
Bent u bereid om in afwachting van de discussie over de hierboven
genoemde initiatiefnota van de ondertekening van het
ontwerp-aanwijzingsbesluit aan te houden tot na de behandeling van
deze initiatiefnota door de Kamer?
Nee. Ik acht het van belang dat zo spoedig mogelijk aan alle
betrokkenen duidelijkheid wordt geboden over de uitwerking van Natura
2000 in de praktijk. Dat doe ik, overeenkomstig de gedachtewisseling
met de vaste Kamercommissie voor LNV tijdens het AO op 14 september,
door de eerste tranche van de ontwerp-aanwijzingsbesluiten zo snel
mogelijk te publiceren. Snelle publicatie betekent dat betrokkenen en
geïnteresseerden ruimschoots tijd krijgen om kennis te nemen van de
ontwerp-aanwijzingsbesluiten en zienswijzen voor te bereiden.
Na de aanwijzingsbesluiten zijn de beheerplannen de volgende stap.
Daarin wordt door alle betrokkenen vastgelegd hoe en op welke termijn
de voor een gebied in het aanwijzingsbesluit vastgestelde doelen
zullen worden gerealiseerd. Dan worden de ontwikkelingsmogelijkheden
voor een gebied goed zichtbaar. In de beheerplannen wordt ook
duidelijk of de doelen daadwerkelijk haalbaar en betaalbaar zijn. Dat
is immers het uitgangspunt. Mocht de situatie anders blijken, is dat,
zoals ik u eerder heb toegezegd, aanleiding de doelen te heroverwegen
en eventueel bij te stellen.
De minister van Landbouw, Natuur
en Voedselkwaliteit,
dr. C.P. Veerman
1 Kamerstuk 30 690, nrs. 1 en 2.
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit