Rijksuniversiteit Groningen

Opinie 33: 'Het probleem van energie is niet het tekort, maar de schade aan het milieu'

Met het energietekort valt het nog wel mee: voorlopig is er genoeg olie, gas en steenkool, aldus de Groningse hoogleraar energie en milieukunde Henk Moll. 'Het milieuprobleem is vele malen groter. We moeten het energiegebruik niet beperken vanwege een dreigend tekort, maar vanwege de uitstoot van schadelijke gassen als CO en milieuschade door energiewinning. Maatschappelijk hebben we nog een lange weg te gaan. Het is de vraag of de natuur daarop wil wachten.'

Onze energiebronnen raken binnen een aantal decennia op. Dat is een verhaal dat regelmatig de kop op steekt. Geen olie meer, geen gas, geen kolen. Zeg maar vaarwel tegen je luxe en de groeiende economie. 'Onzin', zegt Henk Moll. 'Dat verhaal is niet erg gebaseerd op de feiten. Er zit nog voor honderden jaren steenkool in de grond. De makkelijk winbare olie raakt op, maar iets moeilijker te winnen olie is er nog genoeg. Het wordt alleen wat duurder. De aardgasbel in Slochteren raakt ook leeg, maar in Rusland zitten nog enorme hoeveelheden gas.'

Economisch probleem

Fysisch is er dus geen probleem. Economisch wel, want energie wordt duurder. Ook politiek kunnen problemen ontstaan, want veel van de energiebronnen liggen in landen waarmee het, voor het westen in elk geval, misschien moeilijk zaken doen is. Moll: 'Dat is een belangrijkere kwestie. Dat zijn gebieden waar je geen controle over hebt, waarmee je geen stabiel contract kunt sluiten. Dan werkt de markt niet goed. Maar gelukkig zitten de bronnen wereldwijd wel zo verdeeld dat er niet één land is dat kan bepalen wie energie krijgt.' Voor deze eeuw is er in ieder geval nog voldoende energie. 'Tenzij het verbruik echt gigantisch toeneemt. Daar wordt ook voor gewaarschuwd: landen als China en India groeien snel en verbruiken steeds meer energie. Dat klopt. Maar China is ook op grote schaal kolen aan het ontginnen om in haar groeiende behoefte te kunnen blijven voorzien.'

Het probleem van energie is dus geen "source"-probleem, het is een "sink"-probleem. Er komt teveel afval bij vrij. Meest bekend is natuurlijk de uitstoot van CO die het broeikaseffect veroorzaakt. Maar ook andere luchtverontreiniging, die vooral ontstaat door verbranding van steenkool en ongezuiverde olie, is ernstig. 'Dat ontstaat met name in zich ontwikkelende landen, die niet de techniek hebben om de afvalgassen te zuiveren. In Afrika vallen letterlijk doden door het gebruik van brandhout als energiebron voor koken.' Ook de winning van energie veroorzaakt steeds meer schade aan het milieu. 'Juist omdat moeilijker toegankelijke bronnen worden aangesproken - zoals teerzand in Canada - groeit de schade aanzienlijk.'

Duidelijke keuzes

Nederland en de Europese Unie voeren een klimaatbeleid waarin beperking van CO -uitstoot de overhand heeft. Oplossingen worden vooral gezocht in het gebruik van schonere energiebronnen: aardgas in plaats van steenkool, kernenergie en met mondjesmaat duurzame energiebronnen. En er wordt geëxperimenteerd met het opslaan van CO in lege aardgasvelden. 'Maar op termijn red je het niet met betere technieken en schonere bronnen. Het energiegebruik zelf zal moeten afnemen. In theorie wordt het milieuprobleem wel serieus genomen, maar in de praktijk is het moeilijk aan te pakken. De economische ontwikkeling is een kracht die moeilijk te stoppen is. Dat vraagt om duidelijke keuzes. Het lukt Nederland al niet eens om de CO -uitstoot terug te dringen.'

Het is ook een kwestie van organisatie. 'Onze studenten hebben berekend dat je de energiebehoefte van Aruba en Curaçao vrijwel volledig zou kunnen voeden met zonne- en windenergie. Dat is zelfs goedkoper, maar het gebeurt niet. Omdat duurzame energie niet stabiel genoeg is, maar ook omdat het energiebedrijf op Curaçao een monopoliepositie heeft en niet wil vernieuwen. En zo zijn er natuurlijk veel meer bedrijven die belangen hebben bij de huidige energiemarkt.'

Curriculum Vitae

Henk C. Moll (1952) werd in 2004 benoemd tot hoogleraar Natuurlijke hulpbronnen in relatie tot duurzame productie en consumptie bij het Centrum voor Energie en Milieukunde IVEM van de RUG. Hij verricht veel praktisch milieuonderzoek, zowel lokaal als internationaal, in samenwerking met andere vakgebieden, zoals psychologie en bestuurskunde. /MB