Regeling van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
van 20 november 2006, AV/CAM/2006/93013A, tot wijziging van het Besluit aanmelding van
collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van algemeen verbindend verklaring in
verband met dispensatie van verbindend verklaarde bepalingen van collectieve
arbeidsovereenkomsten.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Gelet op de artikelen 4, tweede lid, van de Wet op het algemeen verbindend en het
onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten en 14 van de
Wet op de loonvorming;
Gehoord de Stichting van de Arbeid op 22 juni 2006, S.A. 06.049.42 JM/JS en 11 september
2006, S.A.06.069.79 JM/JS;
BESLUIT:
Artikel I
Het Besluit aanmelding van collectieve arbeidsovereenkomsten en het aanvragen van
algemeen verbindend verklaring wordt als volgt gewijzigd.
A
Aan artikel 2:2 wordt voor de bestaande tekst de aanduiding "1." geplaatst en wordt een nieuw
lid toegevoegd, dat luidt:
2. De brongegevens met betrekking tot de representativiteit, bedoeld in het eerste lid,
onderdelen c en d, die zijn gevoegd bij het verzoek, bedoeld in artikel 2:1, eerste lid, worden
door de indieners van het verzoek tot algemeen verbindend verklaring bewaard teneinde deze
te kunnen gebruiken voor een onderzoek door de Minister van Sociale Zaken en
Werkgelegenheid naar de kwaliteit van deze gegevens. Deze gegevens worden desgevraagd
beschikbaar gesteld.
B
In artikel 2:3 wordt `artikel 2:2, onderdeel c' telkens vervangen door: artikel 2:2, eerste lid,
onderdeel c.
C
In artikel 2:4 vervalt, onder verwijdering van de aanduiding `1.' voor het eerste lid, het tweede
lid en wordt `artikel 2:2, onderdelen a en b' vervangen door: artikel 2:2, eerste lid, onderdelen
a en b.
D
Na artikel 2:6 wordt een nieuwe paragraaf ingevoegd, luidende:
§ 2a Dispensatie van algemeen verbindend verklaarde bepalingen van collectieve
arbeidsovereenkomsten
Artikel 2:7
1. Een verzoek om dispensatie van algemeen verbindend te verklaren bepalingen van
collectieve arbeidsovereenkomsten wordt ingediend gedurende de periode dat tevens de
toepasselijke werkingssfeerbepalingen ter visie liggen. Een dergelijk verzoek kan uitsluitend
worden gehonoreerd als daaraan een rechtsgeldige collectieve arbeidsovereenkomst ten
grondslag ligt.
2. Het verzoek, bedoeld in het eerste lid, wordt schriftelijk ingediend en ondertekend door of
namens alle partijen die de rechtsgeldige collectieve arbeidsovereenkomst hebben afgesloten
op grond waarvan dispensatie wordt gevraagd. Het in de eerste zin bedoelde verzoek wordt
gedaan aan de hand van een daarvoor bestemd formulier dispensatie van avv dat volledig moet
zijn ingevuld.
3. Een verzoek om dispensatie dat buiten de periode van tervisielegging, bedoeld in het eerste
lid, wordt gedaan, wordt niet gehonoreerd.
Artikel 2:8
Artikel 2:7 is van overeenkomstige toepassing op een verzoek om dispensatie dat wordt
gedaan naar aanleiding van een verzoek om algemeen verbindend verklaring van een wijziging
van de werkingssfeerbepaling of werkingssfeerbepalingen van een collectieve
arbeidsovereenkomst tijdens de looptijd van een besluit waarbij bepalingen van die collectieve
arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zijn verklaard.
D
In artikel 4:2 wordt `aanvragen van' vervangen door: verzoeken om.
---
Artikel II
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2007.
Deze regeling zal met toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
's-Gravenhage, 20 november 2006
de Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(A.J. de Geus)
---
Toelichting
Met algemeenverbindendverklaring van bepalingen van een cao (avv) worden de
arbeidsvoorwaarden binnen een bedrijfstak geüniformeerd. Avv ondersteunt (de
verantwoordelijkheid van sociale partners voor) het cao-instrument en heeft als beoogd effect
om concurrentie door onderbieding op arbeidsvoorwaarden te voorkomen. Bedrijven of
subsectoren met een eigen cao kunnen worden uitgezonderd van gebondenheid aan de
algemeen verbindend verklaarde cao door dispensatie te verzoeken. (Vervolg)dispensatie werd
voorheen op basis van het Toetsingskader AVV nagenoeg automatisch verleend bij het hebben
van een eigen rechtsgeldige cao. Dit automatisme komt te vervallen. Volgens de uitspraak van
de Raad van State van 27 oktober 2004 (200400672/1) is een dispensatiebesluit een voor
bezwaar en beroep vatbare beslissing. Gevolg is dat de regels van de Algemene wet
bestuursrecht van toepassing zijn, waardoor wordt afgezien van een automatische beschikking.
Deze regels worden met dit wijzigingsbesluit vastgelegd.
Voor deze wijziging is de Stichting van de Arbeid gehoord. Daarnaast zijn reacties betrokken
van derden belanghebbenden, naar aanleiding van publicatie van de voorgenomen wijzigingen
in de Staatscourant (3 mei 2006, nr. 86).
In dit verband worden ook de beleidsregels over dispensatie in het Toetsingskader AVV
gewijzigd. Sinds 2003 hebben zich enkele situaties voorgedaan rondom het verlenen van
dispensatie waarbij discussie ontstond over de onafhankelijke positie van de bij de cao
betrokken partijen, en het oogmerk om met dispensatie de avv'de cao-bepalingen te ontduiken.
Dit is aanleiding geweest om het verlenen van dispensatie vanwege het hebben van een eigen
cao te herzien. Uitgangspunt daarbij is dat partijen de uitzondering zoveel mogelijk zelf
regelen via de daarvoor beschikbare mogelijkheden: opnemen van dispensatiebepalingen in de
cao, uitzondering van bedrijven of subsectoren bij het avv-verzoek of door definiëring van de
werkingssfeer van de cao. Indien bij de minister om dispensatie wordt verzocht, kan deze
dispensatie verlenen of een dispensatieverzoek beargumenteerd afwijzen op basis van criteria
zoals neergelegd in het Toetsingskader AVV. Dispensatie van avv'de cao-bepalingen maakt in
die specifieke gevallen maatwerk in de collectieve arbeidsvoorwaardenvorming in een
afzonderlijke onderneming of subsector mogelijk.
Op het moment van indiening van het dispensatieverzoek moet er sprake zijn van een
overeenkomstig artikel 4 Wet op de loonvorming aangemelde, eigen rechtsgeldige cao. Om
dispensatie moet worden verzocht door middel van het `formulier dispensatie van avv'. Dit
formulier is van het Internet te downloaden via www.cao.szw.nl en kan eventueel ook
telefonisch worden aangevraagd bij de directie Uitvoeringstaken
Arbeidsvoorwaardenwetgeving. Het verzoek om dispensatie moet worden ingediend binnen de
periode van de tervisielegging van de toepasselijke werkingssfeerbepalingen van de cao.
Indien tijdens de duur van een geldend avv-besluit om dispensatie wordt verzocht van een
(tussentijdse) wijziging van de toepasselijke werkingssfeerbepalingen kan ook binnen de
periode van tervisielegging daarvan een dispensatieverzoek worden ingediend mits die
tussentijdse wijziging als gevolg heeft dat daardoor de onderneming(en) op wie het
dispensatieverzoek betrekking heeft onder de werkingssfeer van de desbetreffende bedrijfstak-
cao komen te vallen. Op het dispensatieverzoek wordt op basis van het verzoek, de daarbij
---
geleverde onderbouwing c.q. motivering, de ingediende zienswijze op het dispensatieverzoek
van partijen die om avv hebben verzocht en de reactie daarop van dispensatieverzoekers een
afzonderlijk besluit genomen. Het besluit wordt aan de verzoekers om dispensatie en de om
avv verzoekende cao-partijen bekend gemaakt door middel van toezending van de gegeven
beschikking. Daarnaast wordt van de gegeven beschikking kennis gegeven bij gelegenheid van
de mededeling van het besluit tot avv in de Staatscourant. De Stichting van de Arbeid wordt
geïnformeerd over de gegeven beschikking. Verleende dispensaties worden vermeld in een in
het besluit tot avv opgenomen dictum.
In het kader van artikel 4:14, derde lid, Algemene wet bestuursrecht wordt de beschikking niet
eerder gegeven dan op het moment dat er tot avv wordt overgegaan. De dispensatie heeft
immers slechts betekenis indien een besluit tot avv wordt genomen en alsdan vanaf het
moment waarop dat besluit in werking treedt. Indien niet tot avv kan worden overgegaan
vanwege bijvoorbeeld expiratie van de desbetreffende bedrijfstak-cao zal het
dispensatieverzoek niet ontvankelijk worden verklaard.
Dispensatie van een avv-besluit in verband met een eigen rechtsgeldige subsector-cao wordt
alleen verleend aan werkgevers die op het moment van inwerkingtreding van dat avv-besluit
gebonden zijn aan die subsector-cao. Indien één of meer van die werkgevers op dat tijdstip
tevens zijn gebonden aan de bedrijfstak-cao waarvan dispensatie is verzocht, wordt met
betrekking tot die onderneming(en) geen dispensatie verleend. Mutatis mutandis geldt dit in
voorkomend geval ook bij dispensatie in verband met een eigen rechtsgeldige ondernemings-
cao.
Een verleende dispensatie kan worden ingetrokken indien de grondslag daaraan is komen te
vervallen of indien ze is verleend op basis van onjuiste of onvolledige informatie. In het geval
van achteraf gebleken onjuiste toekenning kan de beschikking met terugwerkende kracht
worden teruggenomen wanneer de onjuiste of onvolledige voorstelling van zaken te wijten is
aan betrokkene(n) en een andere beschikking zou zijn gegeven indien de juiste feiten bekend
zouden zijn geweest. Het intrekken van eerder verleende dispensatie wordt bekend gemaakt
aan de partijen die eerder bij de dispensatie en de avv betrokken waren, door middel van
toezending van de gegeven beschikking.
De Minister van Sociale Zaken
en Werkgelegenheid,
(A.J. de Geus)
---
Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid