http://www.evo.nl
Persbericht
21 november 2006
EVO: 'MEER DESKUNDIGHEID VERVOER GEVAARLIJKE STOFFEN NOODZAKELIJK'
De Onderzoeksraad voor Veiligheid onder voorzitterschap van mr. Pieter van Vollenhoven heeft drie ongevallen met tankauto's gevuld met gevaarlijke stoffen onderzocht. De commissie constateert in haar rapport dat hulpdiensten bij dergelijke grote branden niet altijd in staat zijn een goede keuze te maken tussen ingrijpen of op veilige afstand afwachten. Belangrijke informatie daartoe zou niet of niet tijdig beschikbaar zijn.
EVO, belangenorganisatie van onder andere producenten van gevaarlijke stoffen, bestrijdt dat gevaarlijke stoffen de weg op worden gestuurd zonder dat aan de hand van documentatie of oranje ADR-borden aan de buitenkant van tankauto's is vast te stellen hoe gevaarlijk de vervoerde stoffen zijn. EVO heeft in een aantal gevallen geconstateerd dat hulpdiensten moeite hebben met de juiste interpretatie van de beschikbare gegevens, waardoor zij vaak maatregelen treffen die achteraf onnodig blijken te zijn geweest. Samen met de Onderzoeksraad pleit EVO ervoor dat er in voorkomende gevallen meer deskundigheid beschikbaar moet zijn.
Bovendien maakt het rapport duidelijk dat tankautobranden veelal een beperkte omvang hebben. Deze constatering is van belang voor het in te stellen basisnet voor vervoer van gevaarlijke stoffen.
EVO steunt de conclusie van de Onderzoeksraad dat door het vrijkomen van brandstof uit lekgeraakte brandstoftanks (en dus niet de ladingtanks!) verhoogd brandgevaar is ontstaan. In internationaal verband zou moeten worden nagegaan of aanvullende eisen aan de brandstoftanks van tankauto's noodzakelijk zijn.
EVO mist in het rapport van de Onderzoeksraad de conclusie dat in Europa talloze transporten met gevaarlijke stoffen vlekkeloos worden uitgevoerd, waardoor stoffen die onze samenleving nodig heeft verantwoord en veilig naar hun bestemming worden gebracht.